Scholing en Opleidingen voor Stevig Ouderschap
juli 1, 2025
Het ouderlijk gezag vormt de basis van de verantwoordelijkheden van ouders jegens hun kinderen. Volgens artikel 1:247 van het Burgerlijk Wetboek (BW) omvat het ouderlijk gezag de plicht en het recht van de ouder om zijn minderjarige kind te verzorgen en op te voeden. Deze plicht omvat zowel de fysieke als de emotionele zorg voor het kind, evenals de verantwoordelijkheid voor het bevorderen van de ontwikkeling van zijn persoonlijkheid. Daarnaast is het belangrijk dat ouders geen geestelijk of lichamelijk geweld of enige andere vernederende behandeling toepassen. Hierbij komt ook de verantwoordelijkheid om de banden tussen het kind en de andere ouder te bevorderen.
In de praktijk betekent dit dat ouders zich verantwoordelijk moeten houden voor de gezondheid, veiligheid en ontwikkeling van hun kind. Hierbij spelen zowel de fysieke als psychische gezondheid een rol, evenals de mogelijkheid om het kind te laten meebeslissen bij het opstellen van het ouderschapsplan. In dit plan worden afspraken gemaakt over de verdeling van de zorg- en opvoedingsverantwoordelijkheden, de manier waarop ouders informatie delen en overleg plegen over belangrijke aangelegenheden met betrekking tot het kind, evenals de verdeling van de kosten van de verzorging en opvoeding van de kinderen.
Een ouderschapsplan is een belangrijk instrument in het proces van scheidingsprocedures. Het is verplicht voor ouders die een echtscheiding of het ontbinden van een geregistreerd partnerschap aangaan, mits er minderjarige kinderen betrokken zijn. Dit is vastgelegd in artikel 1:247a BW. Het ouderschapsplan moet opgesteld worden en moet door beide ouders worden ondertekend. Het bevat afspraken over de verdeling van de zorg- en opvoedingsverantwoordelijkheden, de manier waarop ouders informatie delen en overleg plegen over belangrijke aangelegenheden met betrekking tot het kind, evenals de verdeling van de kosten van de verzorging en opvoeding van de kinderen.
Het ouderschapsplan is geen juridisch bindend document, maar het beïnvloedt wel de beslissingen van de rechter bij het vaststellen van de verantwoordelijkheden van ouders. De rechter neemt de afspraken en intenties van ouders in acht bij het bepalen van de verdeling van de zorgtaken. Daarnaast is het belangrijk dat ouders hun kinderen actief betrekken bij het opstellen van het plan, zodat het kind zich betrokken voelt bij de beslissingen die voor hem of haar nagestreefd worden.
Ouderschapsnormen zijn wettelijke ouderlijke plichten die gericht zijn op het waarborgen van optimale ontwikkelingsmogelijkheden voor het kind. Deze normen vloeien voort uit de wet en internationale verdragen. Ze worden daarnaast vaak overeengekomen in het ouderschapsplan tussen scheidende ouders. De ouderschapsnormen vormen het fundament van de aanpak bij vechtscheidingen. Ouders zijn het aan hun kind verplicht om de ouderschapsnormen serieus te nemen. Hieraan niet voldoen kan leiden tot kinderen die hun leven beschadigd raken door te worden geconfronteerd met spanningen tussen ouders.
De ouderschapsnormen omvatten onder andere het bevorderen van een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide ouders, het vermijden van onnodige conflicten, en het zorgen voor een veilige en gezonde omgeving voor het kind. Ook zijn er normen die gericht zijn op het ondersteunen van de ontwikkeling van de persoonlijkheid van het kind. Daarnaast is er een informatieplicht en een consultatieplicht van ouders, die eveneens serieus moeten worden genomen.
Het ouderlijk gezag is geregeld in artikel 1:247 BW. Dit artikel benadrukt de verantwoordelijkheden van ouders jegens hun kinderen. Het benadrukt ook de gelijkheid van geslachten, waarbij ouders geen onderscheid mogen maken tussen hun kinderen op basis van geslacht. Dit bevordert de gelijke behandeling van jongens en meisjes in opvoeding en zorg. Daarnaast is het belangrijk dat ouders de geestelijke of lichamelijke integriteit van hun kinderen niet mogen aanpassen door het toepassen van fysiek of psychisch geweld of vernederende behandeling.
De juridische status van het ouderlijk gezag is van groot belang, zeker bij scheidingen, voogdijzaken en jeugdzorgkwesties. Het artikel 1:247 BW wordt vaak ingeroepen in dergelijke procedures. Hierbij komt ook de rol van de rechter naar voren, die bij het bepalen van de verantwoordelijkheden van ouders rekening houdt met het ouderlijk gezag en de belangen van het kind.
In gevallen waarin het ouderschap niet duidelijk is, kan de rechter het ouderschap vaststellen. Dit gebeurt op grond van artikel 1:207 lid 1 BW. Het ouderschap van een persoon kan worden vastgesteld door de rechtbank, op verzoek van de moeder of het kind zelf. De rechter bepaalt dan of de persoon het ouderlijk gezag heeft. Dit is belangrijk, vooral bij niet-erkende kinderen, die als erfgenaam kunnen worden aangemerkt in de nalatenschap van de overleden ouder.
De rechter moet rekening houden met de belangen van het kind bij het vaststellen van het ouderschap. Hierbij is het belangrijk om te realiseren dat de terugwerkende kracht die verbonden is aan de gerechtelijke vaststelling van het ouderschap niet automatisch betekent dat bij een reeds verdeelde nalatenschap deze verdeling geheel ongedaan wordt gemaakt. Op grond van artikel 1:207 lid 5 BW worden de door derden te goeder trouw verkregen rechten namelijk niet geschaad door de gerechtelijke vaststelling van het ouderschap.
Het ouderlijk gezag is van cruciaal belang voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen. De plicht en het recht van de ouder om zijn minderjarige kind te verzorgen en op te voeden zijn geregeld in artikel 1:247 BW. Dit artikel benadrukt de verantwoordelijkheden van ouders, de gelijkheid van geslachten en de bescherming tegen geweld en vernedering. Het ouderschapsplan is een belangrijk instrument in het proces van scheidingsprocedures, waarin afspraken worden gemaakt over de verdeling van de zorg- en opvoedingsverantwoordelijkheden. De ouderschapsnormen vormen het fundament van de aanpak bij vechtscheidingen, en de rechter speelt een cruciale rol bij het vaststellen van het ouderschap in gevallen waarin dit niet duidelijk is.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet