Inkomensafhankelijke combinatiekorting bij co-ouderschap: voorwaarden, rechten en praktijk

De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een heffingskorting die werkt met een combinatie van inkomensbelasting en de zorg voor jonge kinderen. Deze korting is van belang voor ouders die zowel werkzaam zijn als de zorg voor hun kinderen combineren. Bij co-ouderschap, waarbij beide ouders de zorg en opvoeding van hun kind gelijk delen, is het mogelijk dat zowel de vader als de moeder recht hebben op de inkomensafhankelijke combinatiekorting. In dit artikel wordt de toepassing van de IACK bij co-ouderschap uitgebreid besproken, inclusief de voorwaarden, praktijkvoorbeelden en relevante wetgeving.

Voorwaarden voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting

Om in aanmerking te komen voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting, moeten ouders aan een aantal voorwaarden voldoen. Deze zijn in de bronnen duidelijk omschreven. De belangrijkste voorwaarden zijn:

• Het kind moet jonger zijn dan 12 jaar op 1 januari van het betrokken kalenderjaar.
• Het kind moet minstens 6 maanden ingeschreven staan op het adres van de ouder, waarvan de IACK wordt aangevraagd.
• Het kind moet op hetzelfde adres ingeschreven staan als de ouder, tenzij het bij co-ouderschap is vastgesteld dat het kind bij de andere ouder ingeschreven staat.
• Het inkomen van de ouder moet hoger zijn dan een vastgesteld bedrag. In 2024 is dit bedrag € 6.073, en voor 2025 stijgt het naar € 6.145.
• De ouder moet werken en een arbeidsinkomen hebben. Bij co-ouderschap is het belangrijk dat de zorg en opvoeding van het kind gelijk verdeeld worden.

Bij co-ouderschap gelden daarbij ook aanvullende voorwaarden. De Hoge Raad heeft in een uitspraak bepaald dat het niet nodig is dat een kind precies 3 dagen per week bij iedere ouder verbleeft. In plaats daarvan wordt gekeken naar een herhalend ritme, waarbij het kind minstens 78 dagen per half jaar in elk van de huishoudens verblijft. Dit is een versoepeling van de eerdere regels, waarbij een strikte verdeling van 3 dagen per week werd geëist.

Co-ouderschap en de inkomensafhankelijke combinatiekorting

Bij co-ouderschap kunnen beide ouders recht op de inkomensafhankelijke combinatiekorting, mits aan de voorwaarden is voldaan. Dit geldt ook als het kind bij de andere ouder ingeschreven staat. De Belastingdienst hanteert een bepaalde definitie van co-ouderschap, namelijk dat de zorg en opvoeding van het kind ongeveer gelijk verdeeld worden. Dit kan worden vastgelegd in een co-ouderschapsplan of een echtscheidingsconvenant. De Belastingdienst kan dit plan inzien om te controleren of sprake is van co-ouderschap.

Een voorbeeld uit de bronnen toont aan dat een kind in een half jaar 78 dagen bij de ene ouder en 78 dagen bij de andere ouder kan verblijven, wat voldoet aan de nieuwe voorwaarden. Dit is een voorbeeld van een herhalend ritme, waarbij de zorg en opvoeding van het kind gelijk verdeeld worden. Hierdoor kan zowel de vader als de moeder in aanmerking komen voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

Hoe wordt de hoogte van de inkomensafhankelijke combinatiekorting bepaald?

De hoogte van de inkomensafhankelijke combinatiekorting is afhankelijk van het arbeidsinkomen van de ouder. In 2024 gelden de volgende tarieven:

• Tot € 6.074: geen korting.
• Vanaf € 6.074 tot € 31.838: 11,45% van het verschil tussen het inkomen en € 6.073.
• Vanaf € 31.838: maximumkorting van € 2.950.

Voor 2025 gelden gelijkaardige tarieven, maar dan met een iets hoger minimumbedrag. De korting wordt berekend op basis van het inkomen van de ouder, en het is belangrijk om te weten dat de korting wordt aangevraagd via de belastingaangifte. Bij co-ouderschap kan de korting worden aangevraagd door zowel de vader als de moeder, mits aan de voorwaarden is voldaan.

Praktijkvoorbeelden en uitzonderingen

In de bronnen worden verschillende praktijkvoorbeelden gegeven die laten zien hoe de inkomensafhankelijke combinatiekorting bij co-ouderschap werkt. Zo wordt een voorbeeld gegeven van een vader die weinig dagen per week bij het kind is, maar toch in aanmerking komt voor de korting. Dit komt doordat de Belastingdienst nu een iets soepeler ritme hanteert, waarbij het niet alleen op het aantal dagen per week aankomt, maar ook op het herhalend ritme. Dit is een belangrijke versoepeling in de regels.

Een ander voorbeeld toont aan dat een vader die weinig dagen per week bij het kind is, maar toch in aanmerking komt voor de korting. Dit is mogelijk omdat de Belastingdienst nu een bepaalde flexibiliteit heeft, mits aan de voorwaarden is voldaan. De Belastingdienst controleert dit vaak via het ouderschapsplan, dat vooraf vastligt tussen de ouders.

Belastingdienst en co-ouderschap

De Belastingdienst hanteert een bepaalde definitie van co-ouderschap, namelijk dat de zorg en opvoeding van het kind ongeveer gelijk verdeeld worden. Dit kan worden vastgelegd in een co-ouderschapsplan of een echtscheidingsconvenant. De Belastingdienst kan dit plan inzien om te controleren of sprake is van co-ouderschap. Daarnaast kan de Belastingdienst het ouderschapsplan opvragen om te controleren of er inderdaad sprake is van co-ouderschap.

Aanvragen van de inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt aangevraagd via de belastingaangifte. Bij co-ouderschap kunnen beide ouders dit doen, mits aan de voorwaarden is voldaan. De korting wordt per kind aangevraagd, en het is belangrijk dat de ouders dit goed opgeven in de aangifte. De Belastingdienst berekent de korting op basis van het inkomen van de ouder, en de korting wordt automatisch uitgebetald als de voorwaarden zijn voldaan.

Afbouw van de inkomensafhankelijke combinatiekorting

Vanaf 1 januari 2025 wordt de inkomensafhankelijke combinatiekorting afgeschaft voor ouders van kinderen die dan geboren worden. De korting blijft echter nog bestaan voor ouders van kinderen geboren vóór 1 januari 2025. De afbouw van de regeling vindt geleidelijk plaats tot 1 januari 2037. Daarna verdwijnt de inkomensafhankelijke combinatiekorting helemaal. Dit is een belangrijke wijziging in de wetgeving, die ouders moet laten weten dat de korting niet voor altijd beschikbaar zal zijn.

Conclusie

De inkomensafhankelijke combinatiekorting is een belangrijk onderdeel voor ouders die zowel werkzaam zijn als de zorg voor hun kinderen combineren. Bij co-ouderschap kunnen zowel de vader als de moeder in aanmerking komen voor de korting, mits aan de voorwaarden is voldaan. De Belastingdienst hanteert een bepaalde definitie van co-ouderschap, namelijk dat de zorg en opvoeding van het kind ongeveer gelijk verdeeld worden. De korting wordt berekend op basis van het inkomen van de ouder, en de hoogte van de korting hangt af van het inkomen. De inkomensafhankelijke combinatiekorting is echter niet voor altijd beschikbaar, en de regeling wordt geleidelijk afgeschaft.

Bronnen

1. Convenu.nl - Co-ouderschap en inkomen
2. Belastingdienst - Inkomensafhankelijke combinatiekorting
3. Rijksoverheid - Inkomensafhankelijke combinatiekorting
4. Uitelkaar.nl - Co-ouderschap en toeslagen
5. SBC Advocaten - Inkomen en co-ouderschap
6. Scheiden in Utrecht - Co-ouderschap en korting
7. Belastingdienst - Co-ouderschap en toeslagen
8. Jongbloed Fiscaaljuristen - Co-ouderschap en korting
9. ADFIZ - Co-ouderschap en korting
10. Uit een familie-recht - Co-ouderschap en financiële regelingen
11. Belastingdienst - Voorwaarden voor inkomensafhankelijke combinatiekorting