Ziekte en Kinderopvang: Wanneer Wel en Niet Naar de Opvang?
juni 7, 2025
De kinderopvang speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van jonge kinderen en biedt ouders de mogelijkheid om werk en gezin te combineren. Een belangrijk aspect van kwalitatief goede kinderopvang is de beroepskracht-kind ratio (BKR), ook wel bekend als de leidster-kind ratio. Deze ratio bepaalt het aantal kinderen dat één pedagogisch medewerker mag begeleiden en is van invloed op de aandacht en zorg die elk kind kan ontvangen. Dit artikel biedt een gedetailleerd overzicht van de BKR in de kinderopvang, inclusief de wettelijke eisen, berekeningsmethoden en recente ontwikkelingen.
De wettelijke BKR is vastgelegd in het Besluit kwaliteit kinderopvang en is afhankelijk van de leeftijd van de kinderen. Voor baby’s (0-1 jaar) geldt een ratio van 1 leidster op 3 kinderen. Voor kinderen van één tot twee jaar is dit 1 leidster op 5 kinderen. Kinderen van twee tot vier jaar mogen worden opgevangen met een ratio van 1 leidster op 8 kinderen. Voor kinderen van vier tot zes jaar is de ratio 1 leidster op 10 kinderen, en voor kinderen van zeven jaar en ouder geldt een ratio van 1 leidster op 12 kinderen. Deze ratio’s zijn wettelijk vastgelegd en moeten door alle kinderopvanglocaties worden nageleefd. Het doel van deze differentiatie is om te zorgen voor voldoende individuele aandacht en zorg, afgestemd op de ontwikkelingsbehoeften van de verschillende leeftijdsgroepen.
Het berekenen van de BKR kan complex zijn, vooral bij gemengde groepen met kinderen van verschillende leeftijden. Er zijn verschillende rekentools beschikbaar om kinderopvangorganisaties te helpen bij het nauwkeurig berekenen van het benodigde aantal beroepskrachten. De Rijksoverheid biedt een rekentool aan die rekening houdt met de leeftijd van de kinderen en eventuele uitzonderingen. Het is belangrijk om de juiste tool te gebruiken om te voldoen aan de wettelijke eisen en een veilige en kwalitatief goede opvang te garanderen.
Om flexibiliteit in de personeelsinzet mogelijk te maken, is er de zogenaamde drie-uursregeling. Deze regeling staat toe om gedurende maximaal drie uur per dag af te wijken van de normale BKR. Dit kan bijvoorbeeld worden gebruikt aan de randen van de dag of tijdens de lunchpauze. Het is echter belangrijk om te benadrukken dat de kwaliteit van de opvang niet mag worden aangetast door deze afwijking.
De BKR voor de buitenschoolse opvang is anders dan die voor de kinderopvang. Voor de BSO geldt een specifieke formule om het minimaal aantal in te zetten beroepskrachten te berekenen, gebaseerd op het aantal kinderen in de leeftijd van vier tot en met zes jaar (A) en het aantal kinderen van zeven jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs eindigt (B). De formule is (A x 0,1) + (B x 0,083). Het resultaat wordt afgerond naar boven als het 0,18 of hoger is, en er wordt minimaal één beroepskracht ingezet als er kinderen aanwezig zijn.
Per 1 juli 2024 zijn er wijzigingen doorgevoerd in de kwaliteitseisen voor de kinderopvang, waaronder de BKR. Voor de BSO is de berekening van het minimaal aantal in te zetten beroepskrachten veranderd en moet deze nu op het niveau van het kindercentrum worden berekend, in plaats van op groepsniveau. Deze wijziging kan gevolgen hebben voor de personeelsinzet en het pedagogisch beleid van de opvanglocatie.
Bij combinatiegroepen, waarin kinderen van verschillende leeftijden worden opgevangen, gelden specifieke regels. In een combinatiegroep dagopvang/BSO of peuterspeelzaalwerk/BSO worden kinderen van 4 jaar en ouder beschouwd als kinderen van 3 tot 4 jaar bij de berekening van de BKR. Een combinatiegroep met kinderen van 0 tot 4 jaar mag maximaal 16 kinderen bevatten.
Een goede communicatie tussen ouders en de kinderopvang is essentieel. Ouderapps, zoals Kidsadmin, kunnen hierbij helpen door ouders op de hoogte te houden van de dagelijkse gang van zaken en hen snel en eenvoudig toegang te geven tot belangrijke informatie.
Naast formele kinderopvang is er ook informele opvang, zoals opvang door grootouders, andere familieleden of vrienden. Uit onderzoek blijkt dat een aanzienlijk deel van de kinderen gebruik maakt van informele opvang, vaak in combinatie met formele opvang. Informele opvang kan een belangrijke rol spelen in de opvoeding en ontwikkeling van kinderen.
Kinderopvang kan een aanzienlijke kostenpost zijn. Ouders kunnen in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag, afhankelijk van hun inkomen en werksituatie. Het is belangrijk om te controleren hoeveel toeslag men kan ontvangen en wat de netto kosten zullen zijn. Er zijn rekentools beschikbaar die hierbij kunnen helpen, zoals die van Nettobijdrage, die ouders 100% informeert over de netto kosten van kinderopvang.
Het kiezen van de juiste kinderopvang is een belangrijke beslissing. Het is raadzaam om verschillende opvanglocaties te bezoeken, de sfeer te proeven en te informeren naar de kosten, de BKR, de activiteiten en de veiligheidsmaatregelen. Het is ook nuttig om ervaringen van andere ouders te vragen.
Bij de selectie van een kinderopvanglocatie is het belangrijk om aandacht te besteden aan de volgende punten:
Er wordt in Vlaanderen gepleit voor een eengemaakt systeem tussen kinderopvang en kleuteronderwijs om veel van de problemen binnen beide sectoren op te lossen. Dit zou kunnen leiden tot een meer coherente en kwalitatief hoogwaardige opvang voor alle 0- tot 6-jarigen.
De beroepskracht-kind ratio is een essentieel onderdeel van kwalitatief goede kinderopvang. Het waarborgen van de juiste ratio, in overeenstemming met de wettelijke eisen en de leeftijd van de kinderen, is cruciaal voor het bieden van een veilige, stimulerende en ontwikkelingsgerichte omgeving. Ouders en professionals moeten zich bewust zijn van de BKR en de impact ervan op de kwaliteit van de opvang. Door gebruik te maken van beschikbare rekentools en informatiebronnen kan de juiste BKR worden berekend en nageleefd, wat bijdraagt aan het welzijn en de ontwikkeling van jonge kinderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet