De voorstellen van de Staatscommissie Herijking ouderschap: een overzicht
juli 1, 2025
In de praktijk van het opvoeden na een scheiding of relatie-einde zijn de termen co-ouderschap en gezamenlijk ouderlijk gezag veelvoorkomend. Deze concepten zijn gericht op het waarborgen van de belangen van het kind en het veiligstellen van een stabiele opvoedingsomgeving. In Nederland is het uitgangspunt dat ouders na een scheiding gezamenlijk ouderlijk gezag behouden, wat inhoudt dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen. Het kan echter variëren hoe deze verantwoordelijkheden worden verdeeld, en dat leidt tot verschillende vormen van ouderschap, waaronder co-ouderschap, zorgregelingen, en omgangsregelingen. In dit artikel worden de essentie van co-ouderschap en gezamenlijk ouderlijk gezag besproken, inclusief de praktijk, de rechtsgevolgen, en de rol van het ouderschapsplan.
Co-ouderschap is een vorm van ouderschap waarin de ouders de zorg en opvoeding van hun kind gelijkwaardig verdelen. Dit betekent dat het kind om en om bij beide ouders verblijft, bijvoorbeeld om de week bij de ene ouder en de andere week bij de andere. Co-ouderschap vereist een goede communicatie en samenwerking tussen de ouders, en dat zij over alle belangrijke aspecten overeenstemming kunnen bereiken. De term "co-ouderschap" wordt vaak gebruikt om een vorm van gezamenlijk ouderlijk gezag aan te duiden, waarbij de verantwoordelijkheden gelijkmatig worden verdeeld.
Co-ouderschap is niet wettelijk vastgelegd, maar wordt geregeld via een ouderschapsplan. Dit plan bevat afspraken over de verdeling van de zorg, het contact met de andere ouder, en het nemen van belangrijke beslissingen. Het heeft vaak invloed op de hoogte van de kinderalimentatie, waarbij de kosten verdeeld kunnen worden op basis van draagkracht, het aantal verzorgdagen, of gelijkwaardig. In de praktijk is co-ouderschap echter geen standaardoplossing, maar een keuze die gemaakt wordt op basis van de omstandigheden en de wensen van de ouders.
Gezamenlijk ouderlijk gezag houdt in dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen. Dit is het uitgangspunt in Nederland, waarbij ouders na een scheiding of beëindiging van een relatie automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag behouden. Dit betekent dat beide ouders belangrijke beslissingen over hun kind moeten nemen, zoals over onderwijs, gezondheid, en religieuze opvoeding. De wet stelt dat de ouders samen het ouderlijk gezag uitoefenen, tenzij de rechter anders beslist.
Sinds 1 januari 2023 geldt voor ongehuwde en niet-geregistreerde partners dat zij automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag krijgen wanneer zij hun kind erkennen, waardoor een procedure bij de rechtbank niet langer noodzakelijk is. Dit is een belangrijke verandering die tot doel heeft het proces voor ouders te vereenvoudigen. Het gezamenlijk ouderlijk gezag kan echter ook worden aangepast, bijvoorbeeld door een beperking van de rechten van één van de ouders, in geval van conflicten of onvoldoende overeenstemming.
Hoewel co-ouderschap vaak wordt gezien als een vorm van gezamenlijk ouderlijk gezag, zijn er wel degelijk verschillen tussen de twee. Bij gezamenlijk ouderlijk gezag is het doel om de belangen van het kind te waarborgen door een gelijkwaardige verdeling van verantwoordelijkheden. Bij co-ouderschap is het doel om de dagelijkse zorg en opvoeding van het kind gelijkwaardig te verdelen, zodat het kind geen hoofdverblijfplaats heeft, maar om en om bij de ene of andere ouder verblijft.
Het verschil tussen co-ouderschap en gezamenlijk ouderlijk gezag ligt vooral in de verdeling van de verantwoordelijkheden. Bij gezamenlijk ouderlijk gezag nemen de ouders samen belangrijke beslissingen over hun kind, terwijl bij co-ouderschap de verantwoordelijkheden gelijkmatig worden verdeeld. Het co-ouderschap is echter geen officieel erkend begrip, terwijl het gezamenlijk ouderlijk gezag wel juridisch vastgelegd is.
In de praktijk kan co-ouderschap verschillend worden uitgevoerd, afhankelijk van de situatie van de ouders en de wensen van het kind. Bijvoorbeeld, als het kind om en om bij de ene of andere ouder verblijft, dan is dit een vorm van co-ouderschap. In sommige gevallen kan het kind ook op twee plekken wonen, maar uiteraard kan het kind maar op één adres ingeschreven worden. De ouders moeten dan beslissen bij wie het kind zijn domicilie zal hebben.
In sommige gevallen kan het co-ouderschap worden gerealiseerd op basis van een week/week-verblijf, maar ook andere systemen van 50-50 vinden ingang. Bij de opmaak van de regeling kan rekening worden gehouden met de leeftijd van de kinderen of de werksituatie van de ouders. Bijvoorbeeld: wissel om de twee of drie dagen, of maandag tot woensdagmiddag bij de ene ouder, woensdagnamiddag tot vrijdag bij de andere ouder en de weekends worden verdeeld tussen beide ouders.
Co-ouderschap heeft zowel voordelen als nadelen. De voordelen zijn onder meer dat het kind een gelijkwaardige verzorging en opvoeding krijgt van beide ouders, wat kan bijdragen aan een stabiele opvoedingsomgeving. Daarnaast is co-ouderschap een vorm van gezamenlijk ouderlijk gezag, wat betekent dat de ouders samen belangrijke beslissingen nemen over hun kind.
De nadelen zijn onder meer dat het co-ouderschap veel communicatie en samenwerking vereist tussen de ouders. Dit kan in sommige gevallen moeilijk zijn, vooral als de ouders in conflict verkeren. Daarnaast kunnen sommige kinderen het niet prettig vinden om in twee huizen te leven, wat kan leiden tot emotionele spanningen.
Een ouderschapsplan is een belangrijk instrument bij het opstellen van een co-ouderschap. Dit plan bevat afspraken over de verdeling van de zorg, het contact met de andere ouder, en het nemen van belangrijke beslissingen. Het ouderschapsplan is wettelijk verplicht voor ouders die willen scheiden en kinderen hebben die jonger zijn dan 18 jaar. In het ouderschapsplan staan in ieder geval afspraken over de betrokkenheid van de kinderen bij het ouderschapsplan, hoe de zorg en opvoeding verdeeld worden, hoe informatie gedeeld wordt, en hoe beslissingen genomen worden over belangrijke onderwerpen.
De rechter kan in bepaalde gevallen beslissen dat het co-ouderschap niet mogelijk is, bijvoorbeeld wanneer er onvoldoende overeenstemming is tussen de ouders over de hierboven aangehaalde aspecten van de opvoeding van het kind. In zo’n geval spreekt men van exclusief ouderlijk gezag. De ouder die het ouderlijk gezag niet uitoefent, blijft uiteraard titularis van alle bevoegdheden van het ouderlijk gezag, maar kan deze slechts beperkt uitoefenen.
De rechter kan ook beslissen dat het co-ouderschap niet mogelijk is, bijvoorbeeld wanneer het kind niet in staat is om goed om te gaan met de verantwoordelijkheden van het co-ouderschap. In dergelijke gevallen kan de rechter beslissen dat het kind bij één ouder moet wonen, terwijl de andere ouder een omgangsregeling heeft.
Een belangrijk onderdeel van co-ouderschap is de samenwerking en communicatie tussen de ouders. De ouders moeten in staat zijn om openlijk te communiceren, belangrijke beslissingen te nemen, en problemen gezamenlijk op te lossen. In sommige gevallen kan een bemiddelaar helpen om tot een overeenstemming te komen, vooral wanneer er sprake is van conflicten. Een bemiddelaar kan door ouders zelf gekozen worden, of door de rechter aangewezen worden.
Bij het opstellen van een co-ouderschap is het belang van het kind het uitgangspunt. De ouders moeten ervoor zorgen dat het kind een veilige en stabiele opvoedingsomgeving krijgt. Dit betekent dat de ouders samen moeten werken aan het oplossen van problemen en het nemen van belangrijke beslissingen over het kind. Daarnaast moet de ouder met gezag de andere ouder op de hoogte houden van belangrijke zaken die met het kind te maken hebben, zoals de voortgang op school en de gezondheid van het kind, en zijn of haar mening moeten vragen over belangrijke beslissingen.
Co-ouderschap en gezamenlijk ouderlijk gezag zijn belangrijke concepten in de praktijk van het opvoeden na een scheiding of relatie-einde. Beide termen houden verband met de rechten en plichten van ouders ten aanzien van hun kinderen. Co-ouderschap is een vorm van gezamenlijk ouderlijk gezag waarin de ouders de zorg en opvoeding van hun kind gelijkwaardig verdelen. Het vereist een goede communicatie en samenwerking tussen de ouders, en dat zij over alle belangrijke aspecten overeenstemming kunnen bereiken. Het ouderschapsplan is een belangrijk instrument bij het opstellen van een co-ouderschap, en de rechter kan in bepaalde gevallen beslissen dat het co-ouderschap niet mogelijk is. Het belang van het kind moet bij het opstellen van een co-ouderschap centraal staan.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet