Moeilijk opvoeden: Hulp en ondersteuning voor jongeren met gedragsproblemen
juli 8, 2025
De opvoeding van kinderen is een complex proces dat zowel fysieke als psychologische ontwikkeling omvat. In dit artikel wordt ingegaan op de visie van Maria Montessori, een Italiaanse arts en pedagoog die in het begin van de 20e eeuw een revolutionaire aanpak ontwikkelde voor het onderwijs en de opvoeding van kinderen. Haar methode, genoemd naar haarzelf, is gebaseerd op het principe van ‘help mij het zelf te doen’. Dit betekent dat kinderen worden gestimuleerd om zelfstandig te leren, te experimenteren en te ontdekken in een goed voorbereide omgeving. De visie van Montessori is niet alleen van toepassing in scholen, maar ook in de opvoeding binnen het gezin.
De Montessori-methode is gebaseerd op vier kernprincipes die centraal staan in de opvoeding van kinderen. Ten eerste wordt zelfstandigheid gestimuleerd. Kinderen worden aangemoedigd om zoveel mogelijk zelf te doen, wat hun zelfvertrouwen vergroot en hen onafhankelijker maakt. Door het zelf te doen leren ze bovendien sneller. Ten tweede is er sprake van vrijheid binnen duidelijke grenzen. Kinderen krijgen duidelijke kaders waarbinnen ze hun eigen activiteiten mogen kiezen. Deze afspraken worden vaak samen met de ouders gemaakt. Bijvoorbeeld: “Leg het speelgoed of materiaal dat je gebruikt weer terug op de plek als je met iets anders gaat spelen.”
Ten derde speelt een voorbereide omgeving een cruciale rol. Dit is een ruimte waarin kinderen zich veilig en comfortabel voelen, en waarin ze kunnen werken met materialen die aansluiten bij hun ontwikkelingsfase. De rol van de volwassene is hierbij begeleidend in plaats van leidend. Ten sloten is er sprake van een heterogene groep, waarin kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar komen. Dit bevordert een harmonische ontwikkeling, omdat een kind eerst de jongste, dan de middelste en tenslotte de oudste van de groep is. Kinderen kunnen hierdoor elkaar helpen en van elkaar leren.
Een van de belangrijkste aspecten van de Montessori-methode is de voorbereide omgeving. Volgens Montessori moet de omgeving van het kind zodanig zijn dat het kind zich kan ontwikkelen zonder belemmeringen. Dit betekent dat de ruimte moet worden ingericht met materialen die aansluiten bij de ontwikkelingsfase van het kind. De materialen moeten zodanig zijn dat ze het kind kunnen helpen bij het leren en ontdekken. Bijvoorbeeld: een kind dat zich bezighoudt met de fijne motoriek kan werken met materialen die het handjesgevoel en de oog-handcoördinatie bevorderen.
De voorbereide omgeving moet ook zorgen voor ruimte en orde. Kinderen moeten kunnen kiezen uit verschillende activiteiten en mogen hun eigen keuzes maken binnen de beperkingen van de omgeving. Dit bevordert de zelfstandigheid en het gevoel van eigenaar zijn van hun activiteiten. Bovendien moet de omgeving zodanig zijn dat het kind zich kan ontwikkelen in een veilige en rustige omgeving, waarin het zich kan concentreren en zijn eigen ritme kan volgen.
In de Montessori-methode staat de zelfstandigheid van het kind centraal. Kinderen worden aangemoedigd om zoveel mogelijk zelf te doen, wat hun zelfvertrouwen vergroot en hen onafhankelijker maakt. Door het zelf te doen leren ze bovendien sneller. Bijvoorbeeld: een kind dat zelf zijn kleding kan uittrekken of zijn speelgoed opbergen, leert meer over verantwoordelijkheid en zelfbeheersing.
De methode stelt ook voor dat kinderen hun eigen keuzes mogen maken binnen de grenzen van de omgeving. Dit kan bijvoorbeeld zijn: “Wil je nu je tanden poetsen of na het voorlezen?” Hierdoor ontwikkelt het kind een gevoel van eigenaar zijn en wordt het actiever betrokken bij zijn eigen ontwikkeling. Bovendien wordt het kind gestimuleerd om zijn eigen strategieën te ontwikkelen en te leren omgaan met uitdagingen.
De rol van de ouder in de Montessori-opvoeding is begeleidend in plaats van leidend. Dit betekent dat de ouder het kind moet ondersteunen en stimuleren in plaats van te veel invloed uit te oefenen. De ouder dient een luisterend oor te bieden en het kind te laten weten dat het begrepen wordt. Bijvoorbeeld: wanneer het kind een verhaal vertelt, moet de ouder aandachtig luisteren zonder afleiding van een telefoon of werk. Ook wordt het kind aangemoedigd om zelf keuzes te maken binnen de grenzen van de ouder.
Daarnaast is het belangrijk dat de ouder geduldig is en de juiste uitleg geeft. Bijvoorbeeld: wanneer het kind zich verkeerd gedraagt, moet de ouder niet direct ingrijpen, maar eerst kijken wat er aan de hand is en proberen om het kind te begeleiden in het vinden van een oplossing. Dit bevordert het gevoel van eigenaar zijn en het leren omgaan met conflicten.
De Montessori-methode heeft een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen. De methode stimuleert de zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en natuurlijke nieuwsgierigheid van kinderen. Ze krijgen de ruimte om in hun eigen tempo te leren via spel en praktische activiteiten in een voorbereide, rustige omgeving. Dit bevordert het gevoel van eigenaar zijn en het ontwikkelen van een positieve houding tegenover leren.
Bovendien leert het kind om met anderen om te gaan en te leren samenwerken. De heterogene groepen bevorderen een harmonische ontwikkeling, waarin kinderen elkaar kunnen helpen en van elkaar leren. Dit is belangrijk voor de sociale ontwikkeling van het kind.
De visie van Maria Montessori op de opvoeding van kinderen is gebaseerd op het principe van ‘help mij het zelf te doen’. De methode is gebaseerd op vier kernprincipes: zelfstandigheid stimuleren, vrijheid binnen duidelijke grenzen, een voorbereide omgeving en een heterogene groep. De methode heeft een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen, omdat ze de zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en natuurlijke nieuwsgrootheid van kinderen stimuleert. De rol van de ouder is begeleidend in plaats van leidend, wat helpt bij het ontwikkelen van een positieve houding tegenover leren en samenwerken.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet