Kinderopvang en Scheiding: Een Gids voor Ouders en Opvangorganisaties
juni 7, 2025
De kinderopvang speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van jonge kinderen, met name op het gebied van taal. Verschillen in taalvaardigheid tussen kinderen zijn vaak al zichtbaar bij schoolstart en kunnen voortkomen uit diverse factoren, waaronder de sociaaleconomische positie van de ouders en de thuistaal. Dit artikel belicht de uitdagingen en mogelijkheden rondom taalontwikkeling in de kinderopvang, gebaseerd op inzichten uit recent onderzoek en praktijkvoorbeelden.
Het concept ‘taalachterstand’ is niet altijd eenduidig. Soms wordt de term gebruikt wanneer kinderen in de kinderopvang gedrag vertonen dat wijst op onduidelijk spreken of weinig praten, waarna direct de conclusie wordt getrokken dat dit ook in de thuistaal het geval is. Dit is echter niet per definitie zo. Een kind kan simpelweg de Nederlandse taal nog niet voldoende beheersen. Het is belangrijk om te beseffen dat gedrag dat in de opvang wordt waargenomen, niet automatisch een afspiegeling is van de situatie thuis. Andere factoren, zoals een moeilijke thuissituatie, kunnen de taalontwikkeling beïnvloeden. Wanneer een kind zich thuis niet veilig voelt, kan het moeilijker zijn om informatie op te nemen en te verwerken, wat de taalontwikkeling kan stagneren.
Het is essentieel om alert te zijn op andere factoren die het gedrag van een kind kunnen beïnvloeden, en niet direct te concluderen aan een taalachterstand.
De kinderopvang kan een significante bijdrage leveren aan de taalontwikkeling van kinderen, met name voor kinderen met een potentiele achterstand. De peuterspeelzaal, bijvoorbeeld, biedt een omgeving waar kinderen spelenderwijs leren en zich voorbereiden op de basisschool. Kinderen tussen twee en vier jaar spelen hier met leeftijdsgenoten onder begeleiding van professionele pedagogisch medewerkers. De focus ligt op voorschoolse educatie, waarbij verschillende ontwikkelingsgebieden, zoals taal en sociaal-emotionele vaardigheden, worden gestimuleerd.
Een belangrijke taak van de kinderopvang is het creëren van een taalrijke omgeving. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die in hun vroege jaren veel taalstimulatie krijgen, beter voorbereid zijn op school en minder snel een taalachterstand ontwikkelen. Dit omvat het gebruik van een rijke en gevarieerde woordenschat, het stellen van open vragen die kinderen aanzetten tot nadenken en het stimuleren van gesprekken.
Effectieve taalstimulering vereist meer dan alleen het voorlezen van boeken. Het is belangrijk om woorden aan beelden te koppelen, bij voorkeur met echte voorwerpen in plaats van alleen plaatjes. Door alle zintuigen te gebruiken, wordt de betekenis van woorden tastbaarder en wordt het leren leuker. Het is ook waardevol om thema’s te gebruiken en deze af te sluiten met een uitstapje, zodat kinderen de woorden in een concrete context ervaren.
Het toelaten van de thuistaal is eveneens cruciaal. Wanneer kinderen in hun eigen taal met elkaar spelen, kan dit de taalontwikkeling juist bevorderen. Pedagogisch medewerkers kunnen zich verbinden met het spel en Nederlandse woorden koppelen aan de woorden in de andere taal. Een goede beheersing van de moedertaal vormt een solide basis voor het leren van een tweede taal.
Vanaf 1 januari 2025 geldt er een nieuwe taaleis voor pedagogisch professionals in de kinderopvang. Zij moeten de Nederlandse taal minimaal op 3F-niveau (mondeling) of B2 beheersen. Deze eis is van belang voor een goede communicatie met kinderen, ouders en collega’s, en draagt bij aan de kwaliteit van de opvang. Goede communicatie is essentieel om de behoeften en gevoelens van kinderen te begrijpen, en om de veiligheid te waarborgen.
De taaleis is ook van belang voor de taalontwikkeling van de kinderen zelf. Professionals met een goed taalniveau kunnen kinderen helpen door veel verschillende woorden en zinnen te gebruiken, en door hen aan te moedigen om zelf meer te praten. Dit is vooral belangrijk voor kinderen die moeite hebben met taal.
De samenwerking met ouders is onmisbaar bij het stimuleren van de taalontwikkeling van kinderen. Het is belangrijk om de achtergrond van de ouders te begrijpen, hun ervaringen en hun activiteiten thuis. Ouders kunnen vaak het beste worden bereikt door hen actief te betrekken bij activiteiten op de groep, bijvoorbeeld door wekelijks een ouder-kindactiviteit te organiseren.
Het is belangrijk om te onthouden dat ouders niet altijd op de hoogte zijn van de mogelijkheden voor taalbevordering. Het geven van advies over voorlezen is niet voldoende; het begint bij het begrijpen van de context van de ouders en het aansluiten bij hun behoeften.
Een goede samenwerking tussen kinderopvang en basisschool is essentieel voor een soepele overgang en een doorgaande leerlijn. Bij de overgang van de kinderopvang naar de basisschool worden observaties, KIJK-lijsten en plan van aanpakken overgedragen, zodat de leerkracht een goed beeld krijgt van de ontwikkeling van het kind. Kinderopvangmedewerkers nemen deel aan overleggen met de basisschool om de samenwerking te optimaliseren.
In een steeds diversere samenleving is het belangrijk om aandacht te besteden aan meertaligheid. Kinderen komen steeds vaker met verschillende talen en culturen in aanraking. Het is belangrijk om een warm welkom te bieden aan alle kinderen, ongeacht hun achtergrond. Dit betekent dat de thuistaal van kinderen wordt gerespecteerd en dat er ruimte is voor culturele diversiteit.
De vraag wanneer een kind klaar is voor de basisschool is complex. Er zijn kinderen die al vroeg in ontwikkeling zijn, terwijl anderen meer tijd nodig hebben. Het is belangrijk om naar het kind zelf te kijken en niet alleen naar de leeftijd. Een kind dat moeite heeft met fijne motoriek of nog niet kan fietsen, hoeft niet per se later naar de basisschool te gaan. De basisschool biedt de mogelijkheid om kinderen geleidelijk te laten wennen, bijvoorbeeld door middel van wenddagen.
In de gemeente Ede is uit een rapportage van de Inspectie van het Onderwijs gebleken dat er vorig jaar 321 peuters waren met een geconstateerde taal- en/of ontwikkelingsachterstand. Van dit aantal nam 74 procent deel aan de voor- en vroegschoolse opvang. Dit percentage komt overeen met het landelijke gemiddelde. De gemeente bereikt de peuters die niet deelnemen aan de opvang via gezinsgerichte activiteiten.
Taalontwikkeling is een complex proces dat beïnvloed wordt door diverse factoren. De kinderopvang speelt een cruciale rol bij het stimuleren van de taalontwikkeling van jonge kinderen, met name voor kinderen met een potentiele achterstand. Een taalrijke omgeving, effectieve taalstimulering, samenwerking met ouders en een goede doorgaande leerlijn zijn essentieel voor het creëren van kansen voor elk kind. De nieuwe taaleis voor pedagogisch professionals draagt bij aan de kwaliteit van de opvang en de ontwikkeling van de kinderen. Het is belangrijk om alert te zijn op de individuele behoeften van elk kind en om een inclusieve omgeving te creëren waarin alle kinderen zich kunnen ontwikkelen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet