logo kinderopvang lappelein heerenveen 350

klachtenvrij 2019klachtenvrij 2020klachtenvrij 2021klachtenvrij 2022

Kinderopvang Lappelein
Kinderopvang Lappelein
Kleinschalige kinderopvang in Heerenveen

Belastingaftrek in de Kinderopvang: Belangrijke Faciliteiten en Risico's

In de maatschappelijke kinderopvang spelen belastingaftrekken en fiscale faciliteiten een belangrijke rol bij het beheren van kosten en het behouden van de duurzaamheid van de organisatie. Het is daarom van essentieel belang dat kinderopvangorganisaties goed inzicht hebben in de fiscale regelgeving en de mogelijkheden die voor hen beschikbaar zijn. In dit artikel worden de belangrijkste belastingaftrekken en fiscale faciliteiten besproken, met aandacht voor vennootschapsbelasting (Vpb), omzetbelasting (btw), loonbelasting en energie-investeringsaftrek. Daarnaast komen praktische voorbeelden en risico's aan bod, zoals het gebruik van zzp’ers en het uitlenen van personeel.

Vennootschapsbelasting en Belastingplicht

Een veel voorkomende rechtsvorm bij maatschappelijke kinderopvangorganisaties is de stichting. Hoewel stichtingen vaak niet als commerciële ondernemingen worden gezien, zijn ze toch belastingplichtig voor vennootschapsbelasting (Vpb) indien en voor zover sprake is van een onderneming. Een onderneming wordt gedefinieerd als een organisatie van kapitaal en arbeid die deelneemt aan het economisch verkeer en een winststreven heeft. In de praktijk is dit vaak het geval, vooral wanneer de kinderopvangorganisatie in concurrentie treedt met andere instellingen. De visie van de staatssecretaris is hierin duidelijk: ook stichtingen kunnen belastingplichtig zijn als er sprake is van een onderneming. Het is daarom belangrijk om de activiteiten van de organisatie goed te analyseren en te beoordelen of er sprake is van een onderneming.

Energie-investeringsaftrek

In de maatschappelijke kinderopvang is er een toenemende aandacht voor duurzaamheid. Initiatieven zoals De Groene Agenda Kinderopvang bundelen inspanningen van brancheorganisaties, belangenverenigingen en kinderopvangorganisaties om de sector duurzamer te maken. Bij het uitvoeren van investeringsplannen is het belangrijk om rekening te houden met fiscale faciliteiten. Een voorbeeld hiervan is de energie-investeringsaftrek. Deze faciliteit maakt het mogelijk om 45,5 procent van het investeringsbedrag te aftrekken, mits er wordt geïnvesteerd in energiebesparende bedrijfsmiddelen of duurzame energie.

De voorwaarden voor het benutten van deze aftrek zijn echter strikt. Zo moet binnen drie maanden na het aangaan van een verplichting een melding van de investering worden gedaan bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De aftrek kan vervolgens worden verzilverd in de aangifte van vennootschapsbelasting. Het is daarom van groot belang dat kinderopvangorganisaties goed op de hoogte zijn van deze mogelijkheden en deze tijdig benutten.

Omzetbelasting en ZZP’ers

Voor kinderopvangorganisaties is het gebruik van zzp’ers een populaire keuze om het personeelstekort aan te pakken. De flexibiliteit die zzp’ers bieden, is een groot voordeel. Echter, het gebruik van zzp’ers brengt ook fiscale onzekerheden met zich mee, vooral wat betreft de omzetbelasting (btw). De aangifte van btw hangt af van de aard van de werkzaamheden en de rechtsbetrekking tussen de partijen. In de praktijk merkt men dat zzp’ers die voldoen aan bepaalde eisen in principe vrijgesteld zijn van btw. De Belastingdienst neemt echter een steeds striktere visie aan en stelt zich vaak op het standpunt dat zzp’ers wel btw in rekening moeten brengen.

Deze btw-aangifte werkt kostprijsverhogend, zowel voor de zzp’er als voor de kinderopvangorganisatie. Het is daarom belangrijk dat beide partijen goed afstemmen op de fiscale situatie. Zoals vermeld in een artikel van Tadaah, een uitzendbureau voor pedagogisch professionals, is er veel contact met het ministerie over dit btw-risico. Het gebruik van zzp’ers blijft een interessante optie, maar vereist een goed inzicht in de fiscale regelgeving om risico’s op vervelende naheffingen te voorkomen.

Loonbelasting en de Werkkostenregeling (WKR)

De werkkostenregeling (WKR) biedt een belangrijke faciliteit voor kinderopvangorganisaties bij het uitkeren van onbelaste vergoedingen aan werknemers. De vrije ruimte binnen de WKR is maximaal 1,7 procent van de loonsom tot €400.000 en 1,18 procent voor het meerdere van de totale fiscale loonsom. Over het bedrag dat de vrije ruimte overschrijdt, is een eindheffing verschuldigd van 80 procent. Deze eindheffing is een werkgeversheffing en kan niet achteraf worden verhaald op werknemers.

Omdat kinderopvang arbeidsintensief is, is er binnen deze sector relatief veel vrije ruimte beschikbaar. Echter, in de praktijk merkt men dat veel kinderopvangorganisaties onvoldoende kennis hebben van de WKR. Hierdoor ontstaat het risico dat de vrije ruimte niet optimaal wordt benut en dat er discussies ontstaan met de Belastingdienst over de fiscale verwerking van bepaalde uitgaven.

Een concrete aanbeveling is om op de factuur goed zichtbaar te maken wat de specifieke aard van de kosten is. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij de uitgaven voor de verzekering van werknemers of voor de aan- en uitkleding van kinderen. Door duidelijkheid te scheppen over de aard van de kosten kan men eventuele fiscale discussies voorkomen.

Uitlenen van personeel en btw-aangifte

Een veelvoorkomende situatie in de kinderopvangsector is het uitlenen van personeel. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren tussen verschillende kinderopvanginstellingen of tussen een kinderopvangorganisatie en een onderwijsinstelling. Ook bij deze situatie ontstaan fiscale vragen, vooral rondom de aangifte van btw. In hoofdregel is sprake van een btw-beschikbare prestatie als personeel wordt uitgeleend aan een onderwijsinstelling. Ook bij de inzet van een onderwijsassistent is dit het geval.

Het is daarom belangrijk om te kijken naar de doel en strekking van de btw-richtlijnen. Soms zijn er pleitbare standpunten om btw-heffing te vermijden. Een mogelijke oplossing is het vormen van een fiscale eenheid voor de btw, bijvoorbeeld tussen gelieerde stichtingen zoals onderwijs en kinderopvang. Hierbij is sprake van een financiële, economische en organisatorische eenheid, waarbij de inhoud van de statuten een belangrijke rol speelt.

Een alternatieve oplossing is het opstellen van een 'overeenkomst kosten voor gemene rekening'. Hierbij moet vooraf een duidelijke verdeelsleutel voor de kosten worden bepaald. Deze optie vereist echter zorgvuldige voorbereiding en afstemming tussen de betrokken partijen.

Belastingaangifte en Gastouderopvang

Niet alleen kinderopvangorganisaties, ook gastouderopvang wordt jaarlijks gecontroleerd door de GGD. Deze controles gebeuren meestal onaangekondigd. De GGD controleert eerst of gastouders over een VOG (verklaring omtrent gedrag), diploma of certificaat en EHBO (eerste hulp bij ongevallen) beschikken. Vervolgens wordt elk jaar gecontroleerd of de eisen voor accommodatie, inrichting, pedagogische kwaliteit, het aantal kinderen en veiligheid en gezondheid worden nageleefd.

Bij gastouderbureaus worden ook steekproeven gedaan bij adressen van vraagouders. Daarnaast kan de GGD een inspectieonderzoek uitvoeren als er signalen zijn dat de opvang niet in orde is. Voor vragen over de fiscale gevolgen van gastouderopvang, zoals belastingaangifte en belastingverplichtingen, kan men terecht bij de Belastingdienst.

Conclusie

Belastingaftrekken en fiscale faciliteiten spelen een cruciale rol in de maatschappelijke kinderopvang. Het is belangrijk dat kinderopvangorganisaties goed op de hoogte zijn van de regelgeving rondom vennootschapsbelasting, omzetbelasting, loonbelasting en energie-investeringsaftrek. Door deze faciliteiten te benutten en het risico op onnodige naheffingen te vermijden, kan de sector duurzaam en efficiënt worden uitgevoerd.

Het gebruik van zzp’ers, het uitlenen van personeel en het benutten van de werkkostenregeling vereisen een goed begrip van de fiscale regelgeving. Door samenwerking met fiscale experts en het uitvoeren van WKR-scans kan men zorgen voor een optimaal gebruik van de beschikbare faciliteiten. Bovendien is het belangrijk om duidelijkheid te scheppen in administratieve processen, zoals het tonen van de aard van kosten op facturen, om eventuele discussies met de Belastingdienst te voorkomen.

De kinderopvangsector speelt een essentiële rol in de maatschappij en het combineren van werk en opvoeding. Door het goed begrijpen en benutten van fiscale faciliteiten kan deze sector niet alleen duurzaam blijven, maar ook blijven groeien en verbeteren.

Bronnen

  1. Kinderopvang en belastingen – Naheffingen voorkomen
  2. Ruimtelijke beleidsregels kinderopvang

Gerelateerde berichten

Een nieuwe locatie!

Vanaf maandag 11 december 2017 is Kinderopvang Lappelein te vinden op deze prachtige nieuwe locatie:

Kinderopvang Lappelein
Commandeurstraat 17
8442 AT Heerenveen
0513- 436658
06-13810429
[email protected]

Openingstijden

De openingstijden liggen tussen 6.30 uur en 19.00 uur.

In het nieuws

Nieuwe gevel voor BSO

nieuwe gevel bso lappeleinVorige week een nieuwe gevel bij de BSO gekregen. Nieuwe kozijnen, nieuw glas en deur.

Lees meer …

14 september: dag van de pedagogisch medewerker

dag van de pedagogisch medewerker 2022

Vandaag de dag van de pedagogisch medewerker. Denk u er even over na om deze kanjers in het zonnetje te zetten.

Lees meer …

Vier grote bakken appels uit eigen tuin!

appels uit eigen tuin
Gisteren met de kinderen alle appels van de bomen geplukt. Het zijn er weer onwijs veel, vier grote bakken vol.

Lees meer …


Kinderopvang Lappelein Erkend Leerbedrijf

Kinderopvang Lappelein is sinds april 2017 een erkend SBB leerbedrijf

Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet

 

 

Tarieven