logo kinderopvang lappelein heerenveen 350

klachtenvrij 2019klachtenvrij 2020klachtenvrij 2021klachtenvrij 2022

Kinderopvang Lappelein
Kinderopvang Lappelein
Kleinschalige kinderopvang in Heerenveen

De vier pedagogische basisdoelen in de kinderopvang: richtlijnen voor kwalitatief pedagogisch werk

In de kinderopvang spelen pedagogische kwaliteit en een doelgerichte aanpak een centrale rol in de ontwikkeling van kinderen. Een van de meest invloedrijvende benaderingen binnen dit veld is de opstelling van de vier pedagogische basisdoelen. Deze doelen, ontwikkeld door de hoogleraar kinderopvang Marianne Riksen-Walraven, vormen de kern van een wettelijk verplicht pedagogisch beleidsplan en worden gebruikt als kader om de kwaliteit van de kinderopvang te toetsen en te verbeteren. In dit artikel wordt ingegaan op wat deze basisdoelen inhouden, hoe zij in de praktijk worden toegepast en welke instrumenten en methoden worden gebruikt om de pedagogische kwaliteit te ondersteunen.

De vier pedagogische basisdoelen

De vier pedagogische basisdoelen zijn ontworpen om de essentiële aspecten van kinderontwikkeling in de opvang te ondersteunen. Deze doelen worden regelmatig besproken tijdens inspecties door de GGD en vormen een belangrijk onderdeel van de wettelijke eisen van de Wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK). De doelen zijn als volgt:

  1. Emotionele veiligheid: Het creëren van een veilige en geborgen leefomgeving waarin kinderen zich emotioneel kunnen ontwikkelen. Dit houdt in dat kinderen vertrouwen hebben in de pedagogisch medewerkers en zich kunnen hechten aan hun omgeving. Emotionele veiligheid is de basis voor andere ontwikkelingsgebieden, omdat kinderen pas echt kunnen leren en groeien als zij zich veilig en gesteund voelen.

  2. Persoonlijke competentie: Het stimuleren van zelfredzaamheid en het ontwikkelen van vaardigheden die kinderen in staat stellen zelfstandig te functioneren. Kinderen moeten de ruimte krijgen om dingen zelf te doen, creatief te zijn, zelfvertrouwen op te bouwen en te leren omgaan met tegenslagen. Spelend leren en het bieden van uitdagingen passend bij hun leeftijd en ontwikkelingsfase zijn essentieel voor het bereiken van dit doel.

  3. Sociale competentie: Het bevorderen van sociale vaardigheden en samenwerking, zodat kinderen positieve relaties kunnen opbouwen met anderen. Hierbij gaat het om het leren communiceren, conflicten oplossen, respect tonen, samenwerken en empathie ontwikkelen. Sociaal leren wordt ook beïnvloed door de sociaal-culturele theorie van Lev Vygotsky, die benadrukt dat kinderen leren via interactie en culturele context.

  4. Overdracht van normen en waarden: Het overbrengen van respectvolle normen en waarden, met als doel een positieve morele ontwikkeling van elk kind. Dit gebeurt door het voorbeeld geven van positief gedrag en door te kijken naar hoe kinderen zelf reageren op situaties, zowel verbaal als non-verbaal. Daarnaast wordt er gekeken naar hoe deze waarden worden ingebed in de dagelijkse activiteiten en de leefomgeving.

Deze vier basisdoelen vormen een leidraad voor pedagogisch beleid en zorgen voor een gestructureerde aanpak in het ondersteunen van kinderen. Ze zijn ontworpen om de kinderopvang te helpen bij het creëren van een veilige, ondersteunende en stimulerende omgeving waarin kinderen zich op alle ontwikkelingsgebieden optimaal kunnen ontwikkelen.

Toepassing in de praktijk

De vier pedagogische basisdoelen worden niet alleen theoretisch opgesteld, maar ook in de praktijk ingezet. Kinderdagverblijven zoals Kinderdagverblijf Evy gebruiken deze doelen als uitgangspunt voor hun pedagogische visie en missie. Deze visie wordt geïnspireerd door de werkmethodes van onder andere Emmi Pikler en Thomas Gordon. Hierdoor ontwikkelen kinderen zich in een omgeving die aansluit op hun individuele behoeften en ontwikkelingsstadium.

Een van de manieren waarop deze doelen worden ingezet is via systematische observaties. Pedagogisch medewerkers bij Evy voeren regelmatig observaties uit tijdens de dagelijkse activiteiten van de kinderen. Ze richten zich op aspecten zoals sociaal gedrag, spelvaardigheden, motorische ontwikkeling en taalvaardigheid. Deze observaties worden gedocumenteerd in individuele dossiers en gebruikt om de voortgang van kinderen te volgen en eventuele ontwikkelingsbehoeften te identificeren. Zo kunnen kinderopvangers beter inspelen op de unieke persoonlijkheid van elk kind.

Daarnaast zijn interactievaardigheden van groot belang in de toepassing van deze basisdoelen. Er worden zes interactievaardigheden onderscheiden die centraal staan in de werkmethodiek van pedagogisch medewerkers:

  1. Sensitieve responsiviteit: Verzorgers reageren snel en adequaat op de signalen, behoeften en emoties van kinderen. Dit bevordert een gevoel van veiligheid en vertrouwen.

  2. Respect voor autonomie: Kinderen krijgen binnen passende grenzen de mogelijkheid om zelf keuzes te maken. Dit ondersteunt hun zelfvertrouwen en zelfstandigheid.

  3. Praten en uitleggen: Actieve communicatie met kinderen, het bevorderen van taalontwikkeling en het geven van contextuele uitleg zijn belangrijk voor hun cognitieve groei.

  4. Structuur en grenzen stellen: Dit biedt kinderen een veilige, voorspelbare omgeving en helpt hen verantwoordelijkheid te nemen voor hun gedrag.

  5. Begeleiding van interacties: Door positief gedrag te modelleren, conflicten te bemiddelen en samenwerking aan te moedigen, ondersteunen medewerkers de sociale vaardigheden van kinderen.

  6. Ontwikkelingsstimulering: Het creëren van uitdagende en stimulerende activiteiten die passen bij de individuele behoeften en interesses van elk kind.

Bij het toepassen van deze vaardigheden wordt ook aandacht besteed aan de fysieke leefomgeving van kinderen. De inrichting van de ruimte en het speelgoed moet aansluiten bij het ontwikkelingsniveau van de kinderen. Dit betekent dat de keuze van speelgoed en de structuur van de ruimte cruciaal zijn voor het ondersteunen van de vier pedagogische basisdoelen.

Instrumenten en methoden voor kwaliteitsbevordering

Om de kwaliteit van de pedagogische praktijk te verbeteren en te meten, wordt gebruikgemaakt van diverse instrumenten en methoden. Eén van de voornaamste tools is het Pedagogisch Werkplan. Dit werkplan wordt opgesteld op basis van het pedagogisch beleidsplan en bevat concrete aandachtsgebieden en doelen die passen bij de visie van de opvangorganisatie. Het werkplan is een middel om de kwaliteit van de kinderopvang visueel en structureel in beeld te brengen.

Een ander belangrijk instrument is Pedagogische Praktijk in Beeld (PIB), dat is ontwikkeld in samenwerking met het NJi (Nederlands Jeugdinstituut). Hiermee kunnen kinderopvangers hun pedagogische kwaliteit zelf in kaart brengen. De pedagogisch coach gebruikt een checklist om te beoordelen hoe goed de vier basisdoelen worden uitgevoerd. Niet alleen wordt er gekeken naar het gedrag van kinderen, maar ook naar de kwaliteit van de leefomgeving, zoals de inrichting van de ruimte en het gebruik van speelgoed. Het doel van PIB is om de organisatie bewust te maken van haar manier van werken en het mogelijk te maken om bewust verbeteringen aan te brengen, zonder dat medewerkers het gevoel krijgen dat ze op hun vingers worden getikt.

In combinatie met PIB worden er ook praktijkopdrachten uitgevoerd, zoals beschreven in het vierde kwartaal van 2024. Hierbij wordt een schrijfblad gebruikt waarop pedagogisch medewerkers kunnen noteren hoe ze de vier basisdoelen in hun dagelijkse werk ondersteunen. De vijf vormen van pedagogische inzet die worden gevolgd zijn:

  • Interactie: Hoe wordt het doel behaald via persoonlijke contacten en communicatie met kinderen.
  • Ruimte: Hoe wordt de leefomgeving gebruikt om het doel te ondersteunen.
  • Groep: Hoe worden groepsdynamiek en collectieve activiteiten ingezet.
  • Materiaal: Welke materialen worden gebruikt om het doel te behalen.
  • Activiteiten: Welke specifieke activiteiten worden georganiseerd die aansluiten bij het doel.

Naarmate het jaar voorbijgaat, bouwen medewerkers een compleet overzicht op van hun pedagogische praktijk. Dit kan uiteindelijk dienen als basis voor het schrijven of updaten van het pedagogisch werkplan.

Pedagogisch coachen en professionele ontwikkeling

Een van de manieren waarop pedagogische kwaliteit wordt verbeterd is via pedagogisch coachen. Organisaties zoals Zonnekinderen benadrukken de rol van de pedagogisch coach in het ondersteunen van medewerkers. Deze coachen zijn verantwoordelijk voor het verbeteren van de pedagogische kwaliteit op de locaties en werken nauw samen met het team van Pedagogiek, Kwaliteit & Beleid. Ze helpen bij het signaleren van knelpunten, geven advies en sturen de professionele groei van medewerkers aan. De coachingsbehoefte wordt beoordeeld per groep, en op basis daarvan wordt een plan opgesteld.

De rol van de pedagogisch coach is dus essentieel om ervoor te zorgen dat de vier basisdoelen op een consistente manier worden uitgevoerd. Het coachen helpt medewerkers om zich bewust te worden van hun eigen werkwijze en te verbeteren op basis van concrete feedback en observaties. Ook wordt er aandacht besteed aan de kwaliteit van het pedagogisch beleid, inclusief richtlijnen voor veiligheid, gezondheid, beroepskracht-kindratio en betrokkenheid van ouders.

Pedagogisch beleidsplan: een essentieel kader

Het pedagogisch beleidsplan is wettelijk verplicht en vormt een belangrijk kader voor de activiteiten en visie van een kinderopvangorganisatie. Op basis van dit plan bepaalt de kinderopvanginspectie of de wet- en regelgeving wordt nageleefd. Het beleidsplan is ook een middel om de pedagogische visie van een organisatie naar de buitenwereld te communiceren. Hierin kunnen onderwerpen zoals duurzaamheid, inclusiviteit, groepsgericht spelen of individuele ontwikkeling centraal staan.

Het pedagogisch beleidsplan bevat ook de vier basisdoelen van Riksen-Walraven en maakt duidelijk hoe deze worden ingezet in de dagelijkse praktijk. Daarnaast kan het plan aandacht geven aan aanvullende beleidspunten, zoals veiligheids- en gezondheidsrichtlijnen, persoonlijke voorkeuren van kinderen en strategieën voor ouderbetrokkenheid.

Bij het schrijven van het pedagogisch beleidsplan is het belangrijk om aandacht te besteden aan de doelgroep, de visie, de missie, de doelen en de manier waarop deze worden bereikt. Door een duidelijk en doordacht beleidsplan te ontwikkelen, kunnen kinderopvangers hun kwaliteit en impact visueel en structureel in kaart brengen, wat uiteindelijk leidt tot een betere ervaring voor kinderen, ouders en medewerkers.

Samenwerking met ouders

Een belangrijk aspect van de vier pedagogische basisdoelen is de rol van de ouders. Ouderbetrokkenheid is essentieel voor het behalen van de doelen en wordt daarom expliciet genoemd in het pedagogisch beleidsplan. Strategieën voor effectieve communicatie, samenwerking en betrokkenheid van ouders worden hierin vastgelegd. Kinderdagverblijven gebruiken bijvoorbeeld een ouderportaal om kinderen en ouders op de hoogte te houden van activiteiten en uitstapjes. Voorbeelden zijn het delen van plannen, de uitvoering van de wenperiode en het geven van feedback op de ontwikkeling van kinderen.

De wenperiode is een ander aspect waarbij ouderbetrokkenheid centraal staat. Tijdens de wenperiode wordt een soepele overgang gecreëerd voor zowel het kind als de ouder. Dit begint met een uitgebreid intakegesprek, waarin belangrijke informatie over het kind wordt verzameld, zoals gewoontes, voorkeuren en behoeften. Op basis van deze informatie wordt een gepersonaliseerd wenplan opgesteld dat aansluit bij de individuele omstandigheden van het kind. Gedurende de wenperiode wordt het kind geleidelijk geïntroduceerd in de opvangomgeving, waarbij rekening wordt gehouden met zijn reacties en welzijn.

Ondersteuning van kinderen in groepsverband

Een van de kernprincipes van kinderopvang is dat kinderen zich ontwikkelen in interactie met anderen. Dit wordt ondersteund door de toepassing van de sociaal-culturele theorie van Lev Vygotsky. Deze theorie benadrukt dat kinderen het best leren via sociale interacties en dat de cultuur en context van belang zijn voor hun groei. In de praktijk betekent dit dat kinderopvangers groepsactiviteiten organiseren waarin kinderen samenwerken, ideeën delen en problemen oplossen.

Een voorbeeld is een activiteit waarbij kinderen samen een toren bouwen met blokken. Tijdens zo’n activiteit leren kinderen respect te tonen voor elkaars ideeën, samen te werken en een gemeenschappelijk doel te nastreven. Deze benadering is niet alleen leerzaam, maar ook sociaal stimulerend en ondersteunt het vierde basisdoel: het overbrengen van normen en waarden.

Daarnaast is het belangrijk om tijdens verzorgingsmomenten, zoals het verschonen van een luier, te handelen op basis van respectvolle verzorging zoals benadrukt door Emmi Pikler. Dit houdt in dat pedagogisch medewerkers het kind met respect en zorg benaderen, de tijd nemen en duidelijk communiceren. Zo ontstaat er een gevoel van veiligheid en vertrouwen.

Kwaliteit van de pedagogische kwaliteit in de kinderopvang

De kwaliteit van de pedagogische praktijk is al jarenlang een onderwerp van discussie en verbetering. Volgens Marianne Riksen-Walraven is de pedagogische kwaliteit van de kinderopvang in de afgelopen dertig jaar sterk verbeterd. Ze benadrukt dat de leefomgeving in de vroege kindertijd bepalend is voor de verdere ontwikkeling van kinderen. Toch blijven er ook uitdagingen, zoals personeelstekorten en onvoldoende compensatie voor de extra uren die pedagogisch medewerkers besteden aan voorbereiding en evaluatie. Dit kan het gevoel van intrinsieke motivatie onder druk zetten, wat weer van invloed is op de kwaliteit van de opvang.

Om dit aan te pakken, wordt er gewerkt aan het bevorderen van intrinsieke motivatie bij medewerkers. Als medewerkers zich gemotiveerd voelen vanuit een persoonlijke overtuiging dat hun werk belangrijk is, leidt dit tot betere pedagogische kwaliteit. Instrumenten zoals PIB en pedagogisch coachen spelen een rol in dit proces. Ze helpen medewerkers om bewuster te zijn van hun werkwijze en verbeteringen aan te brengen zonder het gevoel te hebben dat ze worden beoordeeld via eenvoudige cijfers of checklists.

Verband met scholen en andere educatieve instellingen

Hoewel de vier pedagogische basisdoelen zijn ontworpen voor de kinderopvang, zijn er ook initiatieven om ze toe te passen in het basisonderwijs. De Innovatie Kwaliteit en Contact (IKC)-organisaties tonen interesse in het gebruik van PIB en andere pedagogische tools. In een aantal regio’s zijn er pilots waarin deze methode wordt getest. De resultaten lijken veelbelovend, wat aantoont dat de basisdoelen van Riksen-Walraven ook relevant kunnen zijn voor scholen.

Marilse Eerkens, sociaal psycholoog en auteur, benadrukt dat er veel gemeenschappelijke pedagogische vraagstukken zijn tussen scholen en kinderopvang. Ze stelt dat scholen veel kunnen leren van de praktijk in de kinderopvang, waar aandacht wordt besteed aan emotionele veiligheid, persoonlijke competenties en sociale interactie. Door deze samenwerking kunnen educatieve instellingen beter aansluiten bij de behoeften van kinderen.

Conclusie

De vier pedagogische basisdoelen vormen een fundamentele aanpak voor de kinderopvang, waarbij aandacht wordt besteed aan emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie en het overbrengen van normen en waarden. Deze doelen zijn ontworpen om de kinderontwikkeling te ondersteunen en vormen een essentieel onderdeel van het pedagogisch beleidsplan, dat wettelijk verplicht is en ook fungeert als communicatiemiddel naar de buitenwereld.

In de praktijk worden deze doelen ondersteund door systematische observaties, een aandachtige leefomgeving en interactievaardigheden die centraal staan in het werk van pedagogisch medewerkers. Daarnaast spelen instrumenten zoals Pedagogische Praktijk in Beeld (PIB) en pedagogisch coachen een rol in het verbeteren van de pedagogische kwaliteit. Deze tools helpen medewerkers om bewuster te zijn van hun manier van werken en te verbeteren op basis van feedback en observatie.

De rol van de ouders is eveneens centraal in het behalen van de pedagogische basisdoelen. Ouderbetrokkenheid wordt ondersteund via duidelijke communicatie, samenwerking en het delen van informatie over de ontwikkeling van kinderen. De wenperiode is een voorbeeld van een moment waarbij de samenwerking tussen kinderopvanger en ouder cruciaal is voor de veiligheid en het welzijn van het kind.

Tot slot is er een duidelijk verband tussen de pedagogische basisdoelen in de kinderopvang en het basisonderwijs. Door samenwerking en het delen van kennis, kunnen scholen profiteren van de ervaringen en methoden die al jarenlang in de kinderopvang worden toegepast. Dit benadrukt de betekenis van deze basisdoelen niet alleen voor de opvang, maar ook voor de educatieve sector als geheel.

Bronnen

  1. Pedagogische kwaliteit verbetert pas echt als medewerkers intrinsiek gemotiveerd zijn
  2. Kinderdagverblijf Evy - pedagogische visie en doelen
  3. Pedagogisch beleidsplan - Zet jouw kinderopvangorganisatie in de spotlight
  4. Het belang van de 4 pedagogische basisdoelen
  5. Thema kwartaal 4: normen, waarden en cultuur
  6. Pedagogisch Coach - Zonnekinderen

Gerelateerde berichten

Een nieuwe locatie!

Vanaf maandag 11 december 2017 is Kinderopvang Lappelein te vinden op deze prachtige nieuwe locatie:

Kinderopvang Lappelein
Commandeurstraat 17
8442 AT Heerenveen
0513- 436658
06-13810429
[email protected]

Openingstijden

De openingstijden liggen tussen 6.30 uur en 19.00 uur.

In het nieuws

Nieuwe gevel voor BSO

nieuwe gevel bso lappeleinVorige week een nieuwe gevel bij de BSO gekregen. Nieuwe kozijnen, nieuw glas en deur.

Lees meer …

14 september: dag van de pedagogisch medewerker

dag van de pedagogisch medewerker 2022

Vandaag de dag van de pedagogisch medewerker. Denk u er even over na om deze kanjers in het zonnetje te zetten.

Lees meer …

Vier grote bakken appels uit eigen tuin!

appels uit eigen tuin
Gisteren met de kinderen alle appels van de bomen geplukt. Het zijn er weer onwijs veel, vier grote bakken vol.

Lees meer …


Kinderopvang Lappelein Erkend Leerbedrijf

Kinderopvang Lappelein is sinds april 2017 een erkend SBB leerbedrijf

Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet

 

 

Tarieven