Co-ouderschap en de Belastingdienst: Wat u moet weten over regels en controle
juni 28, 2025
Bij co-ouderschap, waarbij kinderen de tijd gelijkmatig verdelen tussen beide ouders, is een heldere afspraken over de kostenverdeling essentieel. Dit artikel biedt een overzicht van de verschillende manieren waarop ouders de financiële lasten kunnen verdelen, gebaseerd op beschikbare informatie en gangbare praktijken.
De verdeling van kinderkosten bij co-ouderschap kan op verschillende manieren worden benaderd. Een veelvoorkomende methode is het hanteren van de Tremanormen, waarbij de bijdrage van elke ouder wordt bepaald op basis van hun draagkracht. Dit houdt in dat het inkomen van beide ouders wordt beoordeeld om hun respectievelijke financiële mogelijkheden vast te stellen. De verhouding tussen de draagkracht van vader en moeder bepaalt vervolgens de verdeling van de totale kinderkosten. Zo betaalt een ouder met een draagkracht van 200 bijvoorbeeld tweederde van de kosten, terwijl de andere ouder, met een draagkracht van 100, eenderde betaalt.
Een andere benadering is een verdeling op basis van het aantal dagen dat het kind bij elke ouder verblijft. Dit kan een eenvoudige manier zijn om de kosten te verdelen, maar vereist een nauwkeurige registratie van de verblijfplaats van het kind. Een derde optie is een 50/50 verdeling, waarbij beide ouders de helft van de kosten dragen. Deze methode is echter niet altijd even eerlijk, vooral als er sprake is van een significant verschil in inkomen tussen de ouders.
Bij het verdelen van de kosten is het belangrijk om onderscheid te maken tussen verschillende soorten uitgaven. Er zijn eigen kosten, die elk huishouden voor zichzelf maakt, zoals huur, boodschappen en gas, water en licht. Deze kosten zijn doorgaans niet voor verdeling. Te verdelen kosten zijn uitgaven voor het kind die één ouder doet, zoals verzekeringen, abonnementen, contributies, schoolkosten en kleding.
Een verdere onderverdeling wordt gemaakt tussen verblijfskosten en verblijfsoverstijgende kosten. Verblijfskosten zijn de kosten die direct verband houden met het verblijf van het kind, zoals eten, drinken, en de kosten van het huis. Verblijfsoverstijgende kosten zijn alle andere kosten, zoals sport, hobby’s, kleding en kinderopvang. Bij een gelijkmatige verdeling van de zorg (50/50) wordt vaak een zorgkorting van 35% toegepast op het aandeel van de ouder bij wie het kind minder verblijft, om rekening te houden met de verblijfskosten.
Een kinderrekening kan een praktische oplossing zijn voor het beheren van de gezamenlijke kosten. Beide ouders hebben het recht om geld van deze rekening af te schrijven. Op de rekening wordt een bedrag gestort dat is berekend op basis van de draagkracht van beide ouders. De kinderbijslag kan ook op deze rekening worden gestort. Vanuit de kinderrekening kunnen vervolgens de verblijfsoverstijgende kosten worden betaald.
Het gebruik van een kinderrekening is vooral aan te raden als ouders goed met elkaar kunnen communiceren en een vergelijkbaar uitgavenpatroon hebben. Als het contact tussen de ouders slecht is of als er grote verschillen zijn in uitgavenpatronen, kan het gebruik van een kinderrekening juist tot discussies leiden.
Naast de kostenverdeling is het belangrijk om te kijken naar de mogelijkheden voor toeslagen en regelingen. De Belastingdienst keert het kindgebonden budget uit, dat onder voorwaarden kan worden verdeeld over beide ouders. De hoogte van het kindgebonden budget is afhankelijk van het inkomen van de aanvrager.
Ook de kinderbijslag is relevant. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) gaat bij co-ouderschap ervan uit dat een kind in twee huizen woont en dat beide ouders recht hebben op de helft van de kinderbijslag. In de praktijk wordt de kinderbijslag vaak aan één ouder uitbetaald, waarna deze wordt verdeeld.
Daarnaast kunnen ouders in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. Bij co-ouderschap kunnen beide ouders kinderopvangtoeslag krijgen, ieder voor hun eigen deel van de kosten. Er is echter een maximum aan het aantal uren waarvoor toeslag kan worden aangevraagd. Ook de inkomensafhankelijke combinatiekorting en huurtoeslag kunnen van toepassing zijn, afhankelijk van de specifieke situatie.
Bij de verdeling van toeslagen is het belangrijk om te overwegen welke ouder de meeste voordelen kan behalen. Zo kan het bijvoorbeeld voordelig zijn om de kinderbijslag aan te vragen bij de ouder met het laagste inkomen, om de maximale vergoeding voor de kinderopvangtoeslag te ontvangen. Ook bij de combinatiekorting kan het gunstig zijn om het kind bij de ouder met het laagste inkomen in te schrijven.
Het is belangrijk om te onthouden dat de regels rondom toeslagen en regelingen complex kunnen zijn. Het is daarom raadzaam om de website van de Belastingdienst en de SVB te raadplegen voor actuele informatie.
Een goed ouderschapsplan is essentieel bij co-ouderschap. In dit plan worden afspraken vastgelegd over de zorg en opvoeding van de kinderen, maar ook over de financiële aspecten. Het is belangrijk om in het ouderschapsplan duidelijk vast te leggen welke kosten worden verdeeld en hoe de verdeling plaatsvindt. Ook de afspraken over toeslagen en regelingen moeten in het plan worden opgenomen.
Het ouderschapsplan kan worden opgesteld in overleg met een mediator of advocaat. Het is raadzaam om het plan te laten beoordelen door een jurist om er zeker van te zijn dat de afspraken juridisch geldig zijn.
De kostenverdeling bij co-ouderschap is een complex onderwerp dat vraagt om een zorgvuldige afweging van verschillende factoren. Het is belangrijk om een methode te kiezen die recht doet aan de financiële mogelijkheden van beide ouders en die bijdraagt aan een goede relatie. Een kinderrekening kan een praktische oplossing zijn, maar vereist een goede communicatie en een vergelijkbaar uitgavenpatroon. Het is essentieel om de mogelijkheden voor toeslagen en regelingen te onderzoeken en om de afspraken over de kostenverdeling vast te leggen in een ouderschapsplan. Door duidelijke afspraken te maken en open te communiceren, kunnen ouders ervoor zorgen dat de financiële lasten eerlijk worden verdeeld en dat de kinderen optimaal kunnen profiteren van de zorg van beide ouders.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet