Homoseksueel Ouderschap: Mogelijkheden, Juridische Aspecten en Opvoedingsuitdagingen
juli 1, 2025
In Nederland is het juridisch mogelijk dat een kind maximaal twee ouders heeft. Dit geldt zowel voor het juridische ouderschap als voor het ouderlijk gezag. De wet stelt echter geen rekening met gezinnen waarin meer dan twee ouders betrokken zijn. Dit kan leiden tot ongelijkheid en onzekerheid voor de betrokken ouders, vooral als zij geen juridische rechten hebben. In dit artikel bespreiden we de juridische situatie van kinderen met meer ouders, de uitdagingen die hierbij horen en de mogelijke oplossingen.
Meervoudig juridisch ouderschap betekent dat een kind meer dan twee juridische ouders heeft. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen in gezinnen waarin een kind wordt opgevoed door drie of vier personen. De wet in Nederland stelt echter vast dat een kind maximaal twee juridische ouders mag hebben. Dit betekent dat andere betrokkenen, die wel degelijk een belangrijke rol spelen in de opvoeding, geen juridische rechten en plichten hebben ten aanzien van het kind.
De geboortemoeder is automatisch juridisch ouder. De tweede ouder wordt bepaald door factoren zoals huwelijk, erkenning of adoptie. Dit kan leiden tot ongelijkheid en onzekerheid, bijvoorbeeld bij het nemen van beslissingen over medische zorg, onderwijs of de schoolkeuze.
De huidige wetgeving in Nederland staat slechts toe dat een kind maximaal twee juridische ouders heeft. Dit betekent dat andere betrokkenen, die wel degelijk een belangrijke rol spelen in de opvoeding, geen juridische rechten en plichten hebben ten aanzien van het kind. Dit kan leiden tot ongelijkheid en onzekerheid, bijvoorbeeld bij het nemen van beslissingen over medische zorg, onderwijs of de schoolkeuze.
Een staatscommissie heeft in het rapport ‘Kind en Ouders in de 21ste eeuw’ een baanbrekend voorstel gedaan om deze situatie te veranderen. Het voorstel houdt in dat een kind maximaal vier juridische ouders kan hebben en in maximaal twee huishoudens kan opgroeien. Dit zou betekenen dat alle betrokkenen dezelfde rechten en plichten zouden hebben, en dat de belangen van het kind beter beschermd zouden worden. Echter, de invoering van deze regeling is complex en stuit op politieke weerstand, met name vanwege vragen over erfenis, ouderlijk gezag, nationaliteit en achternaam.
Meerouderschap kan leiden tot verschillende uitdagingen, zoals ongelijkheid tussen ouders en onzekerheid over rechten en plichten. Als je geen juridische ouder bent, heb je minder rechten en ben je afhankelijk van de juridische ouders voor belangrijke beslissingen, zoals medische zorg of de schoolkeuze. Dit kan spanningen veroorzaken en leidt vaak tot frustratie.
Ook kan het ontbreken van duidelijke afspraken leiden tot conflicten. Als een juridische ouder overlijdt of jullie uit elkaar gaan, weet je niet waar je aan toe bent, bijvoorbeeld op het gebied van erfrecht of omgang met het kind. Dit kan voor grote conflicten zorgen, juist op momenten dat stabiliteit belangrijk is.
Om deze onzekerheden aan te pakken, is het belangrijk om afspraken vast te leggen in een meerouderschapsplan. Dit plan biedt duidelijkheid over belangrijke zaken zoals de verdeling van zorg- en opvoedingstaken, de hoofdverblijfplaats van het kind, de verdeling van financiële lasten, de geslachtsnaam van het kind, hoe het kind wordt geïnformeerd over zijn of haar ontstaansgeschiedenis en hoe conflicten worden opgelost en afspraken herzien kunnen worden.
Een voorbeeld van een meerouderschapsplan in de praktijk is het geval van Lotte, Esmee, Thijs en Daan. Volgens de huidige wet kunnen echter slechts 2 personen ouderlijk gezag hebben. In dit geval zijn dat Lotte (de geboortemoeder) en Esmee, die door hun huwelijk automatisch beide juridisch ouder en gezagdrager zijn. Thijs en Daan hebben in deze situatie geen juridisch erkende ouderrol. Dit betekent dat zij beslissingen over belangrijke zaken zoals medische behandelingen of de schoolkeuze van het kind niet kunnen afdwingen. Een meerouderschapsplan kan hier uitkomst bieden. Hierin leggen de 4 ouders vóór de geboorte van het kind vast hoe ze de zorg- en opvoedtaken gaan verdelen en hoe ze omgaan met financiële zaken. Daarnaast spreken ze af hoe eventuele conflicten opgelost zullen worden.
De Staatscommissie Herijking Ouderschap heeft in het rapport ‘Kind en Ouders in de 21ste eeuw’ een baanbrekend voorstel gedaan om de situatie te veranderen. Het voorstel houdt in dat een kind maximaal vier juridische ouders kan hebben en in maximaal twee huishoudens kan opgroeien. Dit zou betekenen dat alle betrokkenen dezelfde rechten en plichten zouden hebben, en dat de belangen van het kind beter beschermd zouden worden. Echter, de invoering van deze regeling is complex en stuit op politieke weerstand, met name vanwege vragen over erfenis, ouderlijk gezag, nationaliteit en achternaam.
In de praktijk kunnen er gezinnen zijn waarin er meer dan twee ouders voor een kind zorgen. Bijvoorbeeld, een lesbische of homoseksuele partner die samen met een derde ouder een kind opvoedt. In dergelijke gevallen is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken en deze vast te leggen in een meerouderschapsovereenkomst. Deze overeenkomst is juridisch niet afdwingbaar, maar kan wel dienen als leidraad en kan helpen om conflicten te voorkomen.
In het geval van Eke Krijnen, Timo Huijzendveld en de vrouw van Eke, vormen zij samen een meeroudergezin. Alle drie zijn ze onderdeel van de opvoeding van hun kinderen. Ze zijn alle drie honderd procent ouder. De tijdverdeling is misschien anders dan in een traditioneel gezin, maar ze zijn honderd procent betrokken bij het gezin. Alle besluiten die moeten worden genomen, nemen ze met zijn drieën.
De belangen van het kind staan centraal in het advies van de Staatscommissie Herijking Ouderschap. De Staatscommissie heeft in het kader hiervan ook zeven punten van goed ouderschap geformuleerd. Dit zou samen met het Kinderrechtenverdrag de maatstaf moeten vormen bij nieuwe wetgeving. De zeven kernwaarden zijn als volgt: een onvoorwaardelijk persoonlijk commitment, continuïteit in de opvoedingsrelatie, verzorging en zorg voor lichamelijk welzijn, opvoeding tot zelfstandigheid in sociale en maatschappelijke participatie, het organiseren en monitoren van de opvoeding in het gezin, de school en het publieke domein (de drie opvoedmilieus), de vorming van de afstammingsidentiteit en de zorg voor contact- en omgangsmogelijkheden van voor het kind belangrijke personen, onder wie de andere ouder.
De huidige regeringspartijen hebben afgesproken nu geen beslissingen te nemen over de kwestie van het meervoudig ouderschap. Ze zijn verdeeld over de vraag of kinderen in juridisch opzicht meer dan twee ouders kunnen hebben. Hierbij spelen namelijk vele vragen op het gebied van erfenissen, ouderlijk gezag, nationaliteit en achternaam.
De Staatscommissie Herijking Ouderschap heeft in het rapport ‘Kind en Ouders in de 21ste eeuw’ een baanbrekend voorstel gedaan om deze situatie te veranderen. Het voorstel houdt in dat een kind maximaal vier juridische ouders kan hebben en in maximaal twee huishoudens kan opgroeien. Dit zou betekenen dat alle betrokkenen dezelfde rechten en plichten zouden hebben, en dat de belangen van het kind beter beschermd zouden worden. Echter, de invoering van deze regeling is complex en stuit op politieke weerstand, met name vanwege vragen over erfenis, ouderlijk gezag, nationaliteit en achternaam.
Meervoudig juridisch ouderschap is een complexe situatie waarin een kind meer dan twee juridische ouders heeft. De huidige wetgeving in Nederland stelt slechts toe dat een kind maximaal twee juridische ouders heeft. Dit kan leiden tot ongelijkheid en onzekerheid voor de betrokken ouders, vooral als zij geen juridische rechten hebben. Om deze onzekerheden aan te pakken, is het belangrijk om afspraken vast te leggen in een meerouderschapsplan. Dit plan biedt duidelijkheid over belangrijke zaken zoals de verdeling van zorg- en opvoedingstaken, de hoofdverblijfplaats van het kind, de verdeling van financiële lasten, de geslachtsnaam van het kind, hoe het kind wordt geïnformeerd over zijn of haar ontstaansgeschiedenis en hoe conflicten worden opgelost en afspraken herzien kunnen worden.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet