Kinderopvang voor Zorgprofessionals: Flexibiliteit en Gemoedsrust in Drukke Tijden
juli 19, 2025
De kinderopvangsector in Nederland kampert momenteel met een ernstig personeelstekort. Dit tekort heeft gevolgen voor zowel werkgevers als ouders, en leidt tot gesloten opvanglocaties, verlengde wachtlijsten en een veranderende werkelijkheid op de arbeidsmarkt. In dit artikel wordt ingegaan op de huidige situatie, de oorzaken van het tekort en de maatregelen die genomen worden om dit probleem aan te pakken.
Het personeelstekort in de kinderopvangsector is landelijk opgelopen en toont geen enkel teken van verlichting. Uit meerdere bronnen blijkt dat het tekort in regio Amsterdam alleen al in 2032 naar verwachting op 1500 medewerkers uitkomt. In 2022 stonden in Groot Amsterdam al 550 vacatures open in de kinderopvangsector, het hoogste aantal in het land. Ook het aantal werkzoekenden met de benodigde kwalificaties is sterk gedaald. Eind 2022 was het aantal WW-uitkeringen aan pedagogisch medewerkers kinderopvang onder de 100, terwijl dat vóór de coronapandemie nog zo’n 120 was.
In andere regio’s is de situatie iets minder drastisch, maar het probleem is over het hele land aanwezig. Zo is er in Friesland een tekort van 1,5 vacatures per werkzoekende, wat relatief laag is vergeleken met landelijke gemiddelden van ongeveer 4 vacatures per werkzoekende. In Noord-Holland en Zuid-Holland is het tekort juist nijpend, met respectievelijk 6,4 en 4 openstaande vacatures per werkzoekende.
De Nationale Vacaturebank heeft berekend dat landelijk 70,5% van de kinderopvanglocaties een wachtlijst heeft. Bij 31,9% van de opvanglocaties is er zelfs een wachtlijst voor alle dagen. Dit heeft als gevolg dat ouders zich vaak genoodzaakt zien om minder te werken of hun kind in informele opvang te plaatsen, zoals bij oma of opa.
De oorzaken van het personeelstekort zijn complex en meervoudig. Ten eerste is er de demografische verandering: veel medewerkers in de kinderopvangsector staan op pensioen, waardoor er een gat ontstaat in de arbeidsmarkt. Dit tekort wordt verder versterkt door het verwachte beleid van het kabinet. Kinderopvang voor werkende ouders wordt namelijk over enkele jaren bijna gratis, wat naar verwachting de vraag naar kinderopvang sterk zal opdrijven. Uit berekeningen van het CNV blijkt dat dit beleid leidt tot een tekort aan 33.000 medewerkers in de sector.
Daarnaast is er sprake van een tekort aan geschikte kandidaten. Werkzoekenden die in overweging nemen om in de kinderopvangsector terecht te komen, stellen vaak dat de sector minder aantrekkelijk is geworden qua salaris, voorzieningen en werkdruk. Bovendien is de sector in de afgelopen jaren extra belast door de coronapandemie. Veel medewerkers zijn vertrokken of hebben hun beroep verlaten.
De kosten voor ouders die hun kinderen in kinderopvang plaatsen, zijn ook een factor. In regio’s met een groot tekort is het aantal openstaande vacatures per werkzoekende hoger, wat leidt tot hogere opvangkosten. In Drenthe bijvoorbeeld zijn er gemiddeld 1,8 openstaande vacatures per beschikbare medewerker. Ouders moeten hier dus vaak hogere kosten betalen en langere wachtlijsten aanvaarden.
Het personeelstekort heeft tal van gevolgen zowel voor de sector als voor ouders. Eén van de meest directe gevolgen is dat kinderdagverblijven hun deuren moeten sluiten of aangepaste openingstijden moeten houden. In Amsterdam, bijvoorbeeld, vrezen vier op de tien kinderdagverblijven hun opvanglocatie langere tijd dicht te moeten houden. Dit heeft ook invloed op het vierogenprincipe, een maatregel die is ingevoerd om te voorkomen dat kinderen langer dan één uur door één medewerker in de gaten worden gehouden.
Daarnaast is er een impact op de arbeidsmarkt. Kinderopvang is traditioneel een arbeidsmarktinstrument om ouders aan het werk te krijgen. Echter, nu de opvangcapaciteit beperkt is, blijven ouders vaak minder werken of zijn ze genoodzaakt hun kind in informele opvang te plaatsen. Uit onderzoek van de Pointer blijkt dat ouders soms jarenlang wachten op een plek in de kinderopvang. Dit heeft negatieve gevolgen voor hun carrièreontwikkeling en inkomenssituatie.
Het tekort heeft ook invloed op de kwaliteit van de opvang. Wanneer er te weinig medewerkers zijn, leidt dit tot grotere groepen en minder persoonlijke aandacht voor kinderen. Ouders die op zoek zijn naar een plek voor hun kind, stellen vaak dat ze moeite hebben met de wachttijd en de beperkte openingstijden. In sommige gevallen worden ouders gedwongen om hun werkdag aan te passen of hun kind in informele opvang te plaatsen.
Om het personeelstekort aan te pakken zijn diverse initiatieven opgezet. Zo heeft het UWV in de regio Amsterdam verschillende maatregelen ingevoerd. Werkzoekenden die geïnteresseerd zijn in een baan in de kinderopvang kunnen zich via een speciale website aanmelden. Het UWV helpt ook werkgevers bij het werven en binden van medewerkers, onder andere door middel van omscholing en bijscholing.
In Amsterdam is een gezamenlijke wervingscampagne ontwikkeld, waarbij opleiders, werkgevers, brancheverenigingen en gemeenten samenwerken. Het doel van deze campagne is om mensen enthousiast te maken voor een baan in de kinderopvang. Het is de overtuiging van de betrokken partijen dat samenwerking efficiënter is dan concurrentie. Door krachten te bundelen, kan er beter gewerkt worden aan het werven van medewerkers en het verbeteren van het beeld van de sector.
In Drenthe en Friesland zijn ook initiatieven genomen. Zo werkt het Regionaal Werkcentrum Groot-Amsterdam samen met het UWV om kandidaten die niet direct geschikt zijn voor de kinderopvang, naar andere passende werkplekken te begeleiden. Dit helpt om het tekort aan geschikte kandidaten te verminderen en om mensen die potentiële kandidaten zijn, beter op te leiden voor een functie in de kinderopvang.
Het CNV wijst erop dat het beleid van het kabinet, dat gericht is op een verlaging van de kosten van kinderopvang, het probleem juist verergt. Het verwachte tekort aan 33.000 medewerkers wordt volgens het CNV het gevolg van het beleid. Ouders zullen niet in staat zijn om kinderopvangplekken te krijgen, waardoor ze niet aan het werk kunnen. Het CNV roept daarom op tot heroverweging van het beleid en het uitstellen van de plannen tot er voldoende medewerkers beschikbaar zijn.
Het personeelstekort in de kinderopvangsector is een urgent probleem dat landelijk aan de orde is. In regio Amsterdam is het tekort al opgelopen tot 1500 medewerkers in 2032, en in andere regio’s zijn de tekorten ook merkbaar. De oorzaken zijn meervoudig en omvatten demografische veranderingen, beleid van het kabinet en tekorten aan geschikte kandidaten. De gevolgen van het tekort zijn verstrekkend en raken zowel ouders als werkgevers.
Maatregelen worden genomen om het probleem aan te pakken, zoals gezamenlijke wervingscampagnes, omscholing en bijscholing. Het is echter duidelijk dat de huidige maatregelen niet voldoende zijn om het probleem op te lossen. Het beleid van het kabinet wordt door organisaties als het CNV afgeraden, omdat het het probleem juist verergt. Er is dringend behoefte aan een nieuw beleidskader dat het personeelstekort aanpakt en zorgt voor een duurzame opvangsector.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet