Ouderschapsverlof is een wettelijk en collectiefrechtelijk (CAO-) bepaald recht dat werknemers biedt om tijd vrij te maken voor de opvoeding van hun kinderen. Dit verlof heeft gevolgen voor het salaris, het pensioen en andere arbeidsvoorwaarden. De CAO’s spelen hierbij een belangrijke rol, aangezien zij bepalen hoe de pensioenopbouw tijdens ouderschapsverlof verloopt. In dit artikel wordt ingegaan op de verbanden tussen ouderschapsverlof en de pensioenopbouw, met aandacht voor de rol van CAO-overeenkomsten, wettelijke regelingen en de keuzes die werknemers zelf kunnen maken.
De informatie in dit artikel is gebaseerd op de meest recente en betrouwbare CAO’s en regelgeving die in de SOURCE DATA zijn verwerkt. Het artikel biedt een overzicht van de wettelijke regelingen, de invloed van CAO’s op de pensioenopbouw, en mogelijke opties voor werknemers die ouderschapsverlof opnemen.
Wettelijke regelingen voor ouderschapsverlof
Ouderschapsverlof is sinds 2022 een wettelijk bepaald recht, dat werknemers toestaat om tijd vrij te maken voor de opvoeding van hun kinderen. Het verlof kan zowel betaald als onbetaald zijn, afhankelijk van de keuze van de werknemer en de regelingen die zijn afgesproken in de CAO.
In het eerste levensjaar van het kind, heeft een werknemer recht op wettelijk betaald ouderschapsverlof voor een maximum van 9 keer de wekelijkse arbeidsomvang. Dit betekent dat de werknemer in die periode 9 weken kan nemen van het verlof, wat kan worden verdeeld zoals de werknemer dat wenst. Tijdens deze periode wordt het salaris aangevuld tot 100%, inclusief de bijbehorende arbeidsvoorwaarden zoals pensioenopbouw, vakantie- en eindejaarsuitkeringen.
Na het eerste levensjaar van het kind, blijft het recht op ouderschapsverlof bestaan, maar is dit verlof dan onbetaald. Het totale aantal uren dat kan worden genomen is 26 keer de gemiddelde wekelijkse arbeidsomvang, tot aan het 8e levensjaar van het kind. In deze periode is er geen salaris, maar het verlof kan nog wel gevolgen hebben voor de pensioenopbouw, afhankelijk van de CAO-overeenkomsten en eventuele keuzes van de werknemer.
Invloed van CAO-overeenkomsten op de pensioenopbouw
CAO-overeenkomsten kunnen aanzienlijke invloed hebben op de pensioenopbouw tijdens ouderschapsverlof. De SOURCE DATA maakt duidelijk dat de CAO’s vaak afspraken bepalen over hoe de pensioenopbouw verloopt tijdens verlofperiodes. In de meeste gevallen is het zo dat tijdens wettelijk betaald ouderschapsverlof de pensioenopbouw wel doorgaat. Dit geldt echter niet altijd voor onbetaald ouderschapsverlof.
In de CAO-regelingen is vaak sprake van een zogenaamde "vrijwillige voortzetting" van de pensioenopbouw. Dit betekent dat de werknemer zelf kan kiezen of hij of zij verder wil bouwen aan zijn of haar pensioen tijdens het verlof. Als de werknemer voor deze voortzetting kiest, moet de werkgever het werkgeversdeel van de pensioenpremie betalen, maar dit is beperkt tot een periode van maximaal twaalf maanden per kind.
Het is belangrijk om hierbij te onthouden dat de CAO-overeenkomsten vaak worden aangepast om de regelingen aan de huidige situatie aan te passen. Zo is er sprake van een vereenvoudiging van de regelingen vanaf 1 april 2025, zoals beschreven in de SOURCE DATA. Deze wijziging betreft het verlof dat wordt aangevuld met een wettelijk betaald verlof in het eerste levensjaar van het kind, en het onbetaald verlof tot aan de leeftijd van 8 jaar.
Betaald ouderschapsverlof en de rol van UWV
Tijdens het gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof, dat beschikbaar is sinds 2022, ontvangt de werknemer een uitkering van UWV. Deze uitkering is 70% van het salaris, of 70% van het maximum dagloon (€ 75.864 per jaar in 2025) als het salaris hoger is. Tijdens deze periode is het zo dat er geen pensioenopbouw is over de uitkering. Echter, als er afspraken zijn gemaakt in de CAO, kan de pensioenopbouw wel doorgaan.
De werknemer heeft hierbij de keuze om het pensioen zelf verder te bouwen. Dit heet vrijwillige voortzetting. In dat geval betaalt de werkgever het werkgeversdeel van de pensioenpremie, maar dit is beperkt tot twaalf maanden per kind. Het is dus belangrijk om hierover duidelijke afspraken te maken met de werkgever.
Gevolgen van ouderschapsverlof voor het pensioen
Het nemen van ouderschapsverlof heeft invloed op de pensioenopbouw. Als een werknemer tijdens ouderschapsverlof geen pensioenopbouw heeft, kan dit leiden tot een lager pensioen in de toekomst. Dit komt doordat de pensioenopbouw meestal afhankelijk is van het aantal uren dat een persoon werkt en het salaris dat wordt verdiend. Tijdens ouderschapsverlof is het salaris lager of zelfs nul, wat dus direct gevolgen heeft voor het pensioen.
In de SOURCE DATA staat beschreven dat als een werknemer kiest voor gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof en geen pensioenopbouw wil of kan doen, hij of zij hierover vrijwillige voortzetting kan kiezen. Dit betekent dat de werknemer zelf een deel van de pensioenpremie kan betalen. De werkgever betaalt in dat geval het werkgeversdeel, maar dit is beperkt.
Het is ook mogelijk dat een CAO bepaalt dat de pensioenopbouw wel doorgaat tijdens ouderschapsverlof, zelfs als het verlof onbetaald is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij sommige CAO’s die verdergaan dan de wettelijke regeling. In dat geval is het belangrijk om te weten dat de pensioenopbouw doorloopt, ook al is het verlof onbetaald.
Ouderschapsverlof en arbeidsongeschiktheidspensioen
Ouderschapsverlof kan ook gevolgen hebben voor het arbeidsongeschiktheidspensioen. In de SOURCE DATA staat beschreven dat als een werknemer ouderschapsverlof opneemt, en daarna ziek wordt, de premievrije pensioenopbouw lager kan zijn dan wanneer de persoon ziek was geworden voordat het ouderschapsverlof werd opgenomen. Dit komt doordat de premievrije pensioenopbouw in die periode lager is, omdat het verlof geen inkomsten oplevert.
Daarnaast kan het partnerpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen lager uitvallen als ouderschapsverlof is genomen. Dit is een belangrijk aspect dat werknemers bij het nemen van ouderschapsverlof in overweging moeten nemen. Het is daarom belangrijk om hierover duidelijke informatie te verkrijgen van de werkgever, en eventueel bij te vragen of er opties zijn om de pensioenopbouw te verhogen.
Invloed van ouderschapsverlof op vakantie- en eindejaarsuitkeringen
Ouderschapsverlof heeft ook gevolgen voor vakantie- en eindejaarsuitkeringen. In de SOURCE DATA staat beschreven dat tijdens ouderschapsverlof geen vakantieverlof opgebouwd wordt. Echter, vitaliteitsuren kunnen wel opgebouwd worden, indien van toepassing.
De vergoeding die ontvangen wordt tijdens ouderschapsverlof wordt wel meegenomen bij de berekening van de vakantietoeslag en de eindejaarsuitkering. Dit betekent dat ook tijdens ouderschapsverlof een deel van de uitkering kan leiden tot een hogere vakantietoeslag en eindejaarsuitkering.
Vereenvoudiging van de regelingen vanaf 1 april 2025
In de SOURCE DATA staat beschreven dat er een nieuwe CAO-regeling komt in werking op 1 april 2025. Deze regeling is ontworpen om de regelingen te vereenvoudigen, aangezien de wettelijke regeling nu ook betaald ouderschapsverlof bevat. De CAO-regeling is nu aangepast zodat het in lijn komt met de wettelijke regeling.
In de nieuwe regeling wordt het ouderschapsverlof in het eerste levensjaar van het kind betaald, en wordt het salaris aangevuld tot 100%. Daarna blijft het recht op onbetaald ouderschapsverlof bestaan tot aan het 8e levensjaar van het kind. De nieuwe regeling maakt het dus duidelijker welke regels van toepassing zijn, en hoe de arbeidsvoorwaarden tijdens ouderschapsverlof verlopen.
Kiezen voor vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw
Een van de belangrijkste keuzes die werknemers kunnen maken tijdens ouderschapsverlof, is of ze voor vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw kiezen. In de SOURCE DATA staat beschreven dat werknemers die ouderschapsverlof opnemen en geen pensioenopbouw hebben, kunnen kiezen om dit zelf verder te bouwen. Dit is vooral van toepassing op werknemers die gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof opnemen, waarbij de pensioenopbouw standaard niet doorgaat.
Als werknemers voor deze voortzetting kiezen, betaalt de werkgever het werkgeversdeel van de pensioenpremie, maar dit is beperkt tot twaalf maanden per kind. Het is daarom belangrijk om hierover afspraken te maken met de werkgever, en eventueel bij te vragen of er opties zijn om de pensioenopbouw te verhogen.
Samenwerking met de werkgever
Het nemen van ouderschapsverlof en de gevolgen hiervoor voor het pensioen en andere arbeidsvoorwaarden zijn belangrijke onderwerpen waarbij duidelijke afspraken met de werkgever belangrijk zijn. In de SOURCE DATA staat beschreven dat het aan te raden is om bij de werkgever te informeren hoe ouderschapsverlof binnen het bedrijf geregeld is. Dit geldt zowel voor de wettelijke regelingen als voor de CAO-overeenkomsten die van toepassing zijn.
De werkgever kan aangeven welke regels gelden voor ouderschapsverlof binnen het bedrijf, en hoe de pensioenopbouw verloopt. Dit is belangrijk om te weten, aangezien de regelingen per CAO en per bedrijf kunnen verschillen. Het is daarom aan te raden om hierover duidelijke informatie te verkrijgen, en eventueel afspraken te maken met de werkgever voordat ouderschapsverlof wordt opgenomen.
Conclusie
Ouderschapsverlof is een belangrijk recht dat werknemers biedt om tijd vrij te maken voor de opvoeding van hun kinderen. Dit verlof heeft gevolgen voor het salaris, het pensioen en andere arbeidsvoorwaarden. De CAO-overeenkomsten spelen een cruciale rol in het bepalen van hoe de pensioenopbouw verloopt tijdens ouderschapsverlof.
In de SOURCE DATA staat duidelijk beschreven dat het wettelijk betaald ouderschapsverlof in het eerste levensjaar van het kind een belangrijke rol speelt. Tijdens deze periode is de pensioenopbouw meestal wel doorgang, terwijl dit bij onbetaald ouderschapsverlof afhankelijk is van de CAO-overeenkomsten en eventuele keuzes van de werknemer.
Het is belangrijk om hierover duidelijke afspraken te maken met de werkgever, en eventueel te kiezen voor vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw. Ook is het belangrijk om te weten hoe ouderschapsverlof gevolgen heeft voor vakantie- en eindejaarsuitkeringen, en voor het arbeidsongeschiktheidspensioen.
De nieuwe regeling die vanaf 1 april 2025 in werking treedt, maakt het duidelijker hoe ouderschapsverlof geregeld is binnen de CAO-overeenkomsten. Het is aan te raden om hierover informatie te verkrijgen bij de werkgever, en eventueel afspraken te maken voordat ouderschapsverlof wordt opgenomen.