Juridisch Ouderschap: Wat Ouders moeten Weten
juli 1, 2025
De dalende vaccinatiegraad in Nederland baart zorgen en heeft geleid tot een wetsvoorstel van de VVD en D66 om kinderopvangorganisaties de mogelijkheid te bieden ongevaccineerde kinderen te weigeren. Dit artikel informeert over de achtergrond van dit voorstel, de argumenten die hieraan ten grondslag liggen, en de mogelijke gevolgen voor ouders en de kinderopvangsector. De informatie is gebaseerd op recente ontwikkelingen en standpunten van verschillende partijen.
De initiatiefnemers van het wetsvoorstel stellen dat de daling van de vaccinatiegraad een risico vormt voor de volksgezondheid, met name voor jonge kinderen die nog niet volledig beschermd zijn door vaccinaties. De huidige vaccinatiegraad ligt onder de 92% die door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) als verantwoord wordt beschouwd voor het behoud van groepsimmuniteit. Dit betekent dat een groter deel van de bevolking vatbaar is voor infectieziekten zoals mazelen, kinkhoest en difterie.
Het wetsvoorstel beoogt kinderopvangorganisaties de bevoegdheid te geven om kinderen te weigeren die niet voldoen aan het Rijksvaccinatieprogramma, wanneer de vaccinatiegraad in een bepaalde regio onder een vastgestelde drempelwaarde zakt. De verantwoordelijkheid voor de handhaving van deze regels komt te liggen bij de minister van Volksgezondheid. Dit voorstel komt voort uit de wens om de veiligheid van jonge kinderen te waarborgen en de verspreiding van infectieziekten te voorkomen.
De voorstanders van het wetsvoorstel benadrukken dat het primair gaat om de bescherming van kinderen die te jong zijn om volledig gevaccineerd te zijn, of die om medische redenen niet gevaccineerd kunnen worden. Kinderen jonger dan 14 maanden zijn bijvoorbeeld nog niet ingeënt tegen mazelen en zijn daardoor kwetsbaar. Het wetsvoorstel zou ervoor zorgen dat deze kinderen in een veilige omgeving kunnen verblijven, waar het risico op besmetting met ernstige infectieziekten minimaal is.
Een woordvoerder van de VVD stelt dat ouders recht hebben op de zekerheid dat hun kinderen veilig zijn op de kinderopvang. Door ongevaccineerde kinderen te weigeren, wordt dit risico verminderd. De kinderopvangsector zelf zou blij zijn met een wettelijke basis voor het nemen van deze beslissingen, omdat dit de discussie over vaccinaties uit de individuele kinderopvanglocaties haalt en duidelijke handvatten biedt.
Daarnaast wordt gewezen op het feit dat de discussie over vaccinaties vaak emotioneel beladen is. Een wettelijke regeling zou de kinderopvangorganisaties beschermen tegen juridische claims en hen in staat stellen om een consistent beleid te voeren.
Hoewel het wetsvoorstel door velen wordt verwelkomd, zijn er ook zorgen over de mogelijke gevolgen. Een belangrijk punt is de impact op ouders die bewust hebben besloten hun kinderen niet te laten vaccineren. Deze ouders vrezen dat hun kinderen worden uitgesloten van de kinderopvang en dat dit hun toegang tot de samenleving beperkt.
Sommige theologen en ethici uiten hun bezorgdheid over de inbreuk op de persoonlijke vrijheid en de autonomie van ouders. Zij wijzen erop dat vaccinatie een persoonlijke keuze moet blijven en dat dwang contraproductief kan werken. Er is een risico dat ouders die zich tegen vaccinatie keren, zich verder van de samenleving afkeren en hun kinderen niet laten vaccineren, waardoor de vaccinatiegraad verder daalt.
Een ander punt van zorg is de praktische uitvoering van het wetsvoorstel. Er is discussie over de manier waarop de vaccinatiestatus van kinderen kan worden geverifieerd en hoe fraude kan worden voorkomen. Sommigen pleiten voor een landelijk register van vaccinaties, terwijl anderen waarschuwen voor privacyrisico's.
Naast de bescherming van kinderen, is ook de gezondheid van de werknemers in de kinderopvang van belang. Werknemers die in contact komen met ongevaccineerde kinderen lopen een verhoogd risico op het oplopen van infectieziekten. De Arbeidsomstandighedenwet verplicht werkgevers om de werknemers te beschermen tegen risico's op de werkvloer.
In het kader van de Arbobesluit dienen werkgevers werknemers de mogelijkheid te bieden om zich te laten vaccineren tegen infectieziekten waar zij risico op lopen. Personen die geboren zijn voor 1965 worden over het algemeen als beschermd beschouwd vanwege een doorgemaakte infectie. Voor werknemers die geboren zijn na 1975 gelden specifieke eisen met betrekking tot vaccinatie of doorgemaakte infecties.
Naast het wetsvoorstel voor een verplichte vaccinatie, zijn er ook andere mogelijkheden om de vaccinatiegraad te verhogen. Een belangrijk punt is het verbeteren van de voorlichting over vaccinaties en het wegnemen van misvattingen en angsten. Het is belangrijk om ouders te informeren over de voordelen van vaccinatie en de risico's van infectieziekten.
Sommige experts pleiten voor een meer persoonlijke benadering, waarbij huisartsen en jeugdartsen ouders actief benaderen en hen informeren over de mogelijkheden van vaccinatie. Het is ook belangrijk om de toegang tot vaccinaties te vergemakkelijken en de drempel voor vaccinatie te verlagen.
Het wetsvoorstel om kinderopvangorganisaties de mogelijkheid te bieden ongevaccineerde kinderen te weigeren, is een reactie op de dalende vaccinatiegraad en de zorgen over de bescherming van jonge kinderen. Hoewel het wetsvoorstel door velen wordt verwelkomd, zijn er ook bezwaren over de mogelijke gevolgen voor de persoonlijke vrijheid en de autonomie van ouders. Het is belangrijk om een zorgvuldige afweging te maken tussen de verschillende belangen en om te zoeken naar een oplossing die zowel de gezondheid van kinderen als de rechten van ouders respecteert. De discussie over dit wetsvoorstel is nog in volle gang en de uitkomst is nog onzeker. Het is van belang dat alle betrokken partijen constructief met elkaar in gesprek blijven om tot een oplossing te komen die in het belang is van de volksgezondheid.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet