Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie: De rol in het onderwijs en de ontwikkeling van kinderen

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie vormen een cruciale onderdeel van het onderwijs, met name in het basisonderwijs. Deze vorming speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen, zowel fysiek als mentaal. Het doel van bewegingsonderwijs is om kinderen kennis te laten maken met de bewegingscultuur, waaronder sportieve activiteiten en bewegingsrecreatie. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de actuele bewegingswereld van de kinderen, waarin zij spelen. Kinderen leren om zelfstandig en gezamenlijk een bewegingsactiviteit op te starten en vol te houden. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de ontwikkeling van basisvaardigheden, zoals balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek.

In het basisonderwijs is bewegingsonderwijs standaard op het programma. Het doel is om leerlingen breed in te leiden in de bewegingscultuur. Deze cultuur omvat sportieve activiteiten en bewegingsrecreatie, maar ook de actuele bewegingswereld van de kinderen. Kinderen leren om zelfstandig en gezamenlijk een bewegingsactiviteit op te starten en vol te houden. Bewegingsonderwijs is goed voor onder andere de conditie, gezondheid, hersenstructuur en executieve functies van de kinderen. Bij de gymlessen speelt samenwerking een grote rol. Sportief en eerlijk spelen wordt gestimuleerd.

De uitwerking van de kerndoelen van bewegingsonderwijs is opgedeeld in: balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek. Sinds 2004 mogen PABO-studenten alleen bewegingsonderwijs geven aan groep 1 en 2. Voor een bevoegdheid voor groep 3 tot en met 8 moet je een speciale opleiding volgen. Vanaf schooljaar 2023-2024 zijn basisscholen verplicht om 2 lesuren bewegingsonderwijs te geven.

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie in het basisonderwijs

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie zijn belangrijke onderdelen van het basisonderwijs. Ze helpen bij de ontwikkeling van kinderen op verschillende gebieden. Het doel van bewegingsonderwijs is om kinderen de basismotorische vaardigheden aan te leren, ze te leren samenwerken en hun eigen kunnen in te schatten. Het bewegingsonderwijs maakt kinderen van jongs af aan vertrouwd met sport- en beweegactiviteiten en laat ze ontdekken wat ze leuk vinden.

In het basisonderwijs wordt bewegingsonderwijs opgenomen in het lesprogramma. Het doel is om leerlingen breed in te leiden in de bewegingscultuur. Deze cultuur omvat sportieve activiteiten en bewegingsrecreatie, maar ook de actuele bewegingswereld van de kinderen. Kinderen leren om zelfstandig en gezamenlijk een bewegingsactiviteit op te starten en vol te houden. Bewegingsonderwijs is goed voor onder andere de conditie, gezondheid, hersenstructuur en executieve functies van de kinderen. Bij de gymlessen speelt samenwerking een grote rol. Sportief en eerlijk spelen wordt gestimuleerd.

De uitwerking van de kerndoelen van bewegingsonderwijs is opgedeeld in: balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek. Sinds 2004 mogen PABO-studenten alleen bewegingsonderwijs geven aan groep 1 en 2. Voor een bevoegdheid voor groep 3 tot en met 8 moet je een speciale opleiding volgen. Vanaf schooljaar 2023-2024 zijn basisscholen verplicht om 2 lesuren bewegingsonderwijs te geven.

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie in het secundair onderwijs

In het secundair onderwijs wordt lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie ook aangeboden. Het doel is om leerlingen in te leiden in de bewegingscultuur en hen te leren samenwerken. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de ontwikkeling van basisvaardigheden, zoals balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek.

De opleiding tot leraar lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie is gericht op het aanleren van leerkrachten die kinderen en jongeren kunnen begeleiden en inspireren. De opleiding richt zich op het leren geven, coachen, begeleiden en ondernemen. De opleiding biedt een brede basis en een doorgedreven specialisatie. De studenten leren niet alleen sporten als de beste, ze leren ook lesgeven, coachen, begeleiden en ondernemen.

In het secundair onderwijs wordt lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie ook aangeboden. Het doel is om leerlingen in te leiden in de bewegingscultuur en hen te leren samenwerken. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de ontwikkeling van basisvaardigheden, zoals balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeispelen en bewegen op muziek.

De rol van lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie in de gezondheid en ontwikkeling van kinderen

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie spelen een belangrijke rol in de gezondheid en ontwikkeling van kinderen. Regelmatige beweging is een 'pepmiddel' voor de leerprestaties en het is een instrument om kinderen fit en gezond te houden. Ook gedragen kinderen zich beter tijdens de les als ze regelmatig bewegen. Bewegingsonderwijs op school kan er bovendien voor zorgen dat kinderen ook de rest van de week actiever en meer bewegelijk zijn.

Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat kinderen zich beter concentreren na een beweegmoment. De gedachte is dat kinderen veel frisser zijn en zich beter kunnen concentreren als je voorafgaand aan denkactiviteiten een beweegsessie inplant. Het bewust en slim inroosteren van beweegmomenten vóór leervakken verbetert niet alleen de individuele leerprestatie van kinderen maar ook het resultaat van school als geheel. We kunnen wat dit betreft nog veel leren van het Finse onderwijssysteem waarin na elke les van 45 minuten pauze is ingepland; tijd om te spelen.

Bewegingsonderwijs helpt bij de ontwikkeling van de hersenstructuur en executieve functies van de kinderen. Regelmatige beweging is een 'pepmiddel' voor de leerprestaties en het is een instrument om kinderen fit en gezond te houden. Ook gedragen kinderen zich beter tijdens de les als ze regelmatig bewegen. Bewegingsonderwijs op school kan er bovendien voor zorgen dat kinderen ook de rest van de week actiever en meer bewegelijk zijn.

De voordelen van lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie bieden veel voordelen voor kinderen. Ze helpen bij de ontwikkeling van de fysieke en mentale gezondheid. Regelmatige beweging is een 'pepmiddel' voor de leerprestaties en het is een instrument om kinderen fit en gezond te houden. Ook gedragen kinderen zich beter tijdens de les als ze regelmatig bewegen. Bewegingsonderwijs op school kan er bovendien voor zorgen dat kinderen ook de rest van de week actiever en meer bewegelijk zijn.

Kinderen die regelmatig bewegen, geven aan 'prettiger in hun vel te zitten'. Wanneer kinderen veel bewegen, worden verbindingen in het brein soepeler gelegd. Verbindingen die belangrijk zijn voor de leerprestaties. Ook staat vast dat lichaamsbeweging een positieve invloed heeft op de fysieke ontwikkeling en het zelfvertrouwen. Regelmatige beweging is een 'pepmiddel' voor de leerprestaties en het is een instrument om kinderen fit en gezond te houden. Ook gedragen kinderen zich beter tijdens de les als ze regelmatig bewegen. Bewegingsonderwijs op school kan er bovendien voor zorgen dat kinderen ook de rest van de week actiever en meer bewegelijk zijn.

De rol van lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie in de maatschappelijke integratie

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie spelen een belangrijke rol in de maatschappelijke integratie van kinderen. Ze helpen bij de ontwikkeling van sociale vaardigheden, zoals samenwerken, communiceren en verantwoordelijkheid nemen. Daarnaast worden er vaardigheden als creativiteit en fantasie ontwikkeld, die belangrijk zijn voor de algehele ontwikkeling van de kinderen.

Bewegingsonderwijs helpt bij de ontwikkeling van de sociale vaardigheden van de kinderen. Kinderen leren om samen te werken, te communiceren en verantwoordelijkheid te nemen. Daarnaast worden er vaardigheden als creativiteit en fantasie ontwikkeld, die belangrijk zijn voor de algehele ontwikkeling van de kinderen. De maatschappelijke betekenis van sport is groot, waaronder identiteitsvorming, sociale binding, gezondheid, integratie, emancipatie en meer.

Conclusie

Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie spelen een cruciale rol in het onderwijs, met name in het basisonderwijs. Ze helpen bij de ontwikkeling van kinderen op verschillende gebieden, waaronder fysiek, mentaal en sociaal. Regelmatige beweging is een 'pepmiddel' voor de leerprestaties en het is een instrument om kinderen fit en gezond te houden. Ook gedragen kinderen zich beter tijdens de les als ze regelmatig bewegen. Bewegingsonderwijs op school kan er bovendien voor zorgen dat kinderen ook de rest van de week actiever en meer bewegelijk zijn.

De rol van lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie in de maatschappelijke integratie is belangrijk. Ze helpen bij de ontwikkeling van sociale vaardigheden, zoals samenwerken, communiceren en verantwoordelijkheid nemen. Daarnaast worden er vaardigheden als creativiteit en fantasie ontwikkeld, die belangrijk zijn voor de algehele ontwikkeling van de kinderen. De maatschappelijke betekenis van sport is groot, waaronder identiteitsvorming, sociale binding, gezondheid, integratie, emancipatie en meer.

Bronnen

1. Handboek voor (aankomende) leerkrachten Lichamelijke Opvoeding in het basisonderwijs
2. HOGENT - Lichamelijke opvoeding of bewegingsrecreatie
3. Arteveldehogeschool - Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie
4. Avansplus - Belang van bewegingsonderwijs
5. UCLL - Lichamelijke opvoeding
6. Canonlo - Lichamelijke opvoeding
7. PXL - Lichamelijke opvoeding en bewegingsrecreatie
8. Vives - Lichamelijke opvoeding
9. Wij-leren.nl - Bewegingsonderwijs