Co-ouderschap: Regelingen, Registratie en Belangrijke Overwegingen
juni 27, 2025
Het kindgebonden budget is een financiële tegemoetkoming van de overheid bedoeld om ouders te ondersteunen in de kosten van hun kinderen tot 18 jaar. De toewijzing van dit budget kan complex worden bij co-ouderschap, waarbij beide ouders na een scheiding of beëindiging van een relatie verantwoordelijk blijven voor de zorg van het kind. Dit artikel biedt een overzicht van de regels en overwegingen met betrekking tot het kindgebonden budget in situaties van co-ouderschap, gebaseerd op beschikbare informatie.
Om in aanmerking te komen voor het kindgebonden budget, moeten aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Ten eerste moet er sprake zijn van één of meer kinderen jonger dan 18 jaar. Daarnaast is het essentieel dat de ouder kinderbijslag ontvangt van de Sociale Verzekeringsbank (SVB), hoewel dit voor kinderen van 16 en 17 jaar niet altijd vereist is. Het gezamenlijke inkomen en vermogen van de ouder(s) mag niet te hoog zijn; de exacte grenzen zijn afhankelijk van de gezinssamenstelling en kunnen worden berekend met behulp van een proefberekening op de website van de Belastingdienst.
De ouder die de kinderbijslag op zijn of haar naam heeft staan, heeft in principe recht op het kindgebonden budget. Dit betekent dat de inschrijflocatie van het kind financiële gevolgen kan hebben, aangezien de kinderbijslag en daarmee het kindgebonden budget worden uitbetaald aan de ouder bij wie het kind is ingeschreven.
Bij co-ouderschap, waarbij de zorg en opvoeding van de kinderen gelijkelijk worden verdeeld, is de situatie complexer. In principe wordt het kindgebonden budget uitbetaald aan de ouder die als aanvrager van de kinderbijslag is geregistreerd bij de SVB. Echter, er zijn mogelijkheden om dit te verdelen.
Wanneer er sprake is van twee of meer kinderen, kunnen beide ouders een deel van het kindgebonden budget ontvangen, mits zij elk voor een ander kind de kinderbijslag aanvragen. Dit vereist dat de kinderen op verschillende adressen zijn ingeschreven. In deze situatie ontvangen beide ouders een deel van de toeslag, afhankelijk van hun inkomen en de leeftijd van het kind waarvoor zij de kinderbijslag aanvragen.
Als er slechts één kind is, is het vaak verstandig om de ouder met het laagste inkomen aanvrager van de kinderbijslag te laten worden. Dit kan leiden tot een meer gelijke verdeling van de financiële lasten, aangezien het kindgebonden budget afhankelijk is van het inkomen van de aanvrager.
De SVB speelt een cruciale rol bij de toewijzing van de kinderbijslag, die direct gekoppeld is aan het kindgebonden budget. De SVB geeft wijzigingen in de situatie, zoals een scheiding of co-ouderschap, door aan de Belastingdienst. De Belastingdienst beoordeelt vervolgens of de aanvrager nog steeds aan de voorwaarden voor het kindgebonden budget voldoet en past de uitbetalingen dienovereenkomstig aan.
Het is belangrijk om de wijzigingen tijdig door te geven aan zowel de SVB als de Belastingdienst om te voorkomen dat er onterecht toeslag wordt ontvangen, wat later terugbetaald moet worden.
Er zijn specifieke situaties waarin extra toeslagen van toepassing kunnen zijn. Alleenstaande ouders hebben bijvoorbeeld recht op een hoger bedrag aan kindgebonden budget dan gezinnen met twee ouders. Dit extra bedrag is een tegemoetkoming in de kosten van levensonderhoud. De hoogte van deze toeslag is afhankelijk van het inkomen van de alleenstaande ouder.
Daarnaast ontvangen ouders een hoger bedrag aan kindgebonden budget wanneer hun kind 12 of 16 jaar wordt, als tegemoetkoming in de schoolkosten. De hoogte van deze verhoging is afhankelijk van het inkomen van de ouder.
Het is raadzaam om afspraken over de toewijzing van het kindgebonden budget vast te leggen in het ouderschapsplan. Dit voorkomt misverstanden en conflicten in de toekomst. In het ouderschapsplan kan bijvoorbeeld worden vastgelegd wie de aanvrager van de kinderbijslag wordt en hoe eventuele extra toeslagen worden verdeeld.
De Belastingdienst controleert de aangevraagde toeslagen aan de hand van de gemaakte afspraken in het ouderschapsplan. Het is daarom belangrijk om een duidelijk en volledig ouderschapsplan op te stellen en de Belastingdienst tijdig op de hoogte te stellen van eventuele wijzigingen.
Hoewel de term 'fiscaal co-ouderschap' niet expliciet wordt gedefinieerd, verwijst het in de praktijk naar de manier waarop ouders de kinderbijslag en het kindgebonden budget verdelen om hun financiële situatie te optimaliseren. Door strategisch te bepalen wie de aanvrager van de kinderbijslag wordt voor elk kind, kunnen ouders ervoor zorgen dat het kindgebonden budget zo efficiënt mogelijk wordt benut.
Het inkomen speelt een cruciale rol bij de hoogte van het kindgebonden budget. Hoe lager het inkomen, hoe hoger de toeslag. Het is daarom belangrijk om de proefberekening op de website van de Belastingdienst te gebruiken om te bepalen wie het meeste recht heeft op het kindgebonden budget.
De toewijzing van het kindgebonden budget bij co-ouderschap is een complex proces dat afhankelijk is van verschillende factoren, waaronder de gezinssamenstelling, het inkomen van de ouders en de afspraken die zijn gemaakt in het ouderschapsplan. Het is essentieel om de regels en voorwaarden zorgvuldig te bestuderen en tijdig de juiste instanties op de hoogte te stellen van eventuele wijzigingen. Door een weloverwogen beslissing te nemen over de toewijzing van het kindgebonden budget, kunnen ouders ervoor zorgen dat zij de financiële steun ontvangen waar zij recht op hebben om hun kinderen optimaal te verzorgen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet