Het verschil in gedrag van kinderen op school en thuis: oorzaken en oplossingen
juli 10, 2025
In de huidige maatschappij speelt pedagogisch begeleiding een centrale rol in de ontwikkeling van jonge kinderen. Pedagogen en pedagogisch medewerkers creëren een omgeving waarin kinderen zich veilig en gestimuleerd voelen, zodat ze zich op een natuurlijke en doelgerichte manier kunnen ontwikkelen. Hun visie op kinderopvang is daarom niet alleen van belang voor kinderen, maar ook voor ouders en collega’s. In dit artikel worden de verschillende pedagogische visies, de rol van pedagogen, en de praktische toepassingen van die visies in kinderopvangcentra besproken, met nadruk op hoe deze beïnvloeden wat kinderen leren, ervaren en hoe ze in de wereld worden gezien.
Pedagogisch medewerkers zijn essentieel voor de groei van kinderen in de kinderopvang. Zij combineren kennis van kinderontwikkeling met praktische begeleiding, waardoor ze kinderen ondersteunen in hun leren, spelen en ontdekken. Deze medewerkers zijn verantwoordelijk voor het creëren van een veilige en uitnodigende omgeving, waarin kinderen zich kunnen ontwikkelen op de gebieden van taal, motoriek, sociale vaardigheden en creativiteit.
Deze professionaliteit wordt bevestigd in bron 1, waarin staat dat pedagogisch medewerkers een grote rol spelen in de ontwikkeling van kinderen. Ze zorgen voor een omgeving waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen. Bovendien werken zij nauw samen met ouders om te zorgen dat elk kind de juiste zorg en aandacht krijgt. In het kort, pedagogisch medewerkers leggen de basis voor een gezonde en succesvolle toekomst van kinderen.
Een pedagogische visie vormt het kader waarbinnen kinderopvang verloopt. Deze visie helpt om doelen en methodes duidelijk te formuleren, zodat zowel medewerkers als ouders weten wat de visie van de opvang is. Bron 2 benadrukt dat een pedagogisch beleidsplan niet alleen verplicht is, maar ook een krachtig instrument is om de visie van een kinderopvangorganisatie te delen met de buitenwereld. Door de visie in het beleidsplan vast te leggen, kan een organisatie duidelijk maken waar ze voor staan en zich onderscheiden van andere kinderopvangcentra.
Volgens de Wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK) zijn er vier verplichte basisdoelen die in ieder pedagogisch beleidsplan moeten worden opgenomen. Deze doelen zijn gedefinieerd door Riksen Walraven, hoogleraar kinderopvang, en zijn als volgt:
Deze basisdoelen vormen een sleutelrol in het pedagogische beleidsplan en geven richting aan het werk in de kinderopvang.
Bij het opstellen van een pedagogische visie is het belangrijk om wetenschappelijke theorieën te hanteren die het leren en ontwikkelen van kinderen onderbouwen. Bron 3 en 6 noemen verschillende theoretische invloeden die van toepassing zijn op de dagelijkse praktijk in kinderopvang. Een van deze theorieën is die van Lev Vygotsky, een Russische psycholoog die bekendstaat om zijn sociaal-culturele theorie van kinderontwikkeling.
De theorie van Vygotsky benadrukt dat kinderen leren via sociale interactie en dat hun omgeving een grote invloed heeft op hun cognitieve groei. In de praktijk betekent dit dat kinderen hun kennis opbouwen door met anderen te communiceren en samen te experimenteren. In de kinderopvang wordt dit toegepast door activiteiten te organiseren waarin kinderen onderling en met volwassenen in contact komen. De educatieve inhoud wordt zo afgestemd op de leeftijd en de ontwikkelingsniveau van de kinderen.
Daarnaast wordt er ook ingezet op de pedagogiek van Emmi Pikler en Thomas Gordon. Deze benaderingen benadrukken het belang van een warme, betrokken en respectvolle omgeving. Ze stimuleren een structuur die aansluit bij de natuurlijke ontwikkeling van kinderen, waarbij de kinderen centraal staan in hun leren en groei.
Een andere invloed op pedagogische visies in kinderopvang is de pedagogiek van Reggio Emilia. Deze pedagogische benadering is ontwikkeld in Italië en benadrukt de competentie van kinderen, hun creatieve kracht en het belang van een uitnodigende leefomgeving. Bron 5 en 7 tonen aan dat Reggio Emilia een brede visie op het leren en de rol van volwassenen in die visie inneemt.
Volgens deze pedagogiek zijn er drie “pedagogen” die een rol spelen in de ontwikkeling van een kind: het kind zelf, de volwassene (zoals pedagogisch medewerkers en ouders), en de ruimte. Deze drie elementen werken samen om een rijke lernomgeving te creëren. Kinderen leren niet alleen door instructies te volgen, maar ook door met andere kinderen te experimenteren, door hun omgeving te verkennen en door de ondersteuning van volwassenen.
Een kernidee van Reggio Emilia is dat elk kind in principe honderd talen bezit, zoals lachen, huilen, gebaren, praten, spelen, lezen, muziek maken enzovoort. Volwassenen zijn daarom niet alleen leerkrachten, maar ook observatoren en ondersteuners. In plaats van te proberen kinderen in een bepaald pad te plaatsen, wordt er gekeken naar hoe kinderen zelf hun leren bepalen.
In de praktijk betekent dit dat er meer ruimte is voor creatieve vrije activiteiten, waarin kinderen hun eigen ideeën en interesses kunnen ontwikkelen. Er wordt minder gebruikgemaakt van gestuurde, afgeronde knutselwerkjes, maar juist meer gekeken naar het proces van het spelen en leren. Pedagogisch medewerkers zijn hierin verantwoordelijk om de materialen aan te bieden en de kinderen in hun creatieve proces te begeleiden.
Bron 7 beschrijft hoe een kinderopvangorganisatie deze visie in de praktijk brengt. Zo wordt er ingezet op zelfstandigheid bij het eten: peuters mogen zelf hun bord vullen en slapen of rusten. De inrichting van de ruimtes wordt aangepast, met focus op open-ended speelgoed en een variatieve omgeving. Deze veranderingen geven kinderen meer mogelijkheden om de wereld te ontdekken en te experimenteren.
Een belangrijk aspect van de pedagogiek van Reggio Emilia is de zogenaamde “pedagogy of listening” of pedagogiek van het luisteren. Dit houdt in dat volwassenen actief luisteren naar kinderen, hun handelingen observeren en op basis daarvan het leerproces ondersteunen. Dit is een geheel andere aanpak dan de traditionele methode waarbij volwassenen actief instructies geven en het leren bepalen.
In praktijk betekent dit dat er meer aandacht is voor het individuele verhaal van elk kind. Pedagogisch medewerkers tonen interesse in de keuzes die kinderen maken, geven ruimte voor onafhankelijkheid en ondersteunen hen bij de overgang naar het basisonderwijs. Zoals aangegeven in bron 5, is het van belang dat kinderen gezien worden, aandacht krijgen en serieus genomen worden. Dit leidt tot een betere betrokkenheid van de kinderen en een groter plezier in het leren.
Veel kinderopvangcentra hanteren specifieke pedagogische principes die bepalen hoe ze met kinderen omgaan en hoe ze de leefomgeving inrichten. Bron 11 geeft een voorbeeld van zes pedagogische principes die centraal staan in de visie van een kinderopvangorganisatie. Deze principes zijn een leidraad voor de dagelijkse praktijk en bepalen hoe medewerkers met kinderen omgaan.
De inrichting van de ruimtes is een belangrijk onderdeel van deze principes. Bijvoorbeeld, bij Kober kinderopvang worden rustige kleuren gebruikt, een heldere indeling en mooie materialen, die allemaal afgestemd zijn op de pedagogische visie. De ruimte is een actieve leeromgeving, waarin kinderen kunnen spelen, experimenteren en ontdekken.
Naast de binnenruimte wordt ook de buitenruimte gezien als een uitbreiding van het leren. Hierin worden kinderen gestimuleerd om actief te zijn, te experimenteren met de natuur en te spelen met materialen die hun ontwikkeling ondersteunen. Dit benadrukt het belang van een rijke en gevarieerde leefomgeving voor jonge kinderen.
In sommige situaties kan het voorkomen dat er minder beroepskrachten aanwezig zijn dan normaal. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij afwijkende BKR-ratio’s (verhouding tussen kinderen en medewerkers). Bron 9 legt uit hoe in dat geval de aandacht voor kinderen behouden kan worden.
In dergelijke situaties is het belangrijk dat de pedagogisch medewerker overzicht houdt en de individuele aandacht kan blijven geven. Dit kan door structurele activiteiten aan te bieden, zoals een werkje aan tafel, of door de groepsruimte zo geordend mogelijk te houden. Een rommelige ruimte kan leiden tot onrust bij kinderen, wat op zijn beurt het leren en ontwikkelen bemoeilijkt.
Bijvoorbeeld, tijdens de middag rusten de meeste kinderen. De medewerker kan dan een paar kinderen onder begeleiding een activiteit aanbieden, zoals het luisteren naar een cd of het rijgen van een kralenketting. Deze activiteiten zijn zinvol voor de cognitieve en motorische ontwikkeling van kinderen en helpen hen voor te bereiden op de overgang naar het basisonderwijs.
Om als pedagoog in de kinderopvang te werken, zijn er verschillende opleidingen beschikbaar. Bron 4 legt uit dat het verschil tussen een MBO-pedagoog en een HBO-pedagoog belangrijk is. MBO-pedagogisch medewerkers zijn vaak bezig met uitvoerend werk, zoals het begeleiden van kinderen, het voeren van gesprekken en het opstellen van plannen. HBO-pedagogisch medewerkers hebben meer aandacht voor de ontwikkeling en vaardigheden van kinderen, en werken vaak in een opvoedkundig kader.
Bijvoorbeeld, NCOI biedt de opleidingen MBO Pedagogisch Medewerker Kinderopvang (niveau 3) en MBO Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker (niveau 4). Voor HBO-opleidingen is er de mogelijkheid om zich te specialiseren in orthopedagogiek, wat betrekking heeft op kinderen met zwaardere ontwikkelings- of gedragsproblemen.
De keuze voor een bepaald niveau van opleiding hangt af van de rol die men wil vervullen in de kinderopvang. Een HBO-opleiding biedt vaak een bredere theorie en meer ruimte voor reflectie en planning, terwijl een MBO-opleiding gericht is op de praktijk en directe begeleiding.
In sommige kinderopvangorganisaties wordt gebruikgemaakt van pedagogische coaches om visieontwikkeling en verbetering van de praktijk te stimuleren. Bron 7 en 6 benadrukken dat visieontwikkeling niet alleen een theoretisch concept is, maar ook een proces dat inhoudt, doelen en werkvormen. Pedagogische coaches introduceren nieuwe methodes stapsgewijs in het team, waarbij het eetmoment vaak het eerste onderdeel is van verandering.
Een voorbeeld is de kinderopvang Tierlantijn, waarin de eetsituatie rustiger is geworden door het inzetten op zelfstandigheid. Peuters mogen zelf hun bord vullen en de inschatting van de medewerker is hierbij van groot belang. Dit proces vereist niet alleen nieuwe inzichten, maar ook een aanpassing van de materialen en de werkwijze van het team.
In dit opzicht is het belangrijk dat medewerkers zich bewust worden van hun eigen visie en die van hun collega’s. Door open gesprekken en reflectie te stimuleren, kan een team een gemeenschappelijke visie ontwikkelen die aansluit bij de behoeften van kinderen. Dit helpt om de kwaliteit van de kinderopvang te verbeteren en te verzekeren dat het werk van de medewerkers een duidelijke richting heeft.
Een andere aanpak die in de kinderopvang wordt gebruikt, is de visie op drie wereldbeelden. Bron 10 noemt dit als volgt: de wereld van IK, de wereld van WIJ en de wereld van ZIJ. Deze wereldbeelden geven een overzicht van de verschillende fasen van kinderontwikkeling en hoe kinderopvang hierop kan inspelen.
Deze wereldbeelden helpen om het educatieve aanbod te structureren, zodat het aansluit bij de ontwikkelingsfase van de kinderen. Ze geven ook inzicht in hoe ouders en medewerkers samen kunnen werken om de kinderen in hun groei te ondersteunen.
Inclusiviteit en gelijke kansen zijn ook kernpunten van de pedagogische visie in kinderopvang. Bron 11 en 3 tonen aan dat kinderopvangorganisaties zich bewust richten op het creëren van een omgeving waarin elk kind zich kunnen ontplooien, ongeacht leeftijd, achtergrond of specifieke behoeften.
De visie van Kober kinderopvang is bijvoorbeeld gebaseerd op de overtuiging dat kinderen in alle vrijheid mogen groeien, ondersteund door pedagogisch medewerkers. De inrichting van de ruimtes en de activiteiten worden daarbij afgestemd op de individuele behoeften van de kinderen. Hierin is er aandacht voor zowel de lichamelijk als de cognitieve ontwikkeling.
Gelijkwaardigheid betekent dat er geen voorkeuren zijn op basis van leeftijd of beperkingen. Ieder kind krijgt de mogelijkheid om te leren en te groeien in een omgeving die respectvol en open is. Deze aanpak helpt om maatschappelijke ongelijkheid vanaf jonge leeftijd tegen te gaan en een positieve levenshouding bij kinderen op te bouwen.
Een belangrijk aspect van pedagogische visies is de samenwerking met ouders. In veel kinderopvangorganisaties wordt er op ingezet dat ouders actief betrokken worden bij het opvoedingsproces. Bron 1, 9 en 11 tonen aan dat er een open aanspreekcultuur heerst, waarin ouders en medewerkers elkaar kunnen benaderen met vragen of zorgen.
De rol van ouders is niet alleen beperkt tot het dagelijkse contact, maar ook tot het meedenken over de visie van de opvang. Ouders zijn vaak betrokken bij het opstellen van het pedagogisch beleidsplan en kunnen aangeven welke waarden en doelen belangrijk zijn voor hun kind. Dit zorgt voor een sterke binding tussen de kinderopvang en de ouders, en voor een consistente aanpak in het opvoeden van kinderen.
Een duidelijke visie op onderwijs en begeleiding houdt ook in dat er afgewogen keuzes worden gemaakt in de activiteiten die kinderen meemaken. Bron 6 en 10 geven aan dat activiteiten niet willekeurig worden gekozen, maar dat ze afgestemd zijn op de doelen en inhouden van het pedagogisch beleidsplan.
Alle activiteiten dienen bij te dragen aan het behalen van de gestelde doelen. Daarom is het belangrijk om de keuze van activiteiten goed te overwegen, zodat een uitgebalanceerd leerplan ontstaat. Dit leerplan moet zowel kennis, houding als vaardigheden bevatten, om zo een breed ontwikkelend spectrum te creëren.
In de praktijk van kinderopvang is veiligheid een kernaspect van de pedagogische visie. Bron 9 legt uit hoe in een situatie met minder medewerkers nog steeds veiligheid en betrokkenheid worden gegarandeerd. Er is een achterwachtregeling in werking, waarin een medewerker op afroep beschikbaar is om binnen 15 minuten aanwezig te zijn in geval van nood. Ook wordt er bij activiteiten die buiten het normale schema liggen, zoals uitstapjes of sportactiviteiten, aandacht besteed aan risicobeoordeling. Wanneer grotere risico’s aanwezig zijn, worden ouders ingelicht en kan er toestemming worden ingewonnen.
Deze regels tonen aan dat de pedagogische visie niet alleen gericht is op het leren en spelen van kinderen, maar ook op het creëren van een veilige omgeving waarin kinderen zich kunnen ontwikkelen. Veiligheid en aandacht gaan hand in hand met educatie en zorg.
De pedagogische visie is nooit een vaststaand idee, maar een proces dat zich voortdurend ontwikkelt. In bron 5 en 7 wordt beschreven hoe pedagogen hun visie blijven verrijken door ervaringen en kennis uit te wisselen. Natasja, een ervaren pedagoog, vertelt hoe ze zichzelf heeft ontwikkeld in de pedagogiek van Reggio Emilia. Door dit proces te ondergaan, merkte ze dat kinderen meer focus hadden, meer plezier in activiteiten en dat zijzelf ook genoot van het werk. Dit benadrukt het belang van voortdurende professionalisering en reflectie in de pedagogische visie.
De toekomst van pedagogische visies ligt in een verdergaande integratie van wetenschappelijk onderbouwde methodes, een sterke focus op inclusiviteit en gelijkwaardigheid, en een betere samenwerking tussen pedagogisch medewerkers en ouders. Door middel van open gesprekken, coaching en verbetering van de werkwijze, kan de kwaliteit van kinderopvang blijven stijgen.
Pedagogische visies in de kinderopvang spelen een centrale rol in het creëren van een leer- en leefomgeving waarin kinderen zich kunnen ontwikkelen op een natuurlijke, respectvolle en gestructureerde manier. Door middel van samenwerking met ouders, het hanteren van wetenschappelijke theorieën en het gebruik van een passend leerplan, kunnen pedagogisch medewerkers kinderen ondersteunen in hun groei.
De visie op onderwijs en opvoeding is een doordachte aanpak die niet alleen gericht is op het leren van kinderen, maar ook op hun emotionele en sociale ontwikkeling. Door aandacht te besteden aan de individuele behoeften van kinderen, en de ruimte en medewerkers als actieve pedagogen te zien, kan een kinderopvangorganisatie een waardevolle bijdrage leveren aan de toekomst van kinderen.
De toekomst van pedagogische visies ligt in het blijven verbeteren van de werkwijze, het integreren van nieuwe inzichten en het versterken van samenwerking met ouders en collega’s. Een duidelijke visie helpt niet alleen kinderen, maar ook de professionals in hun werk en draagt bij aan een kwalitatief hoogstaande kinderopvang.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet