Co-ouderschap: Rechten, Overwegingen en Mogelijkheden tot Aanpassing
juni 29, 2025
Co-ouderschap, waarbij beide ouders actief betrokken blijven bij de opvoeding van hun kinderen na een scheiding, heeft specifieke fiscale gevolgen. De Belastingdienst hanteert criteria voor de beoordeling van co-ouderschap die van invloed zijn op de belastingvoordelen waar gescheiden ouders aanspraak op kunnen maken. Dit artikel geeft een overzicht van de regels, de controlemechanismen en de mogelijke belastingvoordelen die co-ouderschap met zich meebrengt, gebaseerd op beschikbare informatie.
Co-ouderschap is niet in de wet gedefinieerd, maar de Belastingdienst hanteert een duidelijke richtlijn. Om als co-ouder te worden beschouwd, moeten ouders een overeenkomst hebben om de dagelijkse opvang en opvoeding van hun kind ongeveer gelijk te verdelen. Dit kan op verschillende manieren worden bereikt. De meest voorkomende vormen zijn een regeling waarbij de kinderen de ene week bij de ene ouder en de andere week bij de andere ouder verblijven, of een verdeling waarbij de zorg minimaal drie dagen per week wordt verdeeld. Een formele overeenkomst, vastgelegd in een ouderschapsplan of echtscheidingsconvenant, is essentieel om de afspraken te documenteren en te onderbouwen.
Vakanties worden meegerekend bij de beoordeling van co-ouderschap. Een recente uitspraak van de rechtbank Den Haag bevestigde dat de verdeling van de zorg tijdens vakanties ook van belang is. Vroeger was het criterium 156 dagen per kalenderjaar bij elke ouder, maar dit is in 2023 aangepast. Vanaf 2023 geldt dat een kind in een herhalend ritme minimaal 78 dagen over een periode van zes maanden bij elke ouder moet verblijven. De dagdelen (ochtend, middag, avond) mogen hierbij worden opgeteld.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een belastingvoordeel voor ouders die arbeid en zorg voor een kind combineren. De hoogte van de korting is afhankelijk van het arbeidsinkomen van de ouder en of deze de AOW-leeftijd heeft bereikt. In 2017 kon de IACK oplopen tot €2.778 voor ouders die nog geen AOW-gerechtigd waren.
Voor het verkrijgen van de IACK in 2017 golden specifieke voorwaarden:
Co-ouders kunnen beiden in aanmerking komen voor de IACK, ongeacht bij wie het kind staat ingeschreven, mits de zorg gelijkelijk is verdeeld. Dit betekent dat het kind minimaal drie dagen per week bij elk van de ouders moet verblijven, of dat er een week-om-week regeling geldt. Het is belangrijk dat deze afspraken schriftelijk zijn vastgelegd in een ouderschapsplan of echtscheidingsconvenant.
De kinderbijslag wordt meestal uitbetaald aan de ouder bij wie het kind het grootste deel van het jaar verzorgt. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) is verantwoordelijk voor de uitbetaling. De verdeling van het kindgebonden budget (KGB) wordt geregeld op basis van de zorgregeling. In veel gevallen heeft de ouder die het meeste zorgt voor het kind recht op dit budget. Als de zorg voor het kind gelijk verdeeld is (meer dan 50 procent zorg per ouder), dan kunnen ouders samen een afspraak maken over wie het budget krijgt. Het is mogelijk om het KGB op een kindrekening te laten storten waar beide ouders toegang toe hebben, of om het te laten storten op de rekening van de minst verdienende ouder, wat mogelijk een hoger bedrag kan opleveren.
Bij co-ouderschap kan het kind maar bij één ouder ingeschreven staan voor de huurtoeslag. De andere ouder kan het kind wel meetellen bij het huishouden bij het indienen van een aanvraag voor huurtoeslag, mits een verklaring co-ouderschap wordt overgelegd, ondertekend door beide ouders.
De Belastingdienst controleert co-ouderschap vanwege de fiscale gevolgen. De dienst beoordeelt of aan de voorwaarden wordt voldaan door het opvragen van informatie over ouderschapsplannen en het vergelijken van opgegeven gegevens met de basisregistratie personen (BRP). Bij nieuwe aanvragen voor toeslagen wordt vaak een afschrift van het ouderschapsplan of een verklaring van beide ouders gevraagd, waarin wordt bevestigd dat aan de eisen van co-ouderschap wordt voldaan. De Belastingdienst richt zich primair op de formele vastlegging van de afspraken en minder op de daadwerkelijke naleving ervan, maar kan vragen stellen als er inconsistenties worden geconstateerd.
Voor ouders die in 2023 al kwalificeerden als co-ouders, verandert er niets. Er wordt verwacht dat er een beperkte uitbreiding van de doelgroep plaatsvindt, wat uitvoerbaar is. Toeslagen behoudt de ruimte om maatwerk te bieden in specifieke gevallen.
In het verleden was de materiële toets, waarbij gekeken werd naar de daadwerkelijke verdeling van de zorg, afgeschaft om de uitvoeringspraktijk te vereenvoudigen. Echter, er is een heroverweging van deze regelgeving geweest, waarbij de formele inschrijvingseis in combinatie met de materiële toets weer relevant kan worden.
Co-ouderschap brengt specifieke fiscale overwegingen met zich mee. De inkomensafhankelijke combinatiekorting, kinderbijslag en het kindgebonden budget kunnen van toepassing zijn, afhankelijk van de zorgverdeling en de inkomenssituatie van beide ouders. Het is essentieel om de regels en voorwaarden van de Belastingdienst te begrijpen en om de afspraken over co-ouderschap goed te documenteren. Door zorgvuldigheid en een goede administratie kunnen ouders ervoor zorgen dat zij optimaal profiteren van de beschikbare belastingvoordelen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet