Goed Genoeg Ouderschap: De Kracht van Imperfectie in de Ontwikkeling van Je Kind
juni 29, 2025
De afgelopen decennia is er een verschuiving gaande in de benadering van ouderschap na scheiding. Waar voorheen de moeder vaak het hoofdverblijf en het gezag over de kinderen kreeg, is er nu een toenemende focus op gelijkwaardig ouderschap en de betrokkenheid van beide ouders. Dit artikel belicht de ontwikkelingen rondom co-ouderschap, de rechtspositie van vaders, en de juridische aspecten die hierbij een rol spelen, gebaseerd op recente wetgeving en observaties uit de praktijk.
Tot ongeveer 1995 was het gebruikelijk dat kinderen na een scheiding vrijwel volledig aan de moeder werden toegewezen. De vader vervulde vaak een ondergeschikte rol, met beperkte zeggenschap over de opvoeding en weinig contact met de kinderen. Deze situatie leidde tot de opkomst van groepen zoals de “dwaze vaders”, die aandacht vroegen voor hun recht op een gelijkwaardige rol in het leven van hun kinderen. Deze beweging heeft bijgedragen aan een verandering in de maatschappelijke perceptie en de juridische kaders rondom scheiding en ouderschap.
De Wet Bevordering Voortgezet Ouderschap en Zorgvuldige Scheiding, die in 2009 in werking trad, markeerde een belangrijke stap in deze ontwikkeling. Deze wet erkent het recht van kinderen op gelijkwaardige zorg door beide ouders. De opmars van co-ouderschap weerspiegelt de maatschappelijke verandering waarbij vrouwen steeds vaker buitenshuis werken en vaders een grotere rol in de opvoeding spelen.
Gezamenlijk ouderlijk gezag, waarbij beide ouders verantwoordelijk zijn voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen, is tegenwoordig de norm. Voor ouders die gehuwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben, geldt dit gezag automatisch. Sinds 1 januari 2023 is de wetgeving gewijzigd, waardoor ook samenwonende ouders, waarvan de vader het kind na deze datum erkent, automatisch gezamenlijk gezag krijgen. Dit betekent dat beide ouders wettelijk vertegenwoordigers van hun kind zijn en gezamenlijk beslissingen nemen over belangrijke zaken zoals onderwijs, gezondheid en persoonlijke ontwikkeling.
Het is belangrijk te benadrukken dat het ouderlijk gezag losstaat van de feitelijke zorgverdeling. Co-ouderschap is de invulling van de dagelijkse zorg over de kinderen, terwijl het gezag de juridische rechten en plichten van de ouders omvat.
In situaties waarin de ouders niet gehuwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben, verkrijgt de vader niet automatisch het ouderlijk gezag. De moeder heeft dan eenhoofdig gezag. De vader moet in dat geval het ouderlijk gezag aanvragen bij de griffie van de rechtbank. Een belangrijke voorwaarde hiervoor is dat de vader het kind erkend heeft. Deze aanvraag kan kosteloos worden ingediend, zowel digitaal via de website van de rechtspraak als door middel van een formulier.
Sinds 1 januari 2023 is de procedure vereenvoudigd voor kinderen die na deze datum zijn geboren en erkend door de vader. In deze gevallen ontstaat het gezamenlijk ouderlijk gezag automatisch.
Wanneer ouders uit elkaar gaan, moeten zij afspraken maken over de zorg en opvoeding van hun kinderen. Deze afspraken worden vastgelegd in een ouderschapsplan. Een belangrijk onderdeel van dit plan is de omgangsregeling, die beschrijft hoe de kinderen contact zullen hebben met beide ouders.
In de praktijk komt het voor dat ouders er niet in slagen om samen tot een overeenkomst te komen. In dergelijke gevallen kan de rechter worden ingeschakeld om een beslissing te nemen. De rechter zal hierbij altijd het belang van het kind vooropstellen.
De rechter kan omgang ontzeggen indien dit in het belang van het kind is, maar dit is een uitzondering. Er is een dalende trend in het percentage vaders dat na een scheiding het contact met hun kinderen verliest. Recente cijfers laten zien dat 12% van de kinderen in de leeftijd van 12 tot 16 jaar na de scheiding helemaal geen contact meer heeft met de vader.
In gecompliceerde scheidingssituaties kan de Raad voor de Kinderbescherming (de Raad) worden ingeschakeld. De Raad heeft de wettelijke taak om de van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren in rapportages of verzoekschriften. In gevallen van escalatie, waar ouders elkaar beschuldigen van misstanden, is het van belang dat de Raad onderzoek doet naar de waarheid van deze beschuldigingen.
Het is de taak van de overheid om zich in te spannen om family life tussen ouder en kind mogelijk te maken. Rechters hebben een uitgebreid scala aan civielrechtelijke dwangmiddelen tot hun beschikking om ouders te bewegen tot medewerking aan de omgangsregeling.
Co-ouderschap kan op verschillende manieren worden vormgegeven. Er wordt onderscheid gemaakt tussen coöperatief co-ouderschap en parallel co-ouderschap.
Bij coöperatief co-ouderschap is er regelmatig contact en overleg tussen de ouders. Zij maken samen belangrijke keuzes over de opvoeding en levensloop van hun kinderen. Dit wordt beschouwd als de meest ideale situatie.
Bij parallel co-ouderschap is er minder overleg en nemen de ouders grotendeels zelfstandig beslissingen over de zorg voor hun kinderen. Dit kan een geschikte oplossing zijn wanneer de relatie tussen de ouders gespannen is.
Bij co-ouderschap is het gebruikelijk dat de kinderbijslag wordt bijgeschreven op een gezamenlijke kinderrekening, aangezien deze 100% bedoeld is voor de kinderen. De verdeling van de kinderbijslag over beide ouders kan verstandig zijn, vooral bij twee of meer kinderen, in verband met het Kind Gebonden Budget (KGB) en de Alleenstaande Ouderkop (AOK).
Het is belangrijk om te realiseren dat veranderingen in de persoonlijke situatie van de ouders, zoals een verhuizing of ziekte, aanleiding kunnen geven tot het aanpassen van het ouderschapsplan en de financiële afspraken.
Vanaf 12 jaar hebben kinderen in Nederland het wettelijke recht om hun mening te geven over zaken die hen aangaan, zoals de vraag bij welke ouder ze willen wonen. Deze mening wordt gehoord tijdens een kindgesprek met de rechter. Hoewel het kind niet zelf de beslissing neemt, kan zijn of haar standpunt wel meewegen in de uiteindelijke regeling.
Voor jongere kinderen is het extra belangrijk dat ouders samen tot overeenstemming komen, om een loyaliteitsconflict te voorkomen.
Co-ouderschap is een steeds vaker voorkomende regeling na scheiding, die gericht is op het behoud van een goede relatie tussen kinderen en beide ouders. De wetgeving is de afgelopen jaren aangepast om de positie van vaders te versterken en gezamenlijk ouderlijk gezag de norm te maken. Het is essentieel dat ouders, ook na een scheiding, het belang van hun kinderen vooropstellen en in goed overleg afspraken maken over de zorg en opvoeding. De rechter staat klaar om te bemiddelen en een beslissing te nemen wanneer ouders er samen niet uitkomen, waarbij het welzijn van het kind altijd centraal staat.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet