Co-ouderschap en het belang van samenwerking bij moederschap
juli 1, 2025
Bij een co-ouderschap is het bepalen van de hoofdverblijfplaats van een kind een complexe en belangrijke kwestie. Hoofdverblijfplaats wordt vaak gedefinieerd als het adres waar het kind in de gemeentelijke basisadministratie (BRP) is ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zowel de juridische als de financiële situatie van de ouders. In dit artikel worden de belangrijkste aspecten van de hoofdverblijfplaats bij co-ouderschap behandeld, met aandacht voor de rechtsgevolgen, praktische overwegingen en mogelijke conflicten.
Hoofdverblijfplaats is het adres waar een kind in de gemeentelijke basisadministratie (BRP) is ingeschreven. Dit adres wordt vaak bepaald door de rechter, of door overleg tussen de ouders. Het is belangrijk om te weten dat een kind maar op één adres kan worden ingeschreven. In een co-oudersituatie kan dit betekenen dat elk van de ouders een kind op hun adres kan inschrijven. Het is echter ook mogelijk dat de rechter beslist dat het kind op een van de adressen ingeschreven moet worden, zonder dat een formeel hoofdverblijf wordt vastgesteld.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. De rechter kan in geval van onenigheid beslissen waar het kind moet worden ingeschreven. In een zuiver co-ouderschap, waarin het kind afwisselend een week bij elke ouder verblijft, heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden geoordeeld dat het vaststellen van het hoofdverblijf bij een van de ouders geen recht doet aan de gelijkwaardige positie van beide ouders. In dergelijke gevallen kan de rechter besluiten slechts het adres te bepalen waar het kind ingeschreven moet worden in de BRP, zonder een formele hoofdverblijfplaats vast te stellen.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om praktische afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. Het is aan te raden om met je ex-partner te overleggen over de inschrijving en samen afspraken te maken die in het belang zijn van jullie kind. Als je gaat verhuizen, moet je de nieuwe adresgegevens doorgeven aan de gemeente. Dit kan van invloed zijn op de hoofdverblijfplaats van je dochter als deze bij je zou worden ingeschreven.
De hoofdverblijfplaats heeft invloed op de financiële situatie van de ouders. De ouder bij wie het kind hoofdverblijf heeft, ontvangt meestal de kinderalimentatie. De niet-verzorgende ouder heeft alleen de verblijfskosten op de dagen dat het kind bij hem/haar is. Bij co-ouderschap wordt de zorgtijd 50/50 verdeeld, hetgeen nog niet betekent dat ook de kosten gelijk zijn verdeeld. Ook in die situatie dient de kinderalimentatie te worden vastgesteld aan de hand van behoefte en draagkracht. Het is niet zo dat alleen de ouder waar het kind hoofdverblijf heeft alimentatie kan vragen. Ook de ouder waar het kind niet het hoofdverblijf heeft kan onder omstandigheden alimentatie vragen. Die omstandigheden hoeven niet bijzonder te zijn.
Een wijziging van de hoofdverblijfplaats van het kind is één van de tientallen gezagsbeslissingen waarbij bij gezamenlijk gezag toestemming nodig is van de andere gezaghebbende ouder. Lukt dit niet in overleg met de andere ouder, dan kun je de familierechter vragen om hierin een beslissing te nemen. NB: Dit thema behandelt slechts die situaties waarin er specifieke omstandigheden zijn om de hoofdverblijfplaats naar de andere ouder te verplaatsen. Het behandelt geen uithuisplaatsingen of verhuizingen. Zie voor dat laatste ons thema verhuizing.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om praktische afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. De keuze van het hoofdverblijf is niet alleen van invloed op de financiële situatie, maar ook op de praktijk van het gezinsleven. Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken en deze eventueel vast te leggen als dat nodig is.
Een verhuizing is een ingrijpende gebeurtenis, zeker wanneer er kinderen bij betrokken zijn en er sprake is van co-ouderschap. In principe is voor een verhuizing met kinderen, wanneer er sprake is van gezamenlijk gezag, de toestemming van de andere ouder vereist. Zelfs bij co-ouderschap, waarbij de kinderen formeel geen hoofdverblijfplaats bij één van de ouders hebben, wordt in de praktijk vaak toestemming verwacht. Het ontbreken van toestemming kan de verhuizing juridisch onrechtmatig maken en in extreme gevallen zelfs als kinderontvoering worden beschouwd. Schriftelijke toestemming is essentieel. Indien toestemming wordt geweigerd, kan de rechter worden ingeschakeld om vervangende toestemming te verlenen.
Kinderen die al kunnen aangeven welke wensen zij hebben, kunnen worden betrokken bij de beslissing bij wie zij hoofdverblijf zullen hebben. De rechtbank deed dit tot voor kort bij kinderen vanaf 12 jaar oud. Met ingang van 1 januari 2025 krijgen kinderen vanaf 8 jaar oud een uitnodiging om hun verhaal te doen bij de rechter. Het is belangrijk om te weten dat het kind zelf niet de beslissing mag nemen. Zolang het kind minderjarig is, blijven de ouders verantwoordelijk voor deze beslissing.
Het inkomen van de ouders kan invloed hebben op de keuze van de hoofdverblijfplaats. Financieel gezien kan het kind dan het beste ingeschreven worden bij de ouder die het minst verdient, omdat het kindgebonden budget aan de hand van het inkomen berekend wordt. De kinderbijslag kan in dat geval op verzoek gesplitst aan de ouders worden uitbetaald. Het recht op kindgebonden budget blijft echter bij de ouder die de kinderbijslag aanvraagt. De aanvrager van de kinderbijslag hoeft niet degene te zijn bij wie het kind staat ingeschreven.
Bij co-ouderschap ligt het iets ingewikkelder. De kinderbijslag kan in dat geval op verzoek gesplitst aan de ouders worden uitbetaald. Het recht op kindgebonden budget blijft echter bij de ouder die de kinderbijslag aanvraagt. De aanvrager van de kinderbijslag hoeft niet degene te zijn bij wie het kind staat ingeschreven. Bij meerdere kinderen kunnen beide ouders aanvrager zijn van de kinderbijslag, ook als alle kinderen op één adres staan ingeschreven. Dit heeft als voordeel dat beide ouders, die in gelijke mate zorgdragen voor de kinderen, na de scheiding in aanmerking komen voor het extra hoge kindgebonden budget voor een alleenstaande ouder.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om praktische afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. Het is aan te raden om met je ex-partner te overleggen over de inschrijving en samen afspraken te maken die in het belang zijn van jullie kind. Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken en deze eventueel vast te leggen als dat nodig is.
Bij co-ouderschap is het belangrijk om praktische afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. Het is aan te raden om met je ex-partner te overleggen over de inschrijving en samen afspraken te maken die in het belang zijn van jullie kind. Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken en deze eventueel vast te leggen als dat nodig is.
De keuze van de hoofdverblijfplaats bij co-ouderschap is een belangrijk onderdeel van de scheiding. Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken over waar het kind officieel wordt ingeschreven. Dit heeft gevolgen voor zaken zoals toeslagen, kinderbijslag en gemeentelijke voorzieningen. Het is aan te raden om met je ex-partner te overleggen over de inschrijving en samen afspraken te maken die in het belang zijn van jullie kind. Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken en deze eventueel vast te leggen als dat nodig is.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet