Woningurgentie en Co-Ouderschap: Een Overzicht voor Ouders
juni 29, 2025
Co-ouderschap is een steeds vaker voorkomende vorm van opvoeding na scheiding, waarbij beide ouders een actieve en gelijkwaardige rol blijven spelen in het leven van hun kinderen. Dit artikel biedt een overzicht van de verschillende aspecten van co-ouderschap, gebaseerd op beschikbare informatie, met aandacht voor de verdeling van dagen, praktische regelingen en de impact op toeslagen en financiële aspecten.
Co-ouderschap houdt in dat de kinderen nagenoeg evenveel zorg en aandacht krijgen van beide ouders. Dit betekent niet per se een 50/50 verdeling, maar wel een situatie waarin beide ouders een significante rol blijven spelen in het dagelijks leven van hun kinderen. De Belastingdienst definieert co-ouderschap als een situatie waarin een kind minimaal 156 dagen per kalenderjaar bij elke ouder verblijft. Deze dagen kunnen ook dagdelen omvatten. Het is belangrijk te benadrukken dat co-ouderschap een bewuste keuze is, waarbij goede communicatie en gelijkwaardige verantwoordelijkheid tussen de ouders essentieel zijn.
Er bestaan diverse modellen voor de verdeling van de dagen bij co-ouderschap. Een veelvoorkomende regeling is de week-om-week regeling, waarbij de kinderen afwisselend een week bij de ene ouder en een week bij de andere ouder verblijven. Een andere variant is een regeling waarbij het weekend om en om wordt verdeeld, terwijl op werkdagen telkens dezelfde ouder de zorg heeft. Ook zijn er flexibele varianten mogelijk, waarbij de verdeling wordt aangepast aan de werktijden en agenda’s van beide ouders. Een voorbeeld hiervan is een regeling waarbij de ene ouder altijd op bepaalde dagen werkt en de andere ouder de zorg op die dagen op zich neemt. Er bestaat ook de 'birdnesting' variant, waarbij de ouders om beurten in de gezamenlijke woning verblijven en de kinderen in het nest blijven.
Hoewel een 50/50 verdeling vaak wordt nagestreefd, is dit niet altijd haalbaar of wenselijk. De Belastingdienst hanteert als richtlijn dat een kind minimaal 3 volle dagen per week bij elke ouder verblijft. Dit kan ook worden bereikt door een om-en-om regeling waarbij de kinderen de ene week bij de ene ouder en de andere week bij de andere ouder verblijven. Het is belangrijk om een schema te maken waarin de verdeling van de dagen duidelijk is vastgelegd. Dit schema kan dienen als bewijs voor overheidsinstanties, bijvoorbeeld bij het aanvragen van toeslagen.
Bij het kiezen voor co-ouderschap is het cruciaal om rekening te houden met het welzijn van de kinderen. Het is belangrijk om te overwegen of de kinderen meerdere keren per week wisselen van huis prettig vinden. Ook moet er gekeken worden naar de mogelijkheid om de zorg eerlijk te verdelen, rekening houdend met de werkschema’s van beide ouders. De woonafstand tussen de ouders speelt ook een rol; een te grote afstand kan het co-ouderschap bemoeilijken. Het is essentieel om goede afspraken te maken en deze vast te leggen in een ouderschapsplan. Dit plan moet ook de input van de kinderen bevatten, aangepast aan hun leeftijd. Voor baby's en jonge kinderen wordt co-ouderschap over het algemeen afgeraden, omdat zij gehecht zijn aan de eerste verzorger, meestal de moeder. In deze gevallen wordt een geleidelijke opbouw van de contacten met de andere ouder aanbevolen, bijvoorbeeld door middel van korte, frequente bezoeken.
Co-ouderschap heeft invloed op verschillende financiële aspecten, zoals de kinderbijslag, de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget. De kinderbijslag wordt doorgaans uitbetaald aan de ouder bij wie het kind is ingeschreven. Bij co-ouderschap kan op verzoek aan beide ouders worden uitbetaald. Voor de kinderopvangtoeslag geldt dat beide ouders een deel van de kosten kunnen declareren, tot een maximum van 230 uur per kind per maand. De inkomensafhankelijke combinatiekorting kan ook van toepassing zijn, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Het is belangrijk om de afspraken over de verdeling van de dagen goed te documenteren, omdat dit van invloed kan zijn op de hoogte van de toeslagen en de alimentatie.
Een veelvoorkomende misvatting is dat er bij co-ouderschap geen sprake meer is van kinderalimentatie. Dit is niet per se het geval. Zelfs bij een gelijke zorgverdeling kan er een alimentatieverplichting bestaan, afhankelijk van de inkomensverschillen tussen de ouders. De minst verdienende ouder kan recht hebben op alimentatie om de kosten van de opvoeding te dekken.
Naast de financiële aspecten zijn er ook praktische zaken waarover afspraken moeten worden gemaakt, zoals de verdeling van de kosten voor kleding, schoolspullen, hobby’s en medische zorg. Ook is het belangrijk om afspraken te maken over verjaardagen, feestdagen en vakanties. Het is aan te raden om deze afspraken vast te leggen in een ouderschapsplan, waarin ook de communicatie tussen de ouders wordt geregeld. Een goede communicatie is essentieel voor een succesvol co-ouderschap.
Bij co-ouderschap is het belangrijk dat de ouders niet te ver van elkaar wonen. Een maximale afstand van ongeveer zeven kilometer hemelsbreed wordt vaak als richtlijn gehanteerd. Een grotere afstand kan het lastig maken om de zorg goed te verdelen en de kinderen voldoende contact te laten hebben met beide ouders.
Als een van de ouders wil verhuizen, is het belangrijk om dit goed te bespreken en rekening te houden met de impact op de kinderen. Een verhuizing naar een andere plaats kan het co-ouderschap bemoeilijken, vooral als de afstand tussen de woningen groot is. In het ouderschapsplan kan een maximale afstand worden opgenomen waarbinnen de ouders mogen verhuizen.
Co-ouderschap kan een succesvolle manier van opvoeden zijn na scheiding, mits beide ouders bereid zijn om samen te werken en het welzijn van de kinderen voorop te stellen. Het is belangrijk om een regeling te kiezen die past bij de specifieke situatie van het gezin en om goede afspraken te maken over de verdeling van de zorg, de financiële aspecten en de praktische zaken. Een open communicatie en een flexibele houding zijn essentieel voor een succesvol co-ouderschap. De regels rondom co-ouderschap en de bijbehorende toeslagen zijn complex en kunnen veranderen. Het is daarom raadzaam om je goed te laten informeren en eventueel juridisch advies in te winnen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet