De Opvoeders: Een nieuw EO-programma over opvoeden en gezin
juli 5, 2025
In het moderne onderwijs speelt de digitale wereld een cruciale rol. De integratie van computers en andere digitale hulpmiddelen in de les is niet meer weg te denken. De beschikbaarheid van digitale tools zoals laptops, tablets en programma’s voor leerlingen en docenten is een onderwerp van veel discussie. De vraag die veel ouders, docenten en beleidsmakers bezig houden, is of de overheid of scholen verantwoordelijk moeten zijn voor het verstrekken van digitale leermiddelen. In dit artikel worden de rol van computers in het onderwijs, de impact op leerlingen, de financiële lasten voor ouders en de stellingname van organisaties zoals Leergeld Nederland behandeld.
Computers en digitale hulpmiddelen zijn in veel scholen al jaren onderdeel van het onderwijs. Vanaf groep 1 worden kinderen al geïntroduceerd in het werken met computers, zoals met de Beebot, een eenvoudig programma dat kinderen helpt om logisch te denken en een route te plannen. In de middenbouw komen dan de Probot en in de bovenbouw de Ozobot aan de orde. Ook wordt de Luqo ingezet in alle groepen. Deze tools helpen kinderen om rekenen, taal en andere vakken te leren, maar vooral ook om te leren denken als een computer.
Een van de belangrijkste 21st Century Skills is het oplossen van problemen met behulp van computers. Dit wordt ook wel ‘computational thinking’ genoemd. Door programmeeropdrachten te geven, leren leerlingen niet alleen om te programmeren, maar ook om logisch en creatief na te denken. Dit is belangrijk voor de toekomst, aangezien de arbeidsmarkt steeds meer vraagt om digitale vaardigheden.
Bij veel vakken wordt ICT ingezet. Denk aan het opmaken van een sollicitatiebrief in Word, het maken van berekeningen met Excel of het interpreteren van vertalingen met een vertaalprogramma. Hoewel kinderen vaak goed zijn in het bedienen van apparaten, is het juiste inzetten van digitale tools iets dat ze moeten leren.
Het gebruik van ICT kan de motivatie van leerlingen aanzetten. Programma’s als Kahoot helpen leerlingen om te leren op een speelse manier. Bijvoorbeeld door een quiz te spelen en zo veel mogelijk juiste antwoorden te geven, kunnen leerlingen zich beter betrokken voelen bij het lesgeven. Ook het maken van videoblogs in plaats van een werkstuk kan leerlingen inspireren, omdat het dichter bij hun belevingswereld ligt.
Een ander voordeel is dat ICT tijd kan besparen. Een instructie die leerlingen thuis kunnen bekijken, levert tijd op in de les. Een online toets kan ook veel nakijkwerk schelen. Daarnaast leren leerlingen om digitale tools op een zinvolle manier in te zetten.
Hoewel computers en digitale tools een belangrijke rol spelen in het onderwijs, is het voor veel ouders een last om dit te financieren. In het voortgezet onderwijs hebben 64% van de kinderen een laptop of tablet nodig om mee te kunnen werken, maar slechts 7% krijgt dit van school. Veel scholen verwijzen naar commerciële aanbieders, waardoor ouders zelf de kosten moeten dragen.
De kosten zijn stijgend. Waar vroeger een gerefurbished laptop van € 200 voldoende was, worden nu aanvragen gedaan voor een nieuw apparaat van € 500 tot € 700. Bij sommige scholen wordt zelfs een Apple-laptop aangevraagd, wat tot meer dan € 1000 kan oplopen. Dit maakt het voor veel ouders lastig om de kosten te dragen.
Bijna de helft van de ouders voelt zich door school onder druk gezet om een laptop of tablet aan te schaffen. De kosten voor digitale leermiddelen zijn opgelopen tot meer dan 800 euro per schooljaar. Dit is voor veel ouders een zware last, vooral als ze zelf niet in staat zijn om dit te dragen.
Leergeld Nederland roept de overheid op om digitale leermiddelen onder de Wet Gratis Schoolboeken te laten vallen. Dit zou zorgen voor een gelijke kans voor alle leerlingen, ongeacht hun financiële situatie. De organisatie benadrukt dat digitale leermiddelen onmisbaar zijn geworden voor het volgen van onderwijs. Ze moeten, net als schoolboeken, gratis beschikbaar zijn voor leerlingen.
De discussie over de financiering van digitale leermiddelen loopt al jaren, maar de overheid blijft achter met concrete actie. Hoewel er erkend wordt dat laptops essentieel zijn voor het onderwijs, blijven scholen onvoldoende middelen hebben om deze apparaten zelf te bekostigen.
De school speelt een cruciale rol in het verstrekken van digitale leermiddelen. Veel scholen hebben besloten om met een nieuw apparaat te werken, maar de uitdaging is om dit zinvol in te zetten. Docenten moeten leren hoe ze ICT kunnen inzetten in de les, zodat leerlingen hier echt iets aan hebben.
De overheid moet volgens Leergeld Nederland in actie komen. De organisatie eist dat de nieuwe regering digitale leermiddelen onder de Wet Gratis Schoolboeken laat vallen. Dit is belangrijk voor de kansengelijkheid, want het is onaanvaardbaar dat ouders gedwongen worden om deze kosten te dragen. Het is een collectieve investering in het onderwijs en kansen voor alle kinderen.
Het onderzoek onder ouders laat zien dat veel van hen zich druk maken over de kosten voor digitale leermiddelen. Meer dan 40% van de ouders zegt de kosten wel te kunnen betalen, maar er andere dingen voor te moeten laten. 69% van de ouders vindt de kosten voor digitale leermiddelen te hoog.
In het voortgezet onderwijs is de druk vanuit school om digitale leermiddelen aan te schaffen hoog. Meer dan de helft van de ouders voelt zich onder druk gezet, ook al kunnen ze het niet betalen. Dit is een probleem, want het kan leiden tot ongelijke kansen tussen leerlingen uit verschillende gezinnen.
De integratie van computers en digitale hulpmiddelen in het onderwijs is niet meer weg te denken. Ze spelen een cruciale rol bij het leren van leerlingen, het motiveren van leerlingen en het voorbereiden op de toekomst. Echter, de financiële lasten voor ouders zijn aanzienlijk. Leergeld Nederland roept de overheid op om digitale leermiddelen gratis beschikbaar te stellen, net als schoolboeken. Dit is belangrijk voor de kansengelijkheid en het veiligstellen van gelijke kansen voor alle leerlingen. De school speelt hierbij een cruciale rol, maar ook de overheid moet actie ondernemen om dit probleem aan te pakken.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet