Co-ouderschap en Fiscale Voordelen: Een Uitgebreide Gids
juni 27, 2025
Co-ouderschap is een steeds vaker voorkomende vorm van ouderschap na een scheiding of beëindiging van een relatie, waarbij beide ouders betrokken blijven bij de opvoeding en verzorging van hun kinderen. De praktische invulling van co-ouderschap, met name in relatie tot kinderopvang, brengt specifieke overwegingen en regelingen met zich mee. Dit artikel biedt een overzicht van de financiële aspecten, juridische kaders en praktische tips met betrekking tot kinderopvang in een co-ouderschapssituatie.
Co-ouderschap impliceert een gedeelde verantwoordelijkheid voor de opvoeding en verzorging van kinderen na een scheiding. Het is niet per definitie een 50/50 verdeling van de tijd, maar eerder een streven naar een evenwichtige betrokkenheid van beide ouders. De keuze voor een bepaalde regeling, zoals een 50/50 verdeling of een 70/30 verdeling, hangt af van de specifieke omstandigheden van de ouders en het kind. Een 70/30 regeling kan bijvoorbeeld geschikt zijn wanneer één ouder meer mogelijkheden biedt voor stabiliteit en continuïteit in de dagelijkse routine van het kind. Het gezamenlijk ouderlijk gezag blijft in de meeste gevallen van kracht, wat betekent dat beide ouders samen fundamentele beslissingen nemen over het leven van hun kinderen.
Na een scheiding zijn ouders verplicht een ouderschapsplan op te stellen, waarin afspraken worden gemaakt over de zorg en opvoeding van de kinderen. Dit plan moet in het belang van het kind zijn en moet door beide ouders worden ondertekend. Het ouderschapsplan kan de gekozen co-ouderschapsregeling, de verantwoordelijkheden van elke ouder en de manier waarop belangrijke beslissingen worden genomen, bevatten. Eenmaal overeengekomen regelingen zijn niet zomaar te wijzigen en het is essentieel om zich goed te laten voorlichten voordat bepaalde afspraken worden vastgelegd.
Bij co-ouderschap hebben beide ouders het wettelijk recht op informatie van de kinderopvangorganisatie over de opvoeding en verzorging van hun kind(eren). De ouder waar de kinderen verblijven, mag de kinderen voor de dagen dat ze bij hem/haar verblijven, aanmelden bij de opvang van zijn/haar keuze. Beide ouders hebben recht op informatie over het wel en wee van hun kinderen op de opvanglocatie. De ondernemer dient actief informatie te verstrekken aan beide ouders met gezag, tenzij dit in strijd is met het belang van het kind.
De verdeling van financiële verantwoordelijkheden is een belangrijk aspect van co-ouderschap. In principe maakt het bij co-ouderschap niet uit welke ouder de kinderbijslag ontvangt, beide ouders hebben recht op 50% van de kinderbijslag. Echter, de ouder die de kinderbijslag ontvangt, hoeft deze niet altijd te delen met de andere ouder, afhankelijk van de afspraken in het ouderschapsplan en de financiële situatie van beide ouders. Als er onvoldoende middelen zijn om de kosten voor de kinderen in de eigen huishouding te dekken, hoeft de kinderbijslag niet altijd gedeeld te worden.
Het is mogelijk om de kinderbijslag te verdelen over beide ouders, wat vooral relevant kan zijn in combinatie met het Kind Gebonden Budget (KGB) en de Alleenstaande Ouderkop (AOK). Beide ouders kunnen dan recht hebben op deze toeslagen, mits ze zelf de aanvraag indienen. Bij kinderalimentatie wordt ervan uitgegaan dat de kinderbijslag wordt gebruikt ten behoeve van de kinderen.
In geval van co-ouderschap kunnen beide ouders kinderopvangtoeslag aanvragen voor hun eigen deel van de kosten. De Belastingdienst gaat er daarbij van uit dat de ouders hun eigen aandeel in de kosten contractueel regelen met de kinderopvanginstelling. Als er een gezamenlijk contract is, bepaalt de betaling van de kosten het deel waarvoor ouders de toeslag kunnen aanvragen. Indien een van de ouders alle kosten betaalt, is het belangrijk dat de betaling van het deel van de andere ouder goed zichtbaar en giraal wordt terugbetaald. Samen kunnen co-ouders kinderopvangtoeslag krijgen voor maximaal 230 uur per kind per maand.
Bij co-ouderschap is het belangrijk dat de ouders bij elkaar in de buurt blijven wonen. Een maximale afstand van zeven kilometer hemelsbreed wordt vaak als richtlijn gehanteerd. Als een ouder verhuist buiten deze straal, kan het moeilijk zijn om het co-ouderschap in stand te houden.
Er zijn verschillende vormen van kinderopvang beschikbaar, waaronder kinderdagverblijven (voor kinderen van 0 tot 4 jaar), buitenschoolse opvang (voor kinderen van 4 tot en met 12 jaar) en gastouderopvang. Kinderopvang vervult meerdere functies: economisch (ouders kunnen werken of een opleiding volgen), pedagogisch (stimulering van de ontwikkeling van jonge kinderen) en sociaal (tegengaan van sociale uitsluiting en bevorderen van integratie).
Naast de reeds genoemde punten is het belangrijk om in het ouderschapsplan de volgende zaken af te spreken:
Het welzijn van het kind staat altijd voorop bij co-ouderschap. Co-ouderschap is niet altijd de beste oplossing voor elk gezin. In sommige gevallen kan een andere regeling, zoals een omgangsregeling, geschikter zijn. Het is cruciaal om de specifieke behoeften van het kind te overwegen en een regeling te kiezen die het beste bij die behoeften aansluit. Onderzoek suggereert dat kinderen baat hebben bij een goede relatie met beide ouders, ongeacht de specifieke co-ouderschapsregeling. Het is belangrijk om te voorkomen dat kinderen in een loyaliteitsconflict terechtkomen en om hen de ruimte te geven om een eigen relatie met beide ouders te ontwikkelen.
Co-ouderschap en kinderopvang vereisen zorgvuldige planning en afstemming tussen de ouders. Het is essentieel om de juridische en financiële aspecten te begrijpen, duidelijke afspraken te maken in het ouderschapsplan en het welzijn van het kind altijd voorop te stellen. Door open communicatie en een constructieve samenwerking kunnen ouders ervoor zorgen dat hun kinderen optimaal kunnen profiteren van de voordelen van co-ouderschap, inclusief de ondersteuning van kwalitatieve kinderopvang.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet