Co-ouderschap met een verdeling van 3 dagen per week: overwegingen en aanbevelingen
juni 30, 2025
Co-ouderschap, waarbij beide ouders actief betrokken zijn bij de zorg en opvoeding van hun kinderen, is in Nederland steeds frequenter voorkomend. Dit heeft ook gevolgen voor de fiscale regelingen, waaronder de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK). De IACK is een heffingskorting voor ouders die werken en de zorg voor een kind onder de 12 jaar combineren. In geval van co-ouderschap kunnen zowel de moeder als de vader in aanmerking komen voor deze korting, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Dit artikel geeft inzicht in de regels, voorwaarden en praktijkgevolgen van de inkomensafhankelijke combinatiekorting bij co-ouderschap.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een heffingskorting die werkt met het inkomen van ouders die de zorg combineren met het werk. Het is bedoeld om ouders te stimuleren om actief te werken en tegelijkertijd voor hun kind te zorgen. De korting wordt in de inkomstenbelasting afgetrokken, waardoor de belastinglast voor ouders lager wordt. In 2023 was het maximumbedrag van de IACK ongeveer € 2.694,00 per jaar. In 2024 is dit bedrag verhoogd naar € 2.835,00, afhankelijk van het inkomen en of de leeftijd van de ouder. De IACK wordt vanaf 1 januari 2025 afgeschaft, behalve voor ouders met kinderen die voor die datum zijn geboren. Tot 1 januari 2037 blijft de regeling gelden voor ouders met kinderen onder de 12 jaar.
Bij co-ouderschap wordt er vaak gesproken over een gelijkwaardige verdeling van de zorg en opvoeding van het kind. Dit betekent dat zowel de moeder als de vader een aanzienlijk deel van de tijd met het kind doorbrengen. De Belastingdienst heeft in de loop van de jaren verschillende regels en voorwaarden opgesteld voor de IACK, met name voor ouders die gescheiden zijn. De kern van de voorwaarden is dat het kind in het kalenderjaar minstens 6 maanden op het adres van de ouder is ingeschreven, en dat de ouder werk heeft met een inkomen dat boven een bepaalde drempel ligt.
Echter, bij co-ouderschap is het moeilijker om de voorwaarden te voldoen, omdat het kind maar op één adres kan worden ingeschreven. De Belastingdienst heeft dit probleem herhaaldelijk besproken en heeft in 2020 een uitspraak van de Hoge Raad gevolgd, die de eisen iets heeft versoepeld. Volgens de uitspraak hoeft het kind niet per se elke week op hetzelfde adres te staan, mits de verdeling van de zorg gelijk is. Bijvoorbeeld: het kind woont 3 dagen bij de moeder en 4 dagen bij de vader, of omgekeerd. Dit is een voorbeeld van een herhalend ritme dat als gelijke verdeling wordt beschouwd.
Bij co-ouderschap kunnen zowel de moeder als de vader in aanmerking komen voor de IACK, mits aan de voorwaarden is voldaan. De Belastingdienst stelt dat het kind in het kalenderjaar minstens 6 maanden op het adres van de ouder is ingeschreven. Dit geldt ook als het kind op het adres van de andere ouder is ingeschreven. De voorwaarde dat het kind op één adres moet staan, wordt dus in bepaalde gevallen genegeerd. De Belastingdienst stelt dat het kind dan wel moet behoren tot het huishouden van beide ouders, en dat de dagelijkse opvoeding en opvang gedeeld wordt.
In geval van co-ouderschap is de IACK dus beschikbaar voor zowel de moeder als de vader, mits aan de voorwaarden is voldaan. De hoogte van de korting is afhankelijk van het inkomen van de ouder. Bijvoorbeeld: als de ouder een inkomen heeft van meer dan € 6.073,-, dan krijgt hij of zij 11,45% van het verschil tussen het inkomen en dit bedrag. De maximale korting is in 2024 € 2.950,-.
Een van de belangrijkste problemen bij co-ouderschap is dat het kind maar op één adres kan worden ingeschreven. Dit betekent dat slechts één van de ouders recht heeft op de IACK, mits het kind op dat adres staat. In sommige gevallen is het mogelijk dat het kind op het adres van de andere ouder is ingeschreven, maar dat de ouder die dat adres deelt, toch recht heeft op de IACK. De Belastingdienst heeft dit in de afgelopen jaren herhaaldelijk besproken, en heeft in 2020 een uitspraak van de Hoge Raad gevolgd, die de eisen heeft versoepeld.
Bijvoorbeeld: als het kind 3 dagen per week bij de moeder woont en 4 dagen bij de vader, dan wordt dit gezien als een gelijke verdeling. In dat geval kan zowel de moeder als de vader in aanmerking komen voor de IACK, mits het kind minstens 6 maanden op het adres van de ouder is ingeschreven. De Belastingdienst stelt dat dit ook geldt als het kind op het adres van de andere ouder is ingeschreven, mits het kind in het kalenderjaar minstens 6 maanden bij de ouder is ingeschreven.
Bij de aangifte van de inkomstenbelasting moet de ouder aangeven of hij of zij in aanmerking komt voor de IACK. Bij co-ouderschap is het belangrijk om duidelijk te maken dat het kind op het adres van de andere ouder is ingeschreven, en dat de verdeling van de zorg gelijk is. De Belastingdienst heeft hierin bepaalde richtlijnen opgesteld, en stelt dat het kind op het adres van de andere ouder mag staan, mits het kind in het kalenderjaar minstens 6 maanden bij de ouder is ingeschreven.
Bij het invullen van de belastingaangifte moet de ouder aangeven of hij of zij in aanmerking komt voor de IACK, en welke voorwaarden zijn voldaan. De Belastingdienst stelt dat het mogelijk is om de korting aan te vragen met terugwerkende kracht, mits de voorwaarden zijn voldaan. Dit is vooral belangrijk voor ouders die in een co-ouderschapsregeling werken en de korting pas later inzien.
Bij een scheiding is de situatie vaak complexer, omdat de verdeling van de zorg en opvoeding niet meer gelijk is. In dat geval kan het zijn dat slechts één van de ouders in aanmerking komt voor de IACK, mits het kind op het adres van de ouder is ingeschreven. De Belastingdienst stelt dat het kind op het adres van de andere ouder mag staan, mits de verdeling van de zorg en opvoeding is vastgesteld in een co-ouderschapsplan of een echtscheidingsconvenant. In dat geval kan de ouder die het kind op het adres van de andere ouder heeft ingeschreven, ook in aanmerking komen voor de IACK, mits het kind in het kalenderjaar minstens 6 maanden bij de ouder is ingeschreven.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting is een belangrijke fiscale regeling voor ouders die de zorg combineren met het werk. Bij co-ouderschap is de situatie complexer, omdat het kind maar op één adres kan worden ingeschreven. De Belastingdienst heeft in de afgelopen jaren verschillende regels en voorwaarden opgesteld, en heeft in 2020 een uitspraak van de Hoge Raad gevolgd, die de eisen iets heeft versoepeld. De IACK is dus beschikbaar voor zowel de moeder als de vader, mits aan de voorwaarden is voldaan. De hoogte van de korting is afhankelijk van het inkomen van de ouder. De IACK wordt vanaf 1 januari 2025 afgeschaft, behalve voor ouders met kinderen die voor die datum zijn geboren. Tot 1 januari 2037 blijft de regeling gelden voor ouders met kinderen onder de 12 jaar.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet