Co-ouderschap: Vormen, Afspraken en Belang van het Kind
juni 28, 2025
Co-ouderschap, waarbij beide ouders na een scheiding gezamenlijk de zorg voor hun kinderen dragen, is de afgelopen decennia steeds populairder geworden. In 2013 was co-ouderschap van toepassing op 27% van de gevallen, een stijging ten opzichte van 5% in 2001 en 16% in 2006. Deze vorm van ouderschap brengt specifieke financiële overwegingen met zich mee, met betrekking tot kinderbijslag, toeslagen en belastingvoordelen. Dit artikel biedt een overzicht van de relevante regelingen en voorwaarden in 2019, gebaseerd op beschikbare informatie.
Co-ouderschap is geen juridisch gedefinieerde term, maar verwijst naar een situatie waarin ouders een gelijkwaardige zorgverdeling voor hun kinderen hebben afgesproken. Dit betekent dat kinderen tot twee huishoudens behoren. Het is belangrijk te benadrukken dat een goede communicatie en samenwerking tussen ouders essentieel zijn voor een succesvol co-ouderschap. Er zijn verschillende vormen van co-ouderschap, waaronder coöperatief ouderschap, waarbij ouders regelmatig communiceren en samen beslissingen nemen, en parallel ouderschap, waarbij ouders hun kinderen elk op hun eigen manier opvoeden met minimale interactie.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een heffingskorting die bedoeld is om werkende ouders met jonge kinderen te stimuleren betaalde arbeid te verrichten. In 2019 kon dit oplopen tot een netto voordeel van € 2.835. Om voor de IACK in aanmerking te komen, moesten aan bepaalde voorwaarden worden voldaan. Een belangrijke voorwaarde was dat de belastingplichtige geen partner had, of dat – indien er wel een partner was – het arbeidsinkomen lager was dan dat van de partner. Daarnaast moest het kind minimaal 6 maanden in het kalenderjaar op hetzelfde adres ingeschreven staan, hoewel er uitzonderingen golden voor co-ouders.
Het bedrag van de IACK was afhankelijk van het inkomen. Er moest minimaal € 4.993 aan arbeidsinkomen worden verdiend. Vanaf € 4.993 werd het bedrag opgebouwd met 11,45%, tot een maximum van € 2.835. Ouders met een inkomen net boven de € 5.000 konden in 2019 mogelijk een achteruitgang ervaren.
Voor co-ouders golden specifieke regels met betrekking tot de IACK. Als een kind ook op het adres van de andere ouder was ingeschreven, kon de korting toch worden aangevraagd, mits het kind doorgaans ten minste drie hele dagen per week in elk van de huishoudens verbleef, of om de week bij de ene en de andere ouder. Dit kon worden aangetoond met een beschikking van de rechtbank of een ondertekend ouderschapsplan. Zelfs als het kind minder dan zes maanden op hetzelfde adres stond ingeschreven vanwege overlijden, kon de korting alsnog worden toegekend.
Een co-ouder had recht op kindgebonden budget als de ouder kinderbijslag ontving voor een of meer kinderen jonger dan 18 jaar. Voor kinderen vanaf 16 jaar kon het recht op kinderbijslag vervallen, maar het recht op kindgebonden budget kon blijven bestaan zolang de kosten van onderhoud voor het kind meer dan 30% van de kosten waren voor de co-ouder. In het jaar dat het kind 12 of 16 werd, werd er meer kindgebonden budget verstrekt. Co-ouders ontvingen over het algemeen extra kindgebonden budget in vergelijking met samenwonende ouders, als compensatie voor de extra kosten.
De hoogte van het kindgebonden budget was afhankelijk van het inkomen en vermogen van de ouder. Een hoger vermogen (meer dan € 114.776 in 2019) kon het recht op kindgebonden budget doen vervallen. Het was raadzaam om een proefberekening te maken op de website van de Belastingdienst om te bepalen welke co-ouder in aanmerking kwam voor het kindgebonden budget en wat de hoogte ervan was.
In geval van co-ouderschap konden beide ouders kinderopvangtoeslag aanvragen voor hun eigen deel van de kosten. De Belastingdienst ging er daarbij van uit dat de ouders hun aandeel in de kosten contractueel regelden met de kinderopvanginstelling. Als er een gezamenlijk contract was, bepaalde de betaling van de kosten welk deel de ouders konden aanvragen. Indien een van de ouders alle kosten betaalde, was het belangrijk dat de betaling van het deel van de andere ouder zichtbaar en giraal werd terugbetaald. Co-ouders konden samen kinderopvangtoeslag krijgen voor maximaal 230 uur per kind per maand. Als een co-ouder kinderopvangtoeslag wilde aanvragen voor een kind dat niet bij hem of haar was ingeschreven, kon een brief naar de Belastingdienst worden gestuurd.
Voor ouders die voor co-ouderschap kiezen, werd het aanbevolen om een kinderrekening te openen. Daarnaast is het belangrijk om goede afspraken te maken over de roosterafspraken, de taakverdeling, de communicatie en de financiën. Deze afspraken kunnen worden vastgelegd in een ouderschapsplan. Het is ook belangrijk om te onthouden dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor de eigen relatie met het kind.
Het verdelen van de kosten bij co-ouderschap kan complex zijn, aangezien een aantal kosten dubbel gemaakt worden. Het is belangrijk om hierover duidelijke afspraken te maken. De Algemene Rekenkamer heeft berekend dat veel huishoudens kampen met toeslagschulden, mede doordat wijzigingen in gezinssamenstelling niet juist worden doorgegeven. Het is daarom essentieel om de Belastingdienst tijdig op de hoogte te stellen van veranderingen in de gezinssituatie.
Hoewel de informatie in dit artikel specifiek betrekking heeft op de situatie in 2019, is het belangrijk te vermelden dat de regelgeving rondom co-ouderschap en toeslagen kan veranderen. In latere jaren zijn er bijvoorbeeld wijzigingen doorgevoerd in de uitbetaling van de combinatiekorting en de regels rondom partneralimentatie.
Co-ouderschap is een steeds vaker voorkomende vorm van ouderschap na een scheiding. Het brengt specifieke financiële overwegingen met zich mee, met betrekking tot de inkomensafhankelijke combinatiekorting, kinderbijslag, kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag. Het is belangrijk voor co-ouders om op de hoogte te zijn van de geldende regels en voorwaarden, en om tijdig contact op te nemen met de Belastingdienst bij vragen of wijzigingen in de gezinssituatie. Een goede planning en communicatie tussen ouders zijn essentieel om de financiële gevolgen van co-ouderschap optimaal te beheren.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet