De complexiteit van omgangsregelingen en het belang van het kind in de praktijk
juli 2, 2025
Co-ouderschap is een belangrijk onderdeel van de jeugdrechtelijke regelgeving in België. Het betreft een regeling waarbij zowel vaders als moeders betrokken zijn bij de opvoeding van hun kinderen, ook na een scheiding of relatiebreuk. De Belgische wetgeving stelt duidelijke richtlijnen vast voor de praktische uitvoering van co-ouderschap, met als doel het belang van het kind in het oog te houden. In dit artikel worden de belangrijkste regels, praktische overwegingen en rechten en plichten van ouders in kaart gebracht, gebaseerd op de gegevens uit de bronnen.
Co-ouderschap in België is een regeling waarbij zowel ouders gelijkwaardig betrokken zijn bij de opvoeding van hun kinderen. Dit houdt in dat beide ouders samen beslissingen nemen over belangrijke zaken zoals school, medische ingrepen en religieuze opvoeding. Dit is in België de standaardregeling, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om hiervan af te wijken. De wetgever stelt hiermee de nadruk op het behoud van een gelijkwaardige rol voor beide ouders.
Er zijn twee hoofdvormen van co-ouderschap: gezagsco-ouderschap en verblijfsco-ouderschap. Bij gezagsco-ouderschap nemen beide ouders samen beslissingen over belangrijke zaken. Bij verblijfsco-ouderschap is de verdeling van de tijd die het kind bij elke ouder doorbrengt, meestal gelijkmatig. Dit wordt ook wel een ‘gedeeld verblijf’ genoemd. Hoewel het idee van 50/50 verdeling populair is, is dit in de praktijk vaak lastig te realiseren. Daarom worden vaak andere verdelingen aangehouden, zoals 60/40 of 70/30, afhankelijk van de situatie.
De wettelijke basis van co-ouderschap in België is vastgelegd in de wet van 18 juli 2006, artikel 374 §2. Hierin staat dat wanneer ouders niet samenleven en hun geschil bij de rechtbank aanhangig wordt gemaakt, het akkoord over de huisvesting van de kinderen door de rechtbank gehomologeerd wordt, tenzij het akkoord kennelijk strijdig is met het belang van het kind. Bij gebrek aan akkoord, in geval van gezamenlijk ouderlijk gezag, onderzoekt de rechtbank op vraag van minstens één van de ouders bij voorrang de mogelijkheid om de huisvesting van het kind op een gelijkmatige manier tussen de ouders vast te leggen.
De rechter moet altijd rekening houden met het belang van het kind, de wil van het kind, de afstand tussen de woonplaatsen van beide ouders, hun beschikbaarheid en eventuele bijzondere omstandigheden. Dit betekent dat de rechter niet verplicht is om een gelijkmatig verdeeld verblijf aan te nemen. De maatstaf blijft altijd de belangen en de bescherming van de kinderen.
Het belang van het kind staat bij elke beslissing over co-ouderschap centraal. De rechter moet hierbij rekening houden met de leeftijd van het kind, de verhouding tussen de ouders, de praktische omstandigheden en de wens van het kind. Kinderen vanaf 12 jaar worden standaard uitgenodigd voor een gesprek met de rechter, hoewel jongere kinderen soms ook worden gehoord. De rechter moet hierbij rekening houden met het feit dat een kind mogelijk nog niet in staat is om zijn of haar wensen helder te formuleren.
Bij co-ouderschap moet ook worden gekeken naar de betrokkenheid van de ouders bij het dagelijks leven van het kind. De rechter moet ervoor zorgen dat de ouders zich bewust zijn van hun plichten en dat ze samenwerking aanmoedigen. Dit omvat ook de praktische uitvoering van de verblijfsregeling, zoals de verdeling van de tijd, de voorzieningen voor het kind en de manier waarop de ouders met elkaar communiceren.
Bij de praktische uitvoering van co-ouderschap zijn er verschillende overwegingen van belang. De verdeling van de tijd die het kind bij elke ouder doorbrengt, is belangrijk. Dit kan variëren per situatie, afhankelijk van de werkroosters van de ouders en de behoeften van het kind. Ook is het belangrijk dat de ouders goed met elkaar kunnen communiceren en samenwerken. Dit helpt bij het oplossen van eventuele conflicten en zorgt voor een stabiele omgeving voor het kind.
Daarnaast is het belangrijk dat de ouders zich bewust zijn van hun rechten en plichten. Dit omvat onder meer het opstellen van een co-ouderschapsplan, waarin de afspraken over de huisvesting, de besluitvorming en de communicatie worden vastgelegd. Een co-ouderschapsplan helpt bij het bepalen van de praktische uitvoering van de regeling.
Bij internationale omgangsregelingen zijn er specifieke afspraken die in acht moeten worden genomen. Dit omvat onder andere de verdeling van kosten, de reisplannen en de veiligheid van de kinderen. Bijvoorbeeld, bij een internationale omgangsregeling moet worden afgesproken hoe de kinderen worden meegenomen en of ze onder begeleiding reizen. Ook moet worden nagedacht over de verdeling van de kosten, waaronder reiskosten en eventueel het huren van een appartement bij het bezoeken van de andere ouder.
Een ander belangrijk punt is het naleven van de afspraken. Als kinderen niet op tijd worden teruggebracht of zonder toestemming naar het buitenland worden meegenomen, kan dit leiden tot internationale kinderontvoering, wat ernstige gevolgen kan hebben voor het kind.
De rechter speelt een belangrijke rol bij de uitvoering van co-ouderschap. Bij het vaststellen van de regeling moet de rechter rekening houden met het belang van het kind, de wil van het kind, de afstand tussen de woonplaatsen van beide ouders, hun beschikbaarheid en eventuele bijzondere omstandigheden. De rechter mag de regeling niet aannemen als deze in strijd is met het belang van het kind.
De rechter moet ook rekening houden met het feit dat een co-ouderschapsregeling niet altijd het beste is voor het kind. Sommige experts vinden dat een 50-50 regeling niet altijd het beste is voor de kinderen. Daarom moet de rechter bij elke situatie beoordelen of de regeling in het belang is van het kind.
Bij co-ouderschap is het belangrijk dat ouders samenwerken en goed met elkaar kunnen communiceren. Als dit niet lukt, kan een bemiddelaar of advocaat hulp bieden. Tijdens een bemiddeling worden alle belangrijke punten besproken. Als bemiddeling geen akkoord oplevert, kan de familierechtbank de knoop doorhakken. De rechter houdt rekening met het welzijn, de wil van het kind, de afstand tussen de woonplaatsen van beide ouders, hun beschikbaarheid en eventuele bijzondere omstandigheden.
Een advocaat kan ook een waardevolle rol spelen bij co-ouderschap, met name tijdens het proces van scheiding en het opstellen van een co-ouderschapsregeling. Een advocaat kan advies geven over de wetten en regels met betrekking tot co-ouderschap. Daarnaast kan een advocaat namens een van de ouders onderhandelen over belangrijke kwesties, zoals de verblijfsregeling, kinderalimentatie en de verdeling van ouderlijk gezag. Een advocaat kan ook helpen bij het bereiken van overeenstemming tussen de ouders en het vinden van oplossingen die in het belang zijn van de kinderen.
Co-ouderschap is een belangrijk onderdeel van de jeugdrechtelijke regelgeving in België. De wetgeving stelt duidelijke richtlijnen vast voor de praktische uitvoering van co-ouderschap, met als doel het belang van het kind in het oog te houden. De rechter speelt een belangrijke rol bij de uitvoering van co-ouderschap, en moet rekening houden met het belang van het kind, de wil van het kind, de afstand tussen de woonplaatsen van beide ouders, hun beschikbaarheid en eventuele bijzondere omstandigheden. Bovendien is het belangrijk dat ouders samenwerken en goed met elkaar kunnen communiceren, zodat de kinderen een stabiele en veilige omgeving krijgen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet