Co-ouderschap: Schema's en Praktische Overwegingen voor een Goede Verdeling
juni 27, 2025
De financiële aspecten van co-ouderschap, met name de kinderalimentatie, zijn vaak complex en vragen om een zorgvuldige benadering. Hoewel de gedachte heerst dat bij co-ouderschap de kosten automatisch gelijk verdeeld worden, is dit niet altijd het geval. Het uitgangspunt is dat een kind niet mag lijden onder financiële verschillen tussen de huishoudens van gescheiden ouders, en kinderalimentatie kan een manier zijn om de levensstandaard bij beide ouders zoveel mogelijk gelijk te trekken. Dit artikel biedt een gedetailleerd overzicht van de berekening van kinderalimentatie bij co-ouderschap, gebaseerd op de geldende normen en factoren.
Kinderalimentatie is bedoeld om de kosten voor de opvoeding en verzorging van een kind te dekken na een scheiding of het verbreken van een relatie. De hoogte van de alimentatie wordt bepaald door de behoefte van het kind en de draagkracht van beide ouders. De draagkracht wordt berekend aan de hand van het netto besteedbaar inkomen (NBI) van beide ouders. De behoefte van het kind wordt bepaald aan de hand van factoren zoals leeftijd, het inkomen van de ouders voor de scheiding, en de kosten van levensonderhoud.
Het is belangrijk te benadrukken dat de behoefte van het kind centraal staat. Ouders zijn beiden verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen en moeten hier financieel aan bijdragen. De ouder met het hogere inkomen is doorgaans verplicht een bijdrage te leveren aan de ouder met het lagere inkomen, om ervoor te zorgen dat het kind in beide huishoudens een vergelijkbare levensstandaard heeft.
De berekening van kinderalimentatie is geen eenvoudige zaak en vereist een nauwkeurige analyse van verschillende factoren. Er zijn verschillende methoden en tools beschikbaar om de berekening te vereenvoudigen, maar het is essentieel om de onderliggende principes te begrijpen.
1. Bepalen van de Behoefte van het Kind:
De eerste stap is het vaststellen van de behoefte van het kind. Dit omvat de kosten voor levensonderhoud, zoals eten, kleding, schoolgeld, en eventuele kosten voor hobby's en sport. De hoogte van de behoefte wordt vaak bepaald aan de hand van de Tremanormen, richtlijnen die door de Nederlandse Vereniging van Rechtspraak (NVVR) zijn opgesteld. Deze normen zijn regelmatig aangepast om rekening te houden met veranderingen in de kosten van levensonderhoud. Vanaf 2025 zijn de NIBUD tabellen doorgevoerd tot een netto gezinsinkomen van 7.500 euro.
2. Berekenen van de Draagkracht van Beide Ouders:
Vervolgens wordt de draagkracht van beide ouders berekend. Dit is het bedrag dat een ouder kan missen voor alimentatie, zonder zelf in financiële problemen te komen. De draagkracht wordt berekend aan de hand van het netto besteedbaar inkomen (NBI) van de ouder, rekening houdend met vaste lasten zoals huur of hypotheek, premies voor zorgverzekeringen, en eventuele schulden.
3. Toepassen van de Zorgkorting:
Bij co-ouderschap speelt de zorgkorting een belangrijke rol. De zorgkorting houdt in dat de ouder die het kind minder vaak heeft, een korting krijgt op de alimentatie. Dit is gebaseerd op het idee dat deze ouder ook kosten maakt voor de verzorging en opvoeding van het kind tijdens de omgangsregeling. De hoogte van de zorgkorting varieert van 5% tot 35%, afhankelijk van de verdeling van de zorgtaken.
4. De Kinderrekening als Optie:
Sommige ouders kiezen ervoor om een kinderrekening te openen, waar beide ouders een bijdrage aan leveren. Dit kan een transparante manier zijn om de kosten voor de kinderen te delen en inzicht te geven in de besteding van het geld. Het is echter belangrijk om duidelijke afspraken te maken over de besteding van het geld op de kinderrekening.
Naast de basisprincipes en de stappen in de berekening, zijn er verschillende factoren die de hoogte van de kinderalimentatie kunnen beïnvloeden:
De onderhoudsplicht voor kinderen geldt in principe tot het kind 21 jaar is. Echter, er kunnen uitzonderingen zijn. Als een kind na het bereiken van de 18e verjaardag nog steeds studeert of niet in staat is om zelf in zijn of haar levensonderhoud te voorzien, kan de onderhoudsplicht worden verlengd. Vanaf de 18e verjaardag wordt de alimentatie overgemaakt naar het kind zelf, tenzij anders is afgesproken.
Het is essentieel om goede afspraken te maken over de kinderalimentatie, bij voorkeur in een ouderschapsplan. Deze afspraken moeten duidelijk en gedetailleerd zijn, zodat er geen misverstanden ontstaan. Het is aan te raden om de afspraken te laten toetsen door een jurist of mediator, om ervoor te zorgen dat ze juridisch geldig zijn en in overeenstemming zijn met de wet.
Kinderalimentatie kan herberekend worden als er sprake is van een wijziging in de omstandigheden, zoals een verandering in het inkomen van een van de ouders, een wijziging in de zorgregeling, of een verandering in de behoefte van het kind. Het is belangrijk om te weten dat een herberekening niet automatisch plaatsvindt. De ouder die een herberekening wil, moet dit zelf aanvragen bij de rechtbank of het LBIO (Landelijk Bureau Inkomensonderzoek).
Kinderalimentatie bij co-ouderschap is een complex onderwerp dat een zorgvuldige benadering vereist. De hoogte van de alimentatie wordt bepaald door de behoefte van het kind en de draagkracht van beide ouders, rekening houdend met verschillende factoren zoals leeftijd, inkomen, zorgregeling, en toeslagen. Het is essentieel om goede afspraken te maken en deze vast te leggen in een ouderschapsplan. Het inschakelen van een jurist of mediator kan helpen om ervoor te zorgen dat de afspraken juridisch geldig zijn en in overeenstemming zijn met de wet. Door een transparante en eerlijke benadering te hanteren, kan kinderalimentatie bijdragen aan een stabiele en gezonde ontwikkeling van het kind, ondanks de scheiding van de ouders.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet