Bewust Ouderschap: Verbinding, Rust en Groei in Opvoeding
juni 29, 2025
De afgelopen decennia is er een significante toename in het aantal kinderen dat in co-oudergezinnen opgroeit. Dit betekent dat kinderen deels bij de ene en deels bij de andere ouder verblijven na een scheiding. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer een kwart van de Nederlandse kinderen in deze situatie verkeert, een stijging van ongeveer 5 procent tien jaar geleden. Deze ontwikkeling roept vragen op over de impact van co-ouderschap op het welzijn van kinderen, en welke factoren bijdragen aan een succesvolle implementatie. Dit artikel biedt een overzicht van de beschikbare informatie over co-ouderschap, gebaseerd op recent onderzoek en analyses.
De verschuiving naar co-ouderschap is opmerkelijk. Naast de stijging van het percentage kinderen in co-oudergezinnen, is er ook een toename van het aantal stiefgezinnen. Onderzoek suggereert dat er minstens 250.000 stiefgezinnen zijn, met bijna 500.000 kinderen die in deze gezinnen opgroeien. Dit aantal is hoger dan de officiële cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) aangeven, omdat deze cijfers gebaseerd zijn op gemeentelijke administratie en stiefouders zich niet altijd officieel registreren op het nieuwe adres. De groei van stiefgezinnen benadrukt de complexiteit van moderne gezinsvormen en de noodzaak om aandacht te besteden aan de dynamiek binnen deze gezinnen.
Onderzoek suggereert dat kinderen in co-oudergezinnen relatief goed af zijn. Een belangrijk kenmerk van co-ouderschap is dat ex-partners gemiddeld genomen minder ruzie maken dan andere gescheiden ouders. Dit vermindert de stress voor kinderen en creëert een stabielere omgeving. Bovendien hoeven kinderen niet te “kiezen” tussen hun ouders, omdat de zorg en opvoeding verdeeld worden. Dit voorkomt loyaliteitsconflicten en zorgt ervoor dat kinderen een goede relatie met beide ouders kunnen onderhouden. Co-ouderschap kan ook leiden tot een gelijke belasting van kosten, zorgtaken en opvoedingstaken, wat financieel voordelig kan zijn voor beide ouders. Het biedt ouders de mogelijkheid om kwalitatieve tijd met hun kinderen door te brengen.
Hoewel co-ouderschap veel voordelen kan bieden, zijn er ook uitdagingen en aandachtspunten. Continuïteit is belangrijk, en co-ouderschap is niet automatisch geschikt voor alle leeftijdsfases. Voor baby’s en peuters is het wellicht minder geschikt, terwijl het voor jongere kinderen goed kan werken. Voor tieners kan het stressvol zijn om constant tussen twee huizen te pendelen en zich aan te passen aan verschillende huisregels en omgevingen.
De relatie tussen de ouders speelt een cruciale rol. Als ouders nog altijd samen door een deur kunnen en bijvoorbeeld verjaardagen gezamenlijk kunnen vieren, creëert dit een positieve situatie voor de kinderen. Een vechtscheiding daarentegen kan leiden tot loyaliteitsproblemen en een langdurige negatieve impact op het welzijn van de kinderen. Het is belangrijk dat ouders na de scheiding proberen om een redelijk harmonieuze relatie te onderhouden, zodat kinderen beide ouders kunnen blijven zien.
De opkomst van stiefgezinnen brengt specifieke dynamieken met zich mee. Uit onderzoek blijkt dat stiefmoeders zich vaak meer inzetten voor de opvoeding van de kinderen van hun partner, terwijl stiefvaders de opvoeding vaker overlaten aan de biologische moeder. Vaders verwachten vaak dat stiefmoeders zich actief inzetten voor de opvoeding, terwijl moeders dit niet per se verwachten van stiefvaders. Ook worden er vaak andere verwachtingen gesteld ten aanzien van financiële bijdragen. Een goede band met een stiefouder blijkt vaak belangrijker te zijn voor de ontwikkeling en het welbevinden van kinderen dan een goede band met de uitwonende ouder.
Het is belangrijk om te erkennen dat stiefouders een belangrijke rol kunnen spelen in het leven van kinderen, en dat een langdurige aanwezigheid van een stiefouder kan leiden tot een sterkere band en meer stabiliteit. Sommigen pleiten zelfs voor juridisch gezag voor stiefouders die langdurig in een gezin verblijven, waarbij de verantwoordelijkheid voor elkaar belangrijker wordt geacht dan de bloed- en aanverwantschapsband.
Grootouders spelen een steeds grotere rol in de opvang van kleinkinderen en kunnen een beschermende factor zijn tegen emotionele en gedragsproblemen bij kinderen die een scheiding meemaken. Echter, na een scheiding is er vaak minder contact tussen grootouders en kleinkinderen, met name aan vaderskant. Het is belangrijk dat preventieprogramma’s hier meer aandacht aan besteden en dat grootouders een stevigere positie krijgen in de wetgeving en ouderschapsplannen.
De Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding (2009) introduceerde het concept van ‘gezamenlijk ouderlijk gezag’ en ‘gelijkwaardig ouderschap’. Dit betekent dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor de opvoeding en verzorging van de kinderen. De wet stelt tevens een ouderschapsplan verplicht, waarin de concrete verdeling van de zorg en opvoeding wordt vastgelegd. De implementatie van deze wetgeving is echter niet zonder problemen. Er is vaak strijd tussen ouders bij het vaststellen van het ouderschapsplan, en de wetgeving is mogelijk niet altijd in het belang van het kind.
Er zijn verschillende initiatieven die kinderen en ouders kunnen ondersteunen bij het omgaan met een scheiding. Programma’s zoals KIES (Kinderen In Een Scheiding situatie) bieden kinderen de mogelijkheid om met leeftijdsgenoten te praten over hun ervaringen en emoties. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die deelnemen aan KIES beter kunnen communiceren met hun ouders, zich beter in hun vel voelen, de scheiding beter kunnen begrijpen en weten wat ze kunnen doen als er problemen zijn. Ouders waarderen KIES als een positieve bijdrage aan de verwerking van de scheiding door hun kinderen.
Het is belangrijk om te erkennen dat de beschikbare informatie over co-ouderschap en stiefgezinnen niet altijd eenduidig is. Sommige onderzoeken leveren tegenstrijdige resultaten op, en er is behoefte aan meer onderzoek om de complexe dynamiek binnen deze gezinnen beter te begrijpen. Het is ook belangrijk om te benadrukken dat elke situatie uniek is en dat er geen one-size-fits-all oplossing bestaat.
Ondanks deze beperkingen kunnen we op basis van de beschikbare informatie een aantal aanbevelingen doen:
Co-ouderschap is een steeds vaker voorkomende gezinsvorm die zowel voordelen als uitdagingen met zich meebrengt. Een goede relatie tussen de ouders, rekening houden met de leeftijd van het kind, de rol van stiefouders en grootouders erkennen en ondersteuning zoeken zijn belangrijke factoren voor een succesvolle implementatie van co-ouderschap en het welzijn van de kinderen. Hoewel er nog behoefte is aan meer onderzoek, is het duidelijk dat co-ouderschap een waardevol alternatief kan zijn voor traditionele gezinsvormen, mits het op een zorgvuldige en kindgerichte manier wordt geïmplementeerd.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet