Het kindgebonden budget bij co-ouderschap: grenzen, voorwaarden en praktische toepassing
juli 1, 2025
De kinderopvangtoeslag ondergaat in 2025 significante wijzigingen, met als doel de kinderopvang toegankelijker te maken voor werkende ouders. Het kabinet heeft een bedrag van €429 miljoen uitgetrokken voor de verhoging van de toeslag, als eerste stap in een groter plan om de kosten van kinderopvang verder te reduceren tot 2027. Deze aanpassingen omvatten zowel een verhoging van de vergoedingspercentages als een indexering van de maximumuurprijzen en toetsingsinkomens. Dit artikel biedt een gedetailleerd overzicht van de veranderingen en hun implicaties voor ouders.
De aanpassingen in de kinderopvangtoeslag voor 2025 zijn bedoeld om de financiële lasten voor ouders te verlichten. De verhoging van de toeslag is een eerste stap naar een mogelijk nieuw financieringsstelsel dat in 2027 van kracht zal worden, waarbij de kinderopvang bijna gratis zou moeten zijn voor werkende ouders. De huidige aanpassingen zijn het resultaat van een internetconsultatie, die leidde tot 33 reacties, en zijn vastgelegd in een definitief besluit dat uiterlijk in oktober 2024 gepubliceerd zal worden.
Een belangrijk aspect van de wijzigingen is de verhoging van de vergoedingspercentages voor ouders met een verzamelinkomen tussen €29.393 en €159.224. Voor ouders met een inkomen tot €47.403 wordt het maximale vergoedingspercentage van 96% gehanteerd, zowel voor het eerste als het tweede kind. Dit betekent dat deze groep ouders een groter deel van de kinderopvangkosten vergoed zal krijgen. Voor gezinnen met een inkomen van €45.000, bijvoorbeeld, stijgt de vergoeding van 87,3% in 2024 naar 96% in 2025.
De maximumuurprijzen voor de verschillende soorten kinderopvang zijn in 2025 geïndexeerd. De maximumuurprijzen bedragen:
Het is belangrijk te benadrukken dat kinderopvangorganisaties vrij zijn om hun eigen tarieven te bepalen. De overheid vergoedt echter alleen tot de vastgestelde maximumuurprijs. Als het tarief van de kinderopvang hoger is dan de maximale vergoeding, betaalt de ouder het verschil zelf.
Naast de verhoging van de vergoedingspercentages en de indexering van de maximumuurprijzen, worden ook de toetsingsinkomens voor 2025 geïndexeerd. De toetsingsinkomens worden met 4,8% geïndexeerd, terwijl de maximumuurprijzen van dagopvang en buitenschoolse opvang met 4,5% en die van gastouderopvang met 7,6% worden geïndexeerd.
De hoogte van de kinderopvangtoeslag is ook afhankelijk van het aantal maanden dat de ouder of partner betaald werk heeft verricht. Voor elke kalendermaand waarin de ouder of partner heeft gewerkt, wordt de toeslag verstrekt voor maximaal 230 uur. Het maximale aantal uur per jaar is 2.760 uur, wat overeenkomt met 12 maanden maal 230 uur.
Het kabinet heeft ambitieuze plannen om de kinderopvang in de toekomst bijna gratis te maken voor alle werkende ouders. Deze plannen omvatten een vervanging van de kinderopvangtoeslag door een vergoeding die rechtstreeks naar de opvangorganisaties gaat. In 2026 wordt een hoger vergoedingspercentage verwacht voor ouders met een gezamenlijk inkomen tot €56.412, waardoor zij recht hebben op het maximale vergoedingspercentage van 96%. In 2027 zal dit percentage worden uitgebreid naar ouders met een middeninkomen (tot bijna twee keer modaal). Uiteindelijk is het doel om in 2029 het maximale vergoedingspercentage beschikbaar te stellen aan alle werkende ouders, ongeacht hun inkomen.
De ontwikkelingen in de kinderopvang worden nauwlettend gevolgd via kwartaalrapportages van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze rapportages geven inzicht in het gebruik van kinderopvang, de arbeidsparticipatie van ouders en het verschil tussen de maximumuurprijzen en de daadwerkelijke tarieven. Er is bezorgdheid geuit over het feit dat de prijzen van kinderopvang stijgen door personeelstekorten en toenemende vraag, wat de toegankelijkheid voor ouders met een laag inkomen kan verminderen.
Hoewel de verhoging van de kinderopvangtoeslag een positieve ontwikkeling is, zijn er ook potentiële nadelen. Er is een risico dat ouders met een laag inkomen worden uitgesloten als de tarieven van de kinderopvang stijgen en de vergoedingen niet voldoende compenseren. Daarnaast kan het niet-indexeren van de maximumuurprijzen in 2026 leiden tot hogere netto-opvangkosten voor sommige ouders. Het is daarom belangrijk dat de tarieven en de toegankelijkheid van kinderopvang voortdurend worden gemonitord.
Naast de kinderopvangtoeslag zijn er ook andere toeslagen die in 2025 wijzigen. Zo wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen ouderen en niet-ouderen voor de eigen bijdrage van de huurtoeslag. Ook stijgt het maximale bedrag van de kindgebonden budget met €75 per jaar, terwijl de extra bijdrage voor alleenstaande ouders daalt met €91 per jaar. Bovendien worden ouders en kinderen niet langer als toeslagpartner beschouwd, wat de regels rondom toeslagen vereenvoudigt.
De aanpassingen in de kinderopvangtoeslag voor 2025 vormen een belangrijke stap in de richting van meer betaalbare kinderopvang voor werkende ouders. De verhoging van de vergoedingspercentages, de indexering van de maximumuurprijzen en de toekomstige plannen voor bijna gratis kinderopvang zijn positieve ontwikkelingen. Het is echter belangrijk om de tarieven en de toegankelijkheid van kinderopvang voortdurend te monitoren om te zorgen dat alle ouders, ongeacht hun inkomen, toegang hebben tot kwalitatieve kinderopvang. De veranderingen in de toeslagen in het algemeen vereenvoudigen het systeem en bieden extra ondersteuning aan gezinnen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet