Huurtoeslag en Co-ouderschap: Rechten en Mogelijkheden voor Ouders
juni 30, 2025
Gelijkwaardig ouderschap is een juridisch beginsel dat sinds 2009 in de Nederlandse wet is vastgelegd, met als doel een gelijkwaardige rol voor beide ouders te creëren in de verzorging en opvoeding van hun kinderen, met name na een scheiding of beëindiging van een relatie. Dit principe, dat ook in België eerder werd toegepast (2006), is niet per definitie synoniem aan co-ouderschap, waarbij een gelijke verdeling van de tijd centraal staat. Gelijkwaardig ouderschap omvat een breder concept van gelijke rechten en plichten, ongeacht de specifieke tijdsverdeling.
De wettelijke basis voor gelijkwaardig ouderschap is te vinden in artikel 1:247 van het Burgerlijk Wetboek. Dit artikel benadrukt het recht van kinderen op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide ouders na een scheiding. De wetgever beoogde hiermee een verschuiving te bewerkstelligen, waarbij geen van beide ouders een bevoorrechte positie zou innemen. Voor ongehuwde of niet-geregistreerde partners die een kind erkennen, geldt sinds 1 januari 2023 automatisch gezamenlijk gezag. Vóór deze datum was een expliciete aanvraag noodzakelijk. Het gezag, en dus de verantwoordelijkheid voor belangrijke beslissingen over het kind, blijft in principe bij beide ouders, tenzij de rechter anders beslist in het belang van het kind.
Hoewel de termen vaak door elkaar worden gebruikt, is er een belangrijk onderscheid tussen gelijkwaardig ouderschap en co-ouderschap. Gelijkwaardig ouderschap richt zich op gelijke rechten en plichten, terwijl co-ouderschap specifiek betrekking heeft op een (bijna) gelijke verdeling van de zorgtaken en de tijd die het kind bij elke ouder doorbrengt. Een co-ouderschapsregeling is dus een mogelijke invulling van gelijkwaardig ouderschap, maar niet de enige. Het is mogelijk dat ouders kiezen voor een regeling waarbij een kind vaker bij één ouder woont, terwijl de andere ouder een omgangsregeling heeft, zonder dat dit afdoet aan het gelijkwaardige ouderschap.
Er bestaan verschillende vormen van ouderschap na scheiding, waaronder parallel ouderschap en coöperatief ouderschap. Bij parallel ouderschap is er sprake van weinig communicatie tussen de ouders, en nemen zij elk hun eigen beslissingen over de kinderen, zolang deze zich in hun eigen huis bevinden. Communicatie verloopt vaak via e-mail, WhatsApp of een derde partij. Coöperatief ouderschap daarentegen kenmerkt zich door regelmatige communicatie, gezamenlijke besluitvorming en een nauwe samenwerking tussen de ouders. Beide vormen hebben hun eigen voor- en nadelen, afhankelijk van de specifieke situatie en de relatie tussen de ouders.
Een goede communicatie en samenwerking tussen ouders zijn essentieel voor een succesvolle invulling van gelijkwaardig ouderschap, met name bij co-ouderschap. Ouders moeten in staat zijn om over belangrijke zaken te overleggen, elkaar voldoende te informeren en het contact tussen het kind en de andere ouder niet te belemmeren. In situaties waarin de communicatie moeizaam verloopt, kan de hulp van een bemiddelaar of mediator waardevol zijn. Deze kan helpen om afspraken te maken en conflicten te voorkomen.
Het is belangrijk te benadrukken dat gelijkwaardig ouderschap niet automatisch betekent dat alle zorg- en werktaken 50/50 verdeeld moeten worden. De verdeling kan variëren, afhankelijk van de omstandigheden en de wensen van de ouders. De Hoge Raad heeft bevestigd dat het belang van het kind voorop staat en dat een gelijke verdeling niet altijd de beste oplossing is. Factoren zoals de werkzaamheden van de ouders, de woonafstand en de communicatie tussen de ouders spelen hierbij een rol.
Bij alle beslissingen over de zorg en opvoeding van kinderen na scheiding moet het belang van het kind voorop staan. Dit betekent dat ouders moeten streven naar een regeling die de emotionele en psychologische stabiliteit van het kind waarborgt. Wisselingen van verblijfplaats moeten zo min mogelijk verstorend zijn, en ouders moeten zich inzetten om een goede relatie met het kind te onderhouden, ongeacht de specifieke tijdsverdeling.
Indien ouders er niet in slagen om zelf afspraken te maken over de zorg en opvoeding van hun kinderen, kan de rechter een beslissing nemen. De rechter zal hierbij altijd het belang van het kind voorop stellen en rekening houden met alle relevante omstandigheden. De rechter kan bijvoorbeeld een zorgregeling vaststellen, een omgangsregeling bepalen of het gezag toewijzen aan één van de ouders.
Gelijkwaardig ouderschap impliceert dat beide ouders een actieve en betekenisvolle rol blijven spelen in het leven van hun kind. Dit betekent niet alleen dat zij betrokken zijn bij de besluitvorming, maar ook dat zij daadwerkelijk zorgtaken op zich nemen. Onderzoek suggereert dat ouders gelukkiger zijn als zij werk en zorgtaken kunnen verdelen. Vaders geven vaak aan meer tijd met hun kinderen te willen doorbrengen. Een gelijkwaardige verdeling van de taken kan bovendien begrip voor elkaar in het ouderschap bevorderen en bijdragen aan een goede communicatie en een stabiele relatie.
Het is raadzaam voor aanstaande ouders om al tijdens de zwangerschap bewust na te denken over de verdeling van de zorg- en werktaken. Door open te communiceren over verwachtingen en wensen, kunnen zij samen een plan maken dat past bij hun unieke situatie. Cursussen en workshops over gelijkwaardig ouderschap kunnen hierbij behulpzaam zijn.
De Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding, die in 2009 in werking trad, heeft een belangrijke rol gespeeld in de verankering van het beginsel van gelijkwaardig ouderschap in de Nederlandse wetgeving. Deze wet heeft de positie van beide ouders na scheiding versterkt en de nadruk gelegd op het belang van een gelijkwaardige verzorging en opvoeding van kinderen.
Ondanks de positieve intenties van het beginsel van gelijkwaardig ouderschap, is er ook kritiek geuit. Sommigen stellen dat het beginsel te weinig ruimte laat voor maatwerk en dat een gelijke verdeling van de tijd niet altijd in het belang van het kind is. Anderen wijzen op het risico van instabiliteit als kinderen te vaak wisselen van verblijfplaats. Bovendien wordt soms betoogd dat vrouwen van nature beter zijn toegerust voor de zorg en opvoeding dan mannen.
Gelijkwaardig ouderschap is een belangrijk juridisch beginsel dat tot doel heeft de rechten en plichten van beide ouders na scheiding gelijk te stellen. Het is echter geen statisch concept, maar vereist een flexibele en kindgerichte benadering. Een goede communicatie, samenwerking en een focus op het belang van het kind zijn essentieel voor een succesvolle invulling van dit principe. Hoewel een gelijke verdeling van de zorgtaken niet altijd noodzakelijk is, is het wel belangrijk dat beide ouders een actieve en betekenisvolle rol blijven spelen in het leven van hun kinderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet