Inkomensafhankelijke Combinatiekorting en Co-Ouderschap: Een Overzicht voor 2023 en Later
juni 30, 2025
Scheidingen hebben vaak grote gevolgen voor kinderen, en goede afspraken over de opvoeding en omgang zijn cruciaal. Co-ouderschap, waarbij gescheiden ouders de zorg en opvoeding van hun kinderen delen, is een veelvoorkomende regeling. Echter, niet alle co-ouderschapsregelingen blijken in de praktijk te werken. Dit artikel bespreekt de mogelijkheden om een co-ouderschap te beëindigen, de overwegingen die hierbij komen kijken, en de alternatieven die beschikbaar zijn, gebaseerd op beschikbare informatie.
Co-ouderschap houdt in dat ouders de zorg en opvoeding van hun kinderen gelijkwaardig verdelen. Dit betekent dat de kinderen ongeveer evenveel tijd doorbrengen in de woningen van beide ouders. Het is een regeling die tot ongeveer 1995 zelden voorkwam, toen de moeder standaard het eenhoofdig gezag kreeg en de vader slechts beperkte contactmogelijkheden had. De Wet Bevordering Voortgezet Ouderschap en Zorgvuldige Scheiding (2009) heeft hierin verandering gebracht. Co-ouderschap is niet wettelijk vastgelegd; de regels worden vastgelegd in een ouderschapsplan, dat de specifieke afspraken tussen de ouders bevat.
Er zijn diverse redenen waarom ouders overwegen om een co-ouderschapsregeling te beëindigen. Een belangrijke factor is een slechte verstandhouding tussen de ouders, waardoor overleg en coördinatie bemoeilijkt worden. Conflicten over opvoedkundige kwesties, praktische zaken of persoonlijke meningsverschillen kunnen de situatie onhoudbaar maken. Ook kan een verhuizing van een van de ouders een rol spelen, vooral als de afstand tussen de woonplaatsen groot wordt, waardoor het co-ouderschap in de praktijk moeilijk te realiseren is. Verder kunnen de wensen van de kinderen zelf een reden zijn om de regeling te wijzigen.
Zowel de vader als de moeder hebben het recht om co-ouderschap te weigeren. Co-ouderschap is geen wettelijke verplichting. Een ouder kan bijvoorbeeld goede redenen hebben om niet de helft van de zorg op zich te nemen. Het weigeren van co-ouderschap heeft geen invloed op het recht op omgang met het kind. In plaats van co-ouderschap wordt dan een andere omgangsregeling getroffen. Het is wel belangrijk dat de ouder het kind heeft erkend om recht te hebben op omgang.
Het is mogelijk om co-ouderschap op verschillende momenten te weigeren: voorafgaand aan de scheiding, tijdens de scheiding, of in een latere fase. Als een van de ouders aangeeft geen co-ouderschap te willen, kunnen de afspraken in het ouderschapsplan hierop worden aangepast.
Het is essentieel om de belangen van het kind voorop te stellen bij het beëindigen van een co-ouderschapsregeling. Kinderen kunnen zich gespleten voelen tussen twee huishoudens en moeite hebben met de constante wisselingen. Het is belangrijk om te luisteren naar de wensen en behoeften van het kind. Een kindgesprek kan verrassende informatie opleveren over de zorgen en angsten van het kind. Zo kan een kind zich bijvoorbeeld zorgen maken over het welzijn van een huisdier of het meenemen van favoriete spullen. Het is belangrijk dat kinderen zich gehoord voelen, omdat dit bijdraagt aan hun emotionele welzijn.
Vanaf 12-jarige leeftijd kan de rechter de mening van het kind meewegen bij de beslissing over omgangsregelingen. Als een kind ernstige bezwaren heeft tegen omgang met een van de ouders, kan de rechter het recht op omgang zelfs ontzeggen.
Het beëindigen van een co-ouderschapsregeling vereist zorgvuldige overweging en vaak juridische begeleiding. Het ouderschapsplan is niet in beton gegoten en kan worden aangepast aan veranderende omstandigheden. Echter, eenzijdige beslissingen kunnen leiden tot conflicten. Het is raadzaam om in overleg met de andere ouder te proberen tot een nieuwe regeling te komen. Een ervaren mediator kan hierbij helpen om valkuilen te vermijden en tot een duurzame oplossing te komen.
Als overeenstemming niet mogelijk is, kan de rechter worden ingeschakeld. De rechter zal een afweging maken, waarbij de belangen van het kind voorop staan. De rechter zal ook rekening houden met de redenen voor de wijziging, de noodzaak van een verhuizing, en de mogelijkheid om de zorg- en opvoedingstaken zo goed mogelijk te verdelen.
Als co-ouderschap niet meer werkt, is een omgangsregeling een veelvoorkomend alternatief. Bij een omgangsregeling heeft één ouder het gezag en de andere ouder het recht op omgang met het kind. De ouder zonder gezag heeft geen zeggenschap over belangrijke beslissingen, zoals schoolkeuze of medische behandelingen, maar heeft wel recht op informatie en consultatie.
Het is belangrijk om de afspraken over de omgangsregeling duidelijk vast te leggen in een ouderschapsplan. Dit kan betrekking hebben op de frequentie van de bezoeken, de duur van de verblijven, en de wijze waarop de communicatie verloopt.
Bij het beëindigen van co-ouderschap zijn er ook praktische zaken om te regelen. Denk aan de verdeling van kleding, speelgoed en andere bezittingen. Ook de financiële aspecten, zoals kinderalimentatie en kinderbijslag, moeten opnieuw worden bekeken. Bij co-ouderschap wordt vaak kinderalimentatie betaald door de ouder met het hoogste inkomen aan de ouder met het laagste inkomen. Bij een omgangsregeling kan de alimentatie anders worden berekend.
Het is belangrijk om te bedenken dat een verhuizing van een van de ouders de mogelijkheden voor co-ouderschap kan beperken. Een maximale afstand van ongeveer zeven kilometer hemelsbreed wordt vaak als richtlijn gehanteerd.
Bij co-ouderschap kan sprake zijn van fiscaal co-ouderschap, wat invloed heeft op de belastingaangifte. Bij gelijkmatige huisvesting wordt fiscaal co-ouderschap automatisch toegepast. Dit kan voordelig zijn voor ouders met een laag inkomen, maar nadelig voor ouders met een hoger inkomen.
Ongeacht de gekozen regeling is goede communicatie en overleg tussen de ouders essentieel. Het is belangrijk om open te staan voor elkaars standpunten en om samen te zoeken naar oplossingen die in het belang zijn van het kind. Een mediator kan hierbij een waardevolle rol spelen.
Het beëindigen van een co-ouderschapsregeling is een complexe beslissing die zorgvuldige overweging vereist. Het is belangrijk om de belangen van het kind voorop te stellen, de juridische aspecten te begrijpen, en de praktische zaken goed te regelen. Een ervaren mediator kan helpen om tot een duurzame oplossing te komen die voor alle betrokkenen werkt. Het is essentieel om te onthouden dat een co-ouderschapsregeling niet in beton gegoten is en kan worden aangepast aan veranderende omstandigheden. Het doel is altijd om een stabiele en liefdevolle omgeving te creëren voor het kind, waarin het zich veilig en geborgen voelt.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet