Kinderopvang als belangrijke plek voor ontwikkeling en leerproces
juli 20, 2025
In Nederland is het kinderopvangberoep een essentieel onderdeel van de maatschappij. Het draagt bij aan het welzijn van kinderen, het werknemerschap van ouders en het algemene functioneren van de samenleving. Werknemers in de kinderopvang zijn vaak fulltime of parttime in dienst en hun salaris is een cruciaal onderdeel van hun arbeid. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van het minimumuurloon in de kinderopvang, het salarisbeleid volgens de CAO’s, en de voornaamste wijzigingen in de loop van 2025 en 2026.
Het wettelijk minimumuurloon in Nederland stelt een minimumsalaris vast dat bedrijven moeten betalen aan hun werknemers. In de kinderopvang geldt sinds 1 januari 2024 een minimumuurloon van €14,08 per uur. Dit minimum wordt ongeacht het aantal uren dat een werknemer per week werkt, toegepast. Dit betekent dat werknemers in de kinderopvang, of het nu 20, 30 of 40 uur per week werken, in ieder geval het wettelijk minimumloon ontvangen.
Voor een fulltime dienstverband van 36 uur per week leidt dit minimumuurloon tot een maandelijkse inkomensbasis. Het exacte bedrag hangt echter af van het aantal gewerkte uren en eventuele toeslagen. Toeslagen zijn geldbedragen die bovenop het minimumloon komen bijvoorbeeld voor het werken op avonden, weekends of feestdagen.
Naast het wettelijk minimumloon zijn er in de kinderopvang ook CAO’s (Collectieve Arbeidsovereenkomsten) van toepassing. Deze CAO’s stellen salarisschalen vast op basis van functie, ervaring, opleiding en andere relevante factoren. De CAO voor de kinderopvang voor de periode 2025-2026 is op 1 juli 2025 definitief aangegegaan. Deze CAO bevat specifieke salarisschalen die vanaf dat moment gelden.
De CAO stelt een duidelijke salarisstructuur op, verdeeld in verschillende schalen. Voorbeeldsalarissen zijn als volgt:
Schaal | Uurloon (€) |
---|---|
Schaal 1 | €14,13 |
Schaal 2 | €14,25 |
Schaal 3 | €14,61 |
Schaal 4 | €14,98 |
Schaal 5 | €15,35 |
Schaal 6 | €15,71 |
Schaal 7 | €16,13 |
Schaal 8 | €16,55 |
Schaal 9 | €16,93 |
Schaal 10 | €17,36 |
Schaal 11 | €17,80 |
Schaal 12 | €18,24 |
Schaal 13 | €18,69 |
Schaal 14 | €19,17 |
Schaal 15 | €19,65 |
Schaal 16 | €20,12 |
Schaal 17 | €20,60 |
Schaal 18 | €21,10 |
Schaal 19 | €21,63 |
Deze schalen tonen duidelijk dat het minimumuurloon van €14,08 niet het enige salaristarief is. Werknemers met meer ervaring of een hogere functie ontvangen hogere uurloontarieven. Daarnaast wordt het minimumuurloon in 2026 verder verhoogd naar €16,00 per uur.
De CAO Kinderopvang 2025-2026 heeft een looptijd van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2026. Tijdens deze periode zijn er drie belangrijke salarisverhogingen vastgesteld:
Naast de salarisverhogingen zijn er ook wijzigingen op het gebied van eindejaarsuitkeringen. De eindejaarsuitkering stijgt in twee stappen van 4% in 2024 naar 8% in 2026. Dit betekent dat werknemers in de kinderopvang in de loop van de CAO-looptijd een groter bedrag ontvangen aan eindejaarsuitkering.
Naast salarisverhogingen zijn er ook andere belangrijke wijzigingen in de CAO. Deze omvatten:
Het maandelijks minimumloon in de kinderopvang is afhankelijk van het aantal uren dat een werknemer per week werkt. Voor een fulltime dienstverband van 36 uur per week en een uurloon van €14,08 is het maandelijkse minimumloon ongeveer €2.027,52. Dit bedrag kan echter variëren afhankelijk van toeslagen, zoals voor avonduren of weekends.
Er zijn ook online tools beschikbaar waarmee werknemers hun maandelijks minimumloon kunnen berekenen op basis van hun specifieke situatie. Zoektermen zoals "minimumloon berekenen" of "salaris berekenen kinderopvang" leiden naar deze hulpmiddelen.
Het minimumuurloon is het laagste bedrag dat een werknemer in Nederland per uur moet verdienen. In de kinderopvang gelden echter vaak CAO-salarissen die hoger liggen dan het wettelijk minimum. De CAO-salarissen zijn gebaseerd op functie, ervaring en opleiding. Werknemers met meer ervaring of een hogere functie verdienen dus vaak meer dan het minimumuurloon.
Het is belangrijk om te weten dat het minimumuurloon niet het enige salaristarief is in de kinderopvang. Werknemers kunnen op basis van de CAO-salarissen hogere inkomens behalen, afhankelijk van hun functie en ervaring.
In vergelijking met andere sectoren verdienen werknemers in de kinderopvang relatief weinig. Uit onderzoek van Loonwijzer blijkt dat in het onderwijs en de kinderopvang de salarissen het hoogst liggen in het voortgezet onderwijs en het beroepsonderwijs, tussen de €17 en €18 per uur. Docenten in het mbo verdienen bijvoorbeeld €17,90 per uur, terwijl docenten in het voortgezet onderwijs ongeveer €17,30 per uur verdienen. In het primair onderwijs verdienen leerkrachten ongeveer €15,50 per uur.
In de kinderopvang zelf verdienen kinderverzorgers relatief minder. Leiders of pedagogisch medewerkers verdienen ongeveer €12,10 per uur. Dit is lager dan in het onderwijssector, maar moet worden gezien in de context van het wettelijk minimumuurloon en de CAO-salarissen die vanaf 2025 en 2026 zijn aangegegaan.
Het minimumuurloon in de kinderopvang is sinds 1 januari 2024 vastgesteld op €14,08 per uur. Dit minimum geldt voor alle werknemers, ongeacht het aantal uren dat ze per week werken. Daarnaast zijn er CAO-salarissen die hoger liggen dan het wettelijk minimum. De CAO Kinderopvang 2025-2026 stelt specifieke salarisschalen vast en bevat drie salarisverhogingen in de loop van de looptijd.
De CAO bevat ook belangrijke wijzigingen op het gebied van eindejaarsuitkeringen, stagevergoedingen en werkdruk. De invoering van een verkorte werkweek is een experiment dat mogelijk in de toekomst wordt uitgerold. Het maandelijks minimumloon is afhankelijk van het aantal uren dat een werknemer per week werkt en kan variëren afhankelijk van toeslagen.
Het is belangrijk om te weten dat het minimumuurloon slechts een basis is en dat werknemers in de kinderopvang hogere inkomens kunnen behalen op basis van de CAO-salarissen. Voor een compleet beeld van het salaris in de kinderopvang is het verstandig om de geldende CAO te raadplegen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet