C61 Ouderschapsverlof: Uitleg, Aanvraagprocedure en Uitkeringen

Werknemers in Vlaanderen hebben recht op een thematisch verlof in de vorm van ouderschapsverlof, zoals geregeld in de richtlijnen van de RVA. Dit verlof biedt de mogelijkheid om de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of te verminderen om de zorg voor jonge kinderen mogelijk te maken. In dit artikel wordt ingegaan op de regels, de aard van ouderschapsverlof, de voorwaarden, de indieningsprocedure en de mogelijkheid van uitkeringen. Ook wordt ingegaan op de verschillende vormen van onderbreking en de aanspraak die werknemers kunnen maken, afhankelijk van de leeftijd van hun kind en de sector waarin ze werken.

Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat ingevuld kan worden in de vorm van een volledige onderbreking, halftijds werken, of een onderbreking met 1/5 of 1/10. De regels zijn in grote mate afhankelijk van de sector waarin de werknemers tewerkgesteld zijn. Werknemers in de privésector, gemeenten, en provincies moeten rekening houden met de wettelijke bepalingen van de Wet arbeid en zorg (Wazo), terwijl werknemers in het onderwijs geregeld worden door andere richtlijnen, zoals de CAO Rijk. De indiening van ouderschapsverlof is sinds 1 juli 2024 verplicht via online formulieren bij de RVA, met uitzondering van werknemers in de sector onderwijs, waar de verplichting vanaf 1 oktober 2024 ingaat.

De uitkeringen voor ouderschapsverlof zijn mogelijk, maar onder voorwaarden. De RVA betaalt maandelijkse uitkeringen, maar de werkgever moet aan bepaalde toegangsvoorwaarden voldoen. Daarnaast moeten werknemers zich beperken tot één activiteit en hun woonplaats behouden binnen België of een ander land van de EER. De aanvraagprocedure vereist ondersteuning met bewijzen, zoals documenten die aantonen dat het kind bij de ouders woont of dat het kind een handicap heeft. Voor ouderschapsverlof op basis van adoptie of pleegzorg zijn er extra stappen nodig om het recht op verlof te verkrijgen.

In de volgende secties wordt uitgebreid ingegaan op de aard van ouderschapsverlof, de regels rond wanneer en wie ouderschapsverlof kan nemen, de verschillende vormen van onderbreking, de indieningsprocedure, en de mogelijkheid tot uitkeringen.

Aard van ouderschapsverlof

Ouderschapsverlof is een vorm van thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt om tijdelijk hun arbeidsprestaties te verminderen of volledig te stoppen om zorg te kunnen nemen voor hun kind of kinderen. Dit verlof is gericht op jonge kinderen en kan worden aangewend bij geboorte, adoptie of pleegzorg. Het verschilt van andere vormen van verlof, zoals tijdskrediet of loopbaanonderbreking, doordat het specifiek gericht is op de zorg voor jonge kinderen.

Ouderschapsverlof kan worden ingevuld in verschillende vormen, afhankelijk van de wensen van de werknemer en de mogelijkheden van de werkgever. De vier mogelijke vormen zijn een volledige onderbreking, een onderbreking tot 1/2, een onderbreking met 1/5, en een onderbreking met 1/10. De keuze van de vorm hangt af van de werkregeling van de werknemer (voltijds of deeltijds) en het doel van het verlof. Werknemers die voltijds werken kunnen bijvoorbeeld kiezen om halftijds verder te werken, terwijl werknemers die deeltijds werken mogelijk aanspraak kunnen maken op een volledige onderbreking van hun arbeid.

De duur van ouderschapsverlof is niet vastgelegd in een vaste periode, maar hangt af van de leeftijd van het kind en de regels die van toepassing zijn op de sector waarin de werknemers werken. Voor kinderen tot 8 jaar is ouderschapsverlof mogelijk, terwijl ouderschapsverlof voor kinderen van 8 tot 12 jaar slechts geldt bij bepaalde omstandigheden, zoals bij adoptie of pleegzorg. Bij kinderen met een handicap kan ouderschapsverlof tot 21 jaar worden aangewend, mits de voorwaarden van de medisch-sociale schaal zijn vervuld.

De mogelijkheid om ouderschapsverlof te nemen is ook bepaald door de aard van de relatie tussen de werknemer en het kind. Ouderschapsverlof is toegestaan voor biologische ouders, adoptieouders, pleegouders en stiefouders, mits de kinderen officieel zijn ingeschreven in het gezin. De aanspraak op ouderschapsverlof is ook mogelijk voor beide ouders, zolang de leeftijdsgrenzen en andere voorwaarden zijn vervuld. Dit betekent dat zowel vader als moeder aanspraak kunnen maken op ouderschapsverlof voor hun kind, mits de regels van de sector en de wettelijke bepalingen zijn nageleefd.

Wie kan ouderschapsverlof nemen?

Ouderschapsverlof is bedoeld voor werknemers die tijdelijk willen stoppen met werken of hun werkregeling willen verminderen om zorg te kunnen nemen voor jonge kinderen. Om ouderschapsverlof te kunnen nemen, moet een werknemer in loondienst zijn en onderworpen zijn aan het Belgische arbeidsrecht. De werknemer moet ook een loon ontvangen waarop sociale bijdragen zijn betaald voor de RSZ, inclusief bijdragen voor de werkloosheid. Werknemers die in de privésector werken, in gemeenten of provincies, vallen onder deze regel. Werknemers in het onderwijs zijn onder andere regels geregeld, zoals in de CAO Rijk.

De aanspraak op ouderschapsverlof is mogelijk voor verschillende groepen van ouders. De biologische moeder en vader van een kind kunnen ouderschapsverlof nemen, evenals de persoon die een kind heeft erkend. Ook meemoeders en adoptieouders hebben het recht op ouderschapsverlof. Bij adoptie of pleegzorg moeten er specifieke voorwaarden zijn vervuld, zoals dat het kind is ingeschreven in het gezin en bij de ouders woont. Voor pleegouders moet het kind zijn aangeduid door een rechter of een erkende pleegzorgsdienst en bij de ouders wonen in het kader van langdurige pleegzorg.

De leeftijd van het kind is een belangrijke bepaling voor de aanspraak op ouderschapsverlof. Voor kinderen tot 8 jaar is ouderschapsverlof mogelijk. Bij kinderen ouder dan 8 jaar kan ouderschapsverlof worden aangewend bij adoptie of pleegzorg, mits de kinderen jonger zijn dan 12 jaar. Voor kinderen met een handicap kan ouderschapsverlof tot 21 jaar worden aangewend, mits de voorwaarden van de medisch-sociale schaal zijn vervuld. Deze schaal bepaalt de mate van de handicap aan de hand van punten, waarbij minstens 66% fysieke of mentale ongeschiktheid of 4 punten in pijler 1 of 9 punten in alle drie pijlers vereist zijn.

Werknemers kunnen ouderschapsverlof nemen voor meerdere kinderen tegelijk, zonder dat het verlof voor één kind eerst moet worden afgemaakt. Beide ouders kunnen ouderschapsverlof nemen voor hetzelfde kind, zolang de leeftijdsgrenzen en andere voorwaarden zijn vervuld. De aanspraak op ouderschapsverlof kan ook worden aangewend voor adoptie- of pleegkinderen, mits de voorwaarden zijn vervuld en het kind bij de ouders woont.

Vormen van ouderschapsverlof

Ouderschapsverlof kan worden ingevuld in verschillende vormen, afhankelijk van de wensen van de werknemer en de mogelijkheden van de werkgever. De vier mogelijke vormen zijn een volledige onderbreking, een onderbreking tot 1/2, een onderbreking met 1/5, en een onderbreking met 1/10. De keuze van de vorm hangt af van de werkregeling van de werknemer (voltijds of deeltijds) en het doel van het verlof.

Een volledige onderbreking betekent dat de werknemer tijdelijk volledig stopt met werken. Deze vorm is beschikbaar voor zowel voltijds als deeltijds werkende werknemers. Het is de meest gebruikte vorm van ouderschapsverlof, vooral bij jonge kinderen. Een volledige onderbreking kan worden ingevuld voor een periode die afhankelijk is van de leeftijd van het kind en de voorwaarden van de sector waarin de werknemers werken.

Een onderbreking tot 1/2 betekent dat de werknemer halftijds verder werkt. Deze vorm is beschikbaar voor voltijds werkende werknemers. Het is een populaire keuze voor ouders die willen blijven werken, maar hun tijd willen verdelen tussen werk en zorg voor hun kind. Een onderbreking tot 1/2 kan worden aangewend om flexibel te blijven in de arbeidsmarkt en de zorg voor het kind te combineren.

Een onderbreking met 1/5 betekent dat de werknemer 80% van een voltijdse arbeidsregeling blijft werken. Deze vorm is ook alleen beschikbaar voor voltijds werkende werknemers. Het is een minder gebruikelijke vorm van ouderschapsverlof, maar kan nuttig zijn voor werknemers die willen blijven werken, maar hun werkregeling willen verminderen om meer tijd te hebben voor de zorg voor hun kind.

Een onderbreking met 1/10 betekent dat de werknemer 90% van een voltijdse arbeidsregeling blijft werken. Deze vorm is beschikbaar voor voltijds werkende werknemers in de overheid en onderwijssector. Het is een zeer lichte vorm van ouderschapsverlof en wordt zelden aangewend, maar kan nuttig zijn voor werknemers die willen blijven werken, maar hun werkregeling slechts licht willen verminderen.

De keuze van de vorm van ouderschapsverlof hangt af van de persoonlijke situatie van de werknemer, de wensen van de werkgever, en de regels van de sector waarin de werknemers werken. Werknemers kunnen de vorm van ouderschapsverlof aanpassen aan hun persoonlijke situatie, zolang de voorwaarden zijn vervuld en de werkgever akkoord gaat met de keuze.

Indieningsprocedure en online aanvraag

Sinds 1 juli 2024 is de indiening van ouderschapsverlof verplicht via online formulieren bij de RVA. Dit betreft alle sectoren, behalve de sector onderwijs, waar de verplichting vanaf 1 oktober 2024 ingaat. De online aanvraagprocedure is ontworpen om de administratie te vereenvoudigen en de indiening van ouderschapsverlof sneller en efficiënter te maken. Werknemers kunnen de aanvraag online indienen via de website van de RVA, naast andere opties zoals Break@work, waar extra informatie en uitlegfilmpjes beschikbaar zijn.

De aanvraagprocedure voor ouderschapsverlof bestaat uit verschillende stappen. Eerst moet de werknemer zijn werkgever informeren over zijn of haar wens om ouderschapsverlof te nemen. De werkgever moet het werkgeversdeel van de aanvraag invullen, waarna de werknemer het resterende deel van de aanvraag kan invullen. De aanvraag kan worden ingediend via de online formulieren van de RVA, waarbij de werknemer alle benodigde informatie moet geven, zoals de gegevens van het kind, de gewenste vorm van ouderschapsverlof, en de ingangsdatum van het verlof. De RVA stuurt de beslissing van de aanvraag vervolgens terug aan de werknemer.

Voor ouderschapsverlof op basis van adoptie of pleegzorg zijn er extra stappen nodig om het recht op verlof te verkrijgen. Werknemers moeten bewijs leveren van de aanwezigheid van het kind in het gezin, zoals het inschrijven in het bevolkingsregister of een attest van de pleegzorgsdienst. Voor ouderschapsverlof op basis van een kind met een handicap moet ook bewijs worden aangeleverd, zoals medische documenten die aantonen dat de voorwaarden van de medisch-sociale schaal zijn vervuld. Deze documenten moeten bij de aanvraag worden meegenomen, zodat de RVA kan beoordelen of de voorwaarden zijn vervuld.

De indiening van ouderschapsverlof moet worden gedaan vóór of binnen twee maanden na de ingangsdatum van het verlof, zodat de RVA de uitkeringen kan toekennen vanaf het begin van het verlof. Werknemers die vragen hebben over de aanvraagprocedure kunnen terecht bij Break@work, waar ze extra uitleg kunnen ontvangen of hulp kunnen krijgen bij het invullen van de formulieren. Werknemers die problemen ondervinden bij het invullen van de formulieren kunnen contact opnemen met de RVA om hulp te krijgen bij de indiening van hun aanvraag.

Onderbrekingsuitkeringen en voorwaarden

Tijdens ouderschapsverlof kan een maandelijkse uitkering worden uitbetaald door de RVA, mits de voorwaarden zijn vervuld. Deze uitkering is bedoeld om werknemers te ondersteunen tijdens hun verlof en hun inkomsten te waarborgen. De uitkering wordt uitbetaald zolang het ouderschapsverlof actief is en de werknemer zich aan de regels houdt. De uitkering is echter niet automatisch toegekend en moet worden aangevraagd via de online formulieren van de RVA.

De uitkering is alleen mogelijk als de werkgever aan bepaalde toegangsvoorwaarden voldoet. Deze voorwaarden zijn gericht op de voortzetting van het contract en de aanwezigheid van de werknemer in België of in een ander land van de EER. De werkgever moet ervoor zorgen dat de werknemer geen andere activiteit uitvoert tijdens het ouderschapsverlof en dat de werknemer zijn woonplaats niet verlaat buiten de toegestane regio’s. Dit is om te voorkomen dat de werknemer tijdens het verlof werkt in een andere regio of land en de uitkeringen daardoor ongeldig worden.

Daarnaast moet de werknemer zich beperken tot één activiteit tijdens het ouderschapsverlof. Dit betekent dat de werknemer geen andere baan of freelance activiteit mag uitvoeren, tenzij het verlof in de vorm van een onderbreking met 1/5 of 1/10 is. In dat geval kan de werknemer wel verder werken, mits de werkregeling is verminderd. De werknemer mag ook geen verboden pensioen ontvangen tijdens het ouderschapsverlof, zoals een pensioen dat niet toegestaan is volgens de regels van de RSZ.

De uitkering wordt uitbetaald op basis van het loon van de werknemer en de duur van het ouderschapsverlof. De uitkering kan worden uitbetaald voor een volledige onderbreking of voor een gedeeltelijke onderbreking, afhankelijk van de vorm van het verlof. De uitkering is meestal hoger voor een volledige onderbreking, omdat de werknemer volledig stopt met werken en meer tijd heeft voor de zorg voor het kind. Voor een onderbreking tot 1/2 of 1/5 is de uitkering lager, omdat de werknemer nog steeds verder werkt, maar minder uren per week.

De uitkering kan ook worden uitbetaald voor meerdere kinderen, mits de voorwaarden zijn vervuld. Werknemers kunnen ouderschapsverlof nemen voor meerdere kinderen tegelijk, zolang de leeftijdsgrenzen en andere voorwaarden zijn vervuld. De uitkering wordt dan uitbetaald voor elk kind apart, mits de werknemer voldoet aan de regels voor ouderschapsverlof. Werknemers kunnen ook ouderschapsverlof nemen voor kinderen van verschillende leeftijd, zolang de voorwaarden zijn vervuld voor elk kind.

Conclusie

Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt om tijdelijk hun arbeidsprestaties te schorsen of te verminderen om zorg te kunnen nemen voor jonge kinderen. Dit verlof is beschikbaar in verschillende vormen, afhankelijk van de wensen van de werknemer en de mogelijkheden van de werkgever. De regels rond ouderschapsverlof zijn in grote mate afhankelijk van de sector waarin de werknemers werken en de leeftijd van het kind. Werknemers in de privésector, gemeenten en provincies moeten rekening houden met de wettelijke bepalingen van de Wet arbeid en zorg (Wazo), terwijl werknemers in het onderwijs geregeld worden door andere richtlijnen, zoals de CAO Rijk.

De aanspraak op ouderschapsverlof is mogelijk voor verschillende groepen van ouders, zoals biologische ouders, adoptieouders, pleegouders en stiefouders, mits de kinderen officieel zijn ingeschreven in het gezin. De leeftijd van het kind is een belangrijke bepaling voor de aanspraak op ouderschapsverlof. Voor kinderen tot 8 jaar is ouderschapsverlof mogelijk, terwijl ouderschapsverlof voor kinderen van 8 tot 12 jaar slechts geldt bij bepaalde omstandigheden, zoals bij adoptie of pleegzorg. Bij kinderen met een handicap kan ouderschapsverlof tot 21 jaar worden aangewend, mits de voorwaarden van de medisch-sociale schaal zijn vervuld.

Ouderschapsverlof kan worden ingevuld in verschillende vormen, zoals een volledige onderbreking, een onderbreking tot 1/2, een onderbreking met 1/5, en een onderbreking met 1/10. De keuze van de vorm hangt af van de werkregeling van de werknemer en het doel van het verlof. Werknemers kunnen ouderschapsverlof nemen voor meerdere kinderen tegelijk, zolang de voorwaarden zijn vervuld. De indiening van ouderschapsverlof is sinds 1 juli 2024 verplicht via online formulieren bij de RVA, met uitzondering van werknemers in de sector onderwijs, waar de verplichting vanaf 1 oktober 2024 ingaat.

Tijdens ouderschapsverlof kan een maandelijkse uitkering worden uitbetaald door de RVA, mits de voorwaarden zijn vervuld. Deze uitkering is bedoeld om werknemers te ondersteunen tijdens hun verlof en hun inkomsten te waarborgen. De uitkering is echter niet automatisch toegekend en moet worden aangevraagd via de online formulieren van de RVA. Werknemers die vragen hebben over de aanvraagprocedure kunnen terecht bij Break@work, waar ze extra uitleg kunnen ontvangen of hulp kunnen krijgen bij het invullen van de formulieren.

Bronnen

  1. C61 - Ouderschapsverlof
  2. Ouderschapsverlof
  3. Uitleg ouderschapsverlof

Gerelateerde berichten