Ouderschap Blijft in Lisse: Een methode voor betere samenwerking tussen gescheiden ouders
juli 1, 2025
Bij co-ouderschap, waarbij ouders na een scheiding de zorg en opvoeding van hun kinderen gelijkmatig verdelen, kunnen beide ouders in principe aanspraak maken op kinderopvangtoeslag. Dit geldt met name wanneer beide ouders de kosten van de kinderopvang betalen. Het is essentieel dat de kinderopvang is geregeld voor de dagen dat het kind bij de betreffende ouder verblijft. De Belastingdienst kan het ouderschapsplan opvragen om te controleren of er daadwerkelijk sprake is van co-ouderschap. Het is daarom cruciaal om afspraken over de kinderopvang en de kostenverdeling duidelijk vast te leggen in het ouderschapsplan. Wijzigingen in de situatie, zoals een verandering in het aantal opvanguren, moeten tijdig worden doorgegeven via Mijn Toeslagen. De maximale hoeveelheid uren waarvoor kinderopvangtoeslag kan worden aangevraagd, is 230 uur per kind per maand. Dit recht wordt echter op jaarbasis berekend. Dit betekent dat overschotten in de ene maand kunnen worden gecompenseerd met tekorten in andere maanden, waardoor ouders flexibeler zijn in hun opvangbehoefte. Ouders dienen de kinderopvangtoeslag aan te vragen bij de Dienst Toeslagen. Bij co-ouderschap is het belangrijk om expliciet aan te geven dat er sprake is van co-ouderschap. Dit kan door middel van een brief aan de Belastingdienst, waarin de co-ouderschapsregeling wordt beschreven. Een voorbeeldbrief is beschikbaar op de website van de Belastingdienst.
Bij co-ouderschap kunnen beide ouders recht op kinderopvangtoeslag, mits aan de voorwaarden is voldaan. De kinderopvang moet plaatsvinden bij een geregistreerde instelling in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK), wat reguliere kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang (BSO), gastouderopvang en peuterspeelzalen omvat. Kinderopvang door familie of kennissen komt niet in aanmerking voor de toeslag. Daarnaast moet ten minste één van de ouders werkzaam zijn, een opleiding volgen, re-integratie ondergaan of een inburgeringscursus volgen. Als beide ouders aan deze voorwaarde voldoen, hebben ze beiden recht op kinderopvangtoeslag. De hoogte van de toeslag is afhankelijk van het gezinsinkomen, het aantal kinderen en het aantal opvanguren. Ouders betalen een eigen bijdrrage, waarbij een lager inkomen resulteert in een hogere toeslag.
De kinderopvangtoeslag kan worden aangevraagd via de website van de Belastingdienst. Bij co-ouderschap is het belangrijk om expliciet aan te geven dat er sprake is van co-ouderschap. Dit kan door middel van een brief aan de Belastingdienst, waarin de co-ouderschapsregeling wordt beschreven. Een voorbeeldbrief is beschikbaar op de website van de Belastingdienst. Bij het aanvragen van de kinderopvangtoeslag moet worden aangegeven dat het kind bij de betreffende ouder is ingeschreven. Daarnaast is het belangrijk om de wijzigingen in de situatie, zoals veranderingen in het aantal opvanguren, tijdig door te geven via Mijn Toeslagen. De maximale hoeveelheid uren waarvoor kinderopvangtoeslag kan worden aangevraagd, is 230 uur per kind per maand. Dit recht wordt echter op jaarbasis berekend. Dit betekent dat overschotten in de ene maand kunnen worden gecompenseerd met tekorten in andere maanden, waardoor ouders flexibeler zijn in hun opvangbehoefte.
Om kinderopvangtoeslag te krijgen, moet u aan bepaalde voorwaarden voldoen. Bijvoorbeeld dat u werkt of studeert. U vindt alle voorwaarden voor kinderopvangtoeslag bij de Dienst Toeslagen. Het bedrag van de kinderopvangtoeslag wordt berekend op basis van het gezinsinkomen, het aantal kinderen en het aantal opvanguren. Daarnaast moet de kinderopvang plaatsvinden bij een geregistreerde instelling in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK), wat reguliere kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang (BSO), gastouderopvang en peuterspeelzalen omvat. Kinderopvang door familie of kennissen komt niet in aanmerking voor de toeslag. Daarnaast moet ten minste één van de ouders werkzaam zijn, een opleiding volgen, re-integratie ondergaan of een inburgeringscursus volgen. Als beide ouders aan deze voorwaarde voldoen, hebben ze beiden recht op kinderopvangtoeslag.
Bij co-ouderschap kunnen ook andere toeslagen in aanmerking komen, zoals het kindgebonden budget, de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK), de huurtoeslag en de kinderbijslag. Het kindgebonden budget is een aanvullende tegemoetkoming, voor gezinnen met kinderen. Bij co-ouderschap zal je het kindgebonden budget vaak verdelen tussen beide ouders. De verdeling is afhankelijk van de inschrijving van de kinderen, zoals je dat bij de gemeente hebt geregeld. Staan de kinderen bij beide ouders ingeschreven? Dan ontvangen jullie allebei een deel van het kindgebonden budget. De individuele inkomens bepalen de hoogte van het budget dat een ieder van de ouders ontvangt. De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een korting op de te betalen inkomsten belasting. In 2025 wordt de IACK verhoogd tot 2.986 euro (2024: 2.953 euro). Ook hiervoor gelden een aantal voorwaarden. Zo moet er tenminste één kind op het eigen adres staan ingeschreven dat jonger is dan 12 jaar. Uitzondering IACK bij co-ouderschap Hier geldt wederom een uitzondering voor co-ouderschap. Verzorgen jullie beide minimaal drie dagen per week de kinderen? Dan hebben jullie beide mogelijk recht op de inkomensafhankelijke combinatiekorting. Dus ook als het kind jonger dan 12 jaar is ingeschreven op het adres van de andere ouder. Afschaffing IACK per 2027 In het belastingplan 2024 is voorgesteld om de IACK vanaf 2027 gefaseerd af te schaffen. De maximale korting wordt vanaf 2027 afgebouwd in 9 stappen voor alle ouders die op basis van hun inkomens- en gezinssituatie recht hebben op de IACK.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken over de verdeling van de kinderbijslag, het kindgebonden budget, de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK), de huurtoeslag en de kinderopvangtoeslag. De kinderbijslag is een financiële bijdrage in de kosten voor de opvoeding van kinderen tot 18 jaar. Bij co-ouderschap kunnen beide ouders kinderbijslag ontvangen, mits de kinderen op twee verschillende adressen staan ingeschreven. Het is belangrijk om samen afspraken te maken over hoe deze kinderbijslag verdeeld wordt. De huurtoeslag helpt bij het betalen van de huur. Als ouders co-ouders zijn, kan elk van hen recht hebben op de toeslag, mits het kind minimaal 156 dagen per jaar bij elke ouder verblijft. De Belastingdienst kijkt naar het adres waarop het kind staat ingeschreven. Als het kind op het adres van de ouder staat ingeschreven, kan die ouder de toeslag aanvragen. Als het kind bij de ex-partner ingeschreven staat, kan alleen die ouder de toeslag aanvragen. Het is daarom belangrijk dat ouders afspraken maken over wie de toeslag aanvraagt en deze vastleggen in een ouderschapsplan.
Er zijn verschillende hulpmiddelen beschikbaar om ouders te helpen bij het aanvragen van kinderopvangtoeslag en het navigeren door de complexe regelingen. BOinK, de belangenvereniging van ouders in de kinderopvang, heeft een speciale ‘toolkit’ ontwikkeld met handleidingen, rekenhulpen en checklists. Deze informatie is beschikbaar in verschillende talen, waaronder Nederlands, Engels, Pools, Arabisch, Oekraïens en Russisch. De regelingen rondom kinderopvangtoeslag bij co-ouderschap zijn complex, maar bieden mogelijkheden voor beide ouders om financiële steun te ontvangen. Door de voorwaarden te begrijpen, de aanvraagprocedure correct te volgen en wijzigingen tijdig door te geven, kunnen ouders ervoor zorgen dat ze optimaal profiteren van de beschikbare toeslagen en regelingen. Het is essentieel om goed geïnformeerd te zijn en indien nodig hulp in te schakelen om de financiële aspecten van co-ouderschap effectief te beheren.
Bij co-ouderschap kunnen beide ouders recht op kinderopvangtoeslag, mits aan de voorwaarden is voldaan. De kinderopvang moet plaatsvinden bij een geregistreerde instelling in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK), wat reguliere kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang (BSO), gastouderopvang en peuterspeelzalen omvat. Kinderopvang door familie of kennissen komt niet in aanmerking voor de toeslag. Daarnaast moet ten minste één van de ouders werkzaam zijn, een opleiding volgen, re-integratie ondergaan of een inburgeringscursus volgen. Als beide ouders aan deze voorwaarde voldoen, hebben ze beiden recht op kinderopvangtoeslag. De hoogte van de toeslag is afhankelijk van het gezinsinkomen, het aantal kinderen en het aantal opvanguren. Ouders betalen een eigen bijdrage, waarbij een lager inkomen resulteert in een hogere toeslag. De Belastingdienst kan het ouderschapsplan opvragen om te controleren of er daadwerkelijk sprake is van co-ouderschap. Het is daarom cruciaal om afspraken over de kinderopvang en de kostenverdeling duidelijk vast te leggen in het ouderschapsplan. Wijzigingen in de situatie, zoals een verandering in het aantal opvanguren, moeten tijdig worden doorgegeven via Mijn Toeslagen. De maximale hoeveelheid uren waarvoor kinderopvangtoeslag kan worden aangevraagd, is 230 uur per kind per maand. Dit recht wordt echter op jaarbasis berekend. Dit betekent dat overschotten in de ene maand kunnen worden gecompenseerd met tekorten in andere maanden, waardoor ouders flexibeler zijn in hun opvangbehoefte. Ouders dienen de kinderopvangtoeslag aan te vragen bij de Dienst Toeslagen. Bij co-ouderschap is het belangrijk om expliciet aan te geven dat er sprake is van co-ouderschap. Dit kan door middel van een brief aan de Belastingdienst, waarin de co-ouderschapsregeling wordt beschreven. Een voorbeeldbrief is beschikbaar op de website van de Belastingdienst.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet