Kinderopvang: Financiering en Vergoedingen voor Ouders
september 7, 2025
De kinderopvangsector ondergaat significante veranderingen met betrekking tot de inzet van zelfstandige pedagogisch medewerkers (PM’ers), vaak aangeduid als zzp’ers. Recente regelgeving en handhaving door de Belastingdienst leiden tot een verschuiving van zzp-constructies naar dienstverbanden. Dit artikel biedt een overzicht van de huidige situatie, de redenen achter deze veranderingen, en de gevolgen voor zowel de organisaties als de PM’ers.
De Belastingdienst scherpt de regels aan om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Het doel is om een duidelijk onderscheid te maken tussen daadwerkelijke zelfstandigen en zzp’ers die in feite als werknemers functioneren. Deze aanpak is bedoeld om de arbeidsmarkt eerlijker te maken en zelfstandigen de bescherming te bieden die zij verdienen. De kinderopvangsector wordt als een sector met een hoog risico op schijnzelfstandigheid beschouwd, mede op basis van het ‘Deliveroo-arrest’ uit 2023, waarin de Hoge Raad negen gezichtspunten heeft geformuleerd om te bepalen of er sprake is van een arbeidsovereenkomst of een opdrachtovereenkomst.
Het risico op schijnzelfstandigheid is groot bij PM’ers die direct met kinderen werken. Dit komt voort uit de hoge mate van inbedding en aansturing binnen de kinderopvangorganisatie. Factoren die hieraan bijdragen zijn onder meer de bepaling van werktijden en locatie door de opdrachtgever, het leveren van benodigde materialen en hulpmiddelen, en de beperkte vrijheid van de zzp’er in de uitvoering van het werk. Als een opdrachtgever de werktijden en werkplek bepaalt, kan dit wijzen op een dienstverband. Evenzo duidt het verstrekken van materialen en hulpmiddelen door de organisatie op een werkgever-werknemerrelatie. Een echte zelfstandige heeft de vrijheid om het werk naar eigen inzicht uit te voeren.
Als gevolg van de strengere regelgeving en de handhaving door de Belastingdienst, is er een aanzienlijke afname van het aantal zzp’ers in de kinderopvang te verwachten. ABN AMRO schat dat de inzet van zzp’ers in de dagopvang en buitenschoolse opvang (bso) met 70 procent zal afnemen. In 2024 werd gemiddeld 10 procent van de opvang uitgevoerd door ongeveer 17.000 zzp’ers, wat neerkomt op ongeveer 90.000 kinderen onder de hoede van zzp’ers en 6 miljoen kinderopvanguren per maand.
Organisaties zoals Babilou Family hebben al publiekelijk aangekondigd niet langer met zzp’ers te werken, in lijn met de wetgeving. Andere kinderopvangorganisaties en brancheverenigingen volgen dit voorbeeld.
Voor PM’ers biedt een dienstverband verschillende voordelen ten opzichte van een zzp-constructie. Een dienstverband biedt een betere bescherming van het inkomen bij ziekte of arbeidsongeschiktheid. Daarnaast bouwen werknemers direct pensioen op, wat een belangrijke financiële zekerheid biedt voor de toekomst. Een dienstverband biedt ook meer financiële zekerheid in het algemeen.
Uit onderzoek blijkt dat een grote meerderheid (87%) van de huidige zzp’ers in de kinderopvang eerder in loondienst heeft gewerkt. Deze PM’ers hebben er niet voor gekozen om in een andere branche te werken, maar willen graag binnen de kinderopvang blijven. De wensen van deze PM’ers, zoals meer vrijheid, minder werkdruk, een betere balans tussen werk en privé, en een beter salaris, komen overeen met de wensen van PM’ers met een arbeidsovereenkomst.
Hoewel de mogelijkheden voor zzp’ers in de traditionele zin afnemen, blijven er enkele mogelijkheden bestaan. Zo kunnen zzp’ers actief blijven in de gastouderopvang, waar relatief veel zelfstandige gastouders actief zijn en waar minder sprake is van schijnzelfstandigheid. Ook in de dagopvang en bso kan zzp-basis werken mogelijk blijven op kleine schaal, bijvoorbeeld bij specialistische diensten zoals muzieklessen, sportlessen of bij invaldiensten met spoed.
Een platform als Tadaah zet in op het faciliteren van deze mogelijkheden door specifieke zelfstandigheidscriteria te hanteren, gebaseerd op de gezichtspunten van de Hoge Raad. Als aan deze criteria wordt voldaan, bijvoorbeeld bij spoed- of invaldiensten die kort van tevoren worden aangekondigd, kan een PM’er nog steeds als zzp’er werken.
Kinderopvangorganisaties spelen een cruciale rol in deze transitie. Het is belangrijk dat zij de opdrachtovereenkomsten met zzp’ers controleren en ervoor zorgen dat deze voldoen aan de criteria voor zelfstandigheid. Daarnaast moeten organisaties kritisch evalueren hoe zij zzp’ers inzetten en letten op factoren zoals werktijden, locatie, en de vrijheid in de uitvoering van het werk.
Organisaties kunnen ook inspelen op de wensen van PM’ers, zoals meer vrijheid, minder werkdruk, een betere balans tussen werk en privé, en een beter salaris, door deze wensen op de agenda te zetten bij werkgevers en overal waar het maar nodig is. Het is belangrijk om te erkennen dat de wensen van PM’ers met een arbeidsovereenkomst en zzp’ers grotendeels overeenkomen, en om te proberen deze wensen te realiseren in een dienstverband.
De verschuiving van zzp’ers naar dienstverbanden heeft gevolgen voor de arbeidsmarkt in de kinderopvang. Naar schatting zullen 24.000 zzp’ers geen zzp’er meer kunnen zijn. Dit betekent dat er een grote behoefte is aan werknemers met een arbeidsovereenkomst. Organisaties zullen zich moeten inspannen om voldoende gekwalificeerd personeel aan te trekken en te behouden.
Het is belangrijk dat de arbeidsvoorwaarden in de kinderopvang aantrekkelijk zijn, zodat PM’ers ervoor kiezen om in loondienst te werken. Dit omvat niet alleen een goed salaris, maar ook goede secundaire arbeidsvoorwaarden, zoals een eindejaarsuitkering, een reiskostenvergoeding, en toegang tot ontwikkelingsmogelijkheden.
Humankind biedt bijvoorbeeld contracturen in overleg, een salaris volgens de CAO kinderopvang (schaal 6, tussen € 2.577,- en € 3.541,- bruto per maand bij een 36-urige werkweek), een inwerkprogramma, een eindejaarsuitkering, een reiskostenvergoeding, en toegang tot een ‘JijTelt-shop’ voor verwennerijen.
De kinderopvangsector staat voor een belangrijke transitie met betrekking tot de inzet van zzp’ers. De strengere regelgeving en handhaving door de Belastingdienst leiden tot een afname van zzp-constructies en een verschuiving naar dienstverbanden. Dit biedt kansen om de arbeidsvoorwaarden in de kinderopvang te verbeteren en de sector aantrekkelijker te maken voor gekwalificeerd personeel. Organisaties spelen een cruciale rol in deze transitie door de opdrachtovereenkomsten te controleren, de inzet van zzp’ers te evalueren, en in te spelen op de wensen van PM’ers.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet