Navigeren door Hoog Conflict: Ondersteuning voor Ouders en Kinderen na Scheiding
juni 29, 2025
Co-ouderschap, een regeling waarbij beide ouders betrokken blijven bij de zorg en opvoeding van hun kinderen na een scheiding of beëindiging van een relatie, is een steeds vaker gekozen optie. Deze vorm van ouderschap impliceert een gelijkmatige verdeling van de verantwoordelijkheden en de tijd die met de kinderen wordt doorgebracht. Echter, de praktische uitvoering en de wenselijkheid van co-ouderschap zijn niet altijd vanzelfsprekend. Dit artikel bespreekt de rechten en plichten die co-ouderschap met zich meebrengt, de mogelijkheden om co-ouderschap te weigeren of aan te passen, en de factoren die hierbij een rol spelen.
Co-ouderschap is niet een in de wet vastgelegde term, maar eerder een concept dat de gelijkwaardige betrokkenheid van beide ouders in het leven van hun kinderen na een scheiding beschrijft. Het omvat een gelijke verdeling van de zorg, opvoeding en kosten. Het is belangrijk te onderscheiden tussen co-ouderschap en verblijfsco-ouderschap. Verblijfsco-ouderschap houdt in dat de kinderen een gelijkmatige verdeling van hun tijd doorbrengen in beide ouderlijke huizen. Co-ouderschap, in bredere zin, kan ook bestaan zonder een 50/50 verdeling van de verblijftijd, zolang beide ouders actief betrokken blijven bij de opvoeding. Sinds de wet van 1995 is het hoederecht, waarbij één ouder de hoofdverantwoordelijkheid droeg, achterhaald. Nu is gezamenlijk gezag de norm, wat de basis vormt voor co-ouderschap.
Bij co-ouderschap hebben beide ouders rechten en plichten met betrekking tot hun kinderen. Deze rechten en plichten worden idealiter vastgelegd in een ouderschapsplan, een verplicht document bij scheiding met minderjarige kinderen. In dit plan worden afspraken gemaakt over de zorgverdeling, alimentatie, schoolkeuze, vakantieregelingen en andere belangrijke aspecten van de opvoeding. Het ouderschapsplan is pas afdwingbaar als het door de rechtbank is gehomologeerd, wat betekent dat de rechter het heeft goedgekeurd. De rechter zal een overeenkomst weigeren als deze niet in het belang van het kind is.
Een belangrijk aspect van co-ouderschap is de noodzaak tot goede communicatie en overleg tussen de ouders. Zij moeten in staat zijn om samen beslissingen te nemen over belangrijke zaken die het leven van hun kinderen beïnvloeden. Dit vereist een constructieve relatie, of op zijn minst de bereidheid om ondanks de scheiding samen te werken.
Hoewel co-ouderschap in veel gevallen wenselijk is, zijn er situaties waarin een ouder het co-ouderschap kan weigeren of tegenhouden. Het is belangrijk te benadrukken dat een ouder co-ouderschap niet eenzijdig kan weigeren als er sprake is van gezamenlijk gezag. De weigering moet onderbouwd worden met redenen die het belang van het kind dienen.
Geldige redenen om co-ouderschap te weigeren kunnen zijn:
Het is essentieel om de redenen voor de weigering duidelijk te communiceren aan de ex-partner en om een alternatieve omgangsregeling voor te stellen die wel in het belang van het kind is.
Als ouders er niet uitkomen, kan de rechtbank een omgangsregeling vaststellen. De rechtbank zal hierbij altijd het belang van het kind voorop stellen. De rechter kan een zorgregeling of een omgangsregeling bepalen. Een zorgregeling is van toepassing bij gezamenlijk gezag, terwijl een omgangsregeling wordt vastgesteld als één ouder eenhoofdig gezag heeft. De rechtbank kan een omgangsregeling weigeren als deze ernstig nadeel zou opleveren voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van het kind, of als de ouder kennelijk ongeschikt is voor omgang.
Ook nadat co-ouderschap is ingesteld, kan het nodig zijn om de afspraken aan te passen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de omstandigheden veranderen, zoals een verhuizing van één van de ouders, een verandering in werktijden, of als het kind aangeeft dat de huidige regeling niet meer werkt. In dergelijke gevallen is het belangrijk om in overleg met de ex-partner te kijken naar een nieuwe omgangsregeling die beter aansluit bij de behoeften van het kind. Het ouderschapsplan kan worden gewijzigd om de nieuwe afspraken vast te leggen.
Co-ouderschap kan fiscale gevolgen hebben, met name voor de toeslagen. De Belastingdienst kijkt naar bij wie het kind staat ingeschreven om te bepalen wie in aanmerking komt voor toeslagen zoals het kindgebonden budget en de kinderbijslag. In sommige gevallen kunnen beide ouders in aanmerking komen voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting.
De alimentatieverplichtingen veranderen bij co-ouderschap. De hoogte van de alimentatie is afhankelijk van de inkomens van beide ouders en de verdeling van de zorg en opvoeding.
Een goed ouderschapsplan is essentieel voor een succesvolle co-ouderschapsregeling. Het plan moet duidelijk en gedetailleerd zijn en alle belangrijke aspecten van de zorg en opvoeding van de kinderen omvatten. Het is raadzaam om juridisch advies in te winnen bij het opstellen van een ouderschapsplan, om ervoor te zorgen dat de afspraken juridisch bindend zijn en in het belang van het kind.
Co-ouderschap kan een waardevolle manier zijn om de band tussen kinderen en beide ouders na een scheiding te behouden. Het vereist echter een constructieve relatie tussen de ouders, goede communicatie en de bereidheid om samen te werken. Het is belangrijk om de rechten en plichten die co-ouderschap met zich meebrengt te kennen en om een ouderschapsplan op te stellen dat in het belang van het kind is. In situaties waarin co-ouderschap niet mogelijk of wenselijk is, is het belangrijk om een alternatieve omgangsregeling te vinden die wel het welzijn van het kind waarborgt. De rechtbank kan hierbij een rol spelen, maar het is altijd beter om in overleg met de ex-partner tot een oplossing te komen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet