Ouderschapsverlof bij de RVA: Wat ouders moeten weten
juli 1, 2025
In de huidige maatschappij is co-ouderschap een steeds vaker voorkomende vorm van opvoeden na een scheiding. Dit houdt in dat beide ouders, ondanks het beëindigen van hun relatie, een gelijke verantwoordelijkheid dragen voor de zorg en opvoeding van hun kinderen. Een veelgestelde vraag in deze context is hoe alimentatie geregeld wordt. Hoewel de zorgtaken gelijk verdeeld zijn, betekent dit niet automatisch dat er geen alimentatie verschuldigd is. Dit artikel biedt een overzicht van de regels en overwegingen rondom alimentatie bij co-ouderschap, gebaseerd op beschikbare informatie.
Alimentatie is een wettelijke onderhoudsplicht die ervoor zorgt dat kinderen, ook na een scheiding, dezelfde levensstandaard behouden. Het is een financiële bijdrage aan de kosten van levensonderhoud. Bij een scheiding dienen ouders afspraken te maken over alimentatie, die vastgelegd worden in een ouderschapsplan. Deze afspraken kunnen worden gemaakt in overleg, met behulp van een mediator, of uiteindelijk door een rechter worden bepaald. De basisgedachte is dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor de kosten van hun kinderen, ook als zij niet meer samenwonen.
Co-ouderschap impliceert een gelijke verdeling van de zorg- en opvoedingstaken. Dit betekent dat kinderen doorgaans ongeveer de helft van de tijd bij de ene ouder verblijven en de andere helft bij de andere ouder. Hoewel dit een gelijke verdeling van zorgtaken inhoudt, betekent dit niet per definitie dat er geen sprake is van alimentatie. De financiële situatie van beide ouders speelt hierbij een cruciale rol.
Zelfs bij een 50/50 verdeling van de zorg, kan er alimentatie verschuldigd zijn. Dit is met name het geval wanneer de ouders een significant verschil in inkomen hebben. Het uitgangspunt is dat het kind in beide huishoudens dezelfde levensstandaard moet kunnen ervaren. De ouder met het hogere inkomen draagt dan bij aan de financiële ondersteuning van de andere ouder, om dit te waarborgen. Ook als de zorgverdeling niet exact 50/50 is, bijvoorbeeld 60/40, kan alimentatie verschuldigd zijn. In dergelijke gevallen is de behoefte aan alimentatie groter, omdat één ouder meer zorgtaken op zich neemt en mogelijk hogere kosten heeft.
De hoogte van de kinderalimentatie wordt berekend aan de hand van verschillende factoren. Allereerst wordt het gezinsinkomen van beide ouders vastgesteld. Vervolgens wordt de behoefte van het kind bepaald, rekening houdend met kosten zoals school, kleding, sport en eventuele kinderopvang. Daarna wordt de draagkracht van beide ouders berekend, waarbij gekeken wordt naar hun inkomen en andere financiële verplichtingen. Tot slot wordt rekening gehouden met de omgangsregeling en het kindgebonden budget.
Een belangrijk aspect bij de berekening is het kindgebonden budget. Dit is een toeslag die ouders kunnen ontvangen om de kosten van de opvoeding te dekken. De hoogte van de alimentatie wordt beïnvloed door het kindgebonden budget, omdat dit de behoefte van het kind gedeeltelijk dekt.
In principe vallen alle kosten van de kinderen onder de alimentatie. Dit omvat onder andere eten, drinken, kleding, kosten voor kinderopvang, zwemles en andere hobby's. Er wordt onderscheid gemaakt tussen verblijfskosten, verblijfsoverstijgende kosten en buitengewone kosten. Verblijfskosten zijn de kosten die direct verband houden met het verblijf van het kind bij een ouder, zoals eten en huisvesting. Verblijfsoverstijgende kosten zijn kosten die niet direct aan een specifiek verblijf zijn gekoppeld, zoals schoolgeld en sportkosten. Buitengewone kosten zijn onvoorziene kosten, zoals medische kosten of kosten voor een speciale opleiding.
De alimentatiebedragen worden jaarlijks aangepast, omdat de prijzen en lonen stijgen door inflatie. Dit zorgt ervoor dat de alimentatie zijn waarde behoudt en de levensstandaard van het kind niet achteruitgaat. Er zijn echter uitzonderingen op deze automatische aanpassing. Veranderingen in de omstandigheden van de ouders, zoals een wijziging in inkomen of de omgangsregeling, kunnen aanleiding geven tot een herberekening van de alimentatie.
Het is belangrijk te benadrukken dat alimentatie en omgang twee verschillende zaken zijn. Zelfs als er geen omgang is tussen een ouder en zijn of haar kind, blijft de alimentatieplicht bestaan. Het niet betalen van alimentatie is een wettelijke verplichting, ongeacht de omgangsregeling. Indien een ouder de omgang wil afdwingen, dient hij of zij zich tot de rechter te wenden.
Het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) kan worden ingeschakeld als een ex-partner de alimentatie niet (meer) betaalt. Het LBIO kan de invordering van de alimentatie overnemen, maar dit is alleen mogelijk als de bijdrage is vastgesteld door de rechter en de ex-partner het afgelopen half jaar minimaal één keer niet heeft betaald.
Bij co-ouderschap hebben beide ouders het gezag over de kinderen, tenzij anders is bepaald door de rechter. Dit betekent dat beide ouders samen verantwoordelijk zijn voor belangrijke beslissingen over de opvoeding, school en gezondheid van de kinderen. Het is essentieel dat ouders goed kunnen communiceren en samenwerken om het welzijn van hun kinderen te waarborgen.
Om misverstanden en conflicten te voorkomen, is het van groot belang om duidelijke afspraken te maken over alimentatie en andere zaken rondom co-ouderschap. Deze afspraken kunnen worden vastgelegd in een ouderschapsplan. Een goed ouderschapsplan bevat onder andere afspraken over de zorgverdeling, de alimentatie, de omgangsregeling en de communicatie tussen de ouders.
Als ouders er niet in slagen om zelf afspraken te maken, kan mediation een nuttig hulpmiddel zijn. Een mediator is een neutrale derde partij die de ouders helpt om tot een overeenkomst te komen. Mediation kan een snellere en minder kostbare oplossing zijn dan een procedure voor de rechter.
Alimentatie bij co-ouderschap is een complex onderwerp dat afhankelijk is van verschillende factoren, waaronder het inkomen van beide ouders, de zorgverdeling en de behoefte van het kind. Hoewel co-ouderschap een gelijke verdeling van zorgtaken impliceert, betekent dit niet automatisch dat er geen alimentatie verschuldigd is. Het is belangrijk dat ouders zich goed laten informeren over hun rechten en plichten en dat zij duidelijke afspraken maken over alimentatie, om het welzijn van hun kinderen te waarborgen. Het inschakelen van een mediator of jurist kan hierbij van onschatbare waarde zijn.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet