Kinderopvang: Financiering en Vergoedingen voor Ouders
september 7, 2025
Voorschoolse educatie (VE) en kinderopvang spelen een cruciale rol in de ontwikkeling van jonge kinderen. Deze voorzieningen zijn bedoeld voor kinderen van verschillende leeftijden en met uiteenlopende behoeften, en zijn gericht op het bevorderen van onderwijskansen en het voorbereiden op de basisschool. Dit artikel biedt een overzicht van de verschillende vormen van voorschoolse educatie en kinderopvang, de regelgeving die hierop van toepassing is, en de mogelijkheden voor financiële ondersteuning.
Voorschoolse educatie is specifiek gericht op kinderen tussen de 2,4 en 4 jaar oud die een risico lopen op een onderwijsachterstand. Het doel is het bevorderen van gelijke kansen in het onderwijs. Gemeenten zijn wettelijk verplicht om jaarlijks, in samenwerking met het onderwijs en de kinderopvang, te bepalen welke kinderen in aanmerking komen voor VE.
Er bestaan verschillende vormen van voorschoolse educatie, waaronder:
Naast voorschoolse educatie zijn er diverse vormen van kinderopvang beschikbaar:
De activiteiten van voorschoolse educatie en kinderopvang zijn onderworpen aan diverse wet- en regelgeving, zowel landelijk als gemeentelijk. Landelijke regelgeving omvat onder meer:
Gemeenten kunnen aanvullend eigen beleid en regelgeving vaststellen, zoals de Utrechtse Onderwijs Agenda en de Algemene Subsidieverordening.
Kinderen met een ondersteuningsvraag kunnen extra begeleiding krijgen via ‘kinderopvang plus’ en ‘voorschoolse educatie plus’. Deze vormen van opvang bieden extra tijd, aandacht en begeleiding om goed te kunnen functioneren. Voor ‘voorschoolse educatie plus’ is een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) vereist, waarin de belemmerende en bevorderende factoren voor de peuter worden beschreven, evenals de benodigde ondersteuning.
Ouders die werken, kunnen in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. De overheid en de werkgever dragen bij aan de kosten van kinderopvang, waarbij ouders een deel van de kosten zelf betalen (ouderbijdrage). Informatie over de kinderopvangtoeslag en de voorwaarden is te vinden op de website van de Belastingdienst en op www.boink.info.
Pedagogisch medewerkers die werkzaam zijn in de voorschoolse educatie moeten voldoen aan specifieke opleidingseisen en scholingseisen, zoals vastgelegd in artikel 1.50b, onderdeel a van de Wet kinderopvang. Voor de ‘kinderopvang plus’ en ‘voorschoolse educatie plus’ geldt dat de pedagogisch medewerker minimaal hbo-niveau (of gelijkwaardig) moet hebben en affiniteit met de doelgroep. Van deze eis kan worden afgeweken, mits dit goed wordt beargumenteerd.
Aanbieders van ‘kinderopvang plus’ en ‘voorschoolse educatie plus’ kunnen subsidie aanvragen. Voor ‘voorschoolse educatie plus’ bedraagt de maximale vergoeding €3.000 per doelgroeppeuter per jaar. Voor ‘buitenschoolse opvang plus’ bedraagt de maximale vergoeding €28,25 per bezette kindplek per dagdeel. Het maximale subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal bezette kindplekken.
Het is belangrijk om te kiezen voor een kinderopvangvoorziening die geregistreerd is in het Landelijk Register Kinderopvang. Dit garandeert dat de voorziening voldoet aan bepaalde kwaliteitseisen en dat ouders in aanmerking kunnen komen voor kinderopvangtoeslag.
Voorschoolse educatie en kinderopvang zijn essentiële voorzieningen voor jonge kinderen en hun ouders. Er zijn verschillende vormen van opvang beschikbaar, elk met hun eigen kenmerken en doelgroep. De regelgeving rondom voorschoolse educatie en kinderopvang is uitgebreid en gericht op het waarborgen van kwaliteit en toegankelijkheid. Financiële ondersteuning is beschikbaar via de kinderopvangtoeslag en subsidies voor aanbieders. Het is belangrijk voor ouders om zich goed te informeren over de verschillende mogelijkheden en te kiezen voor een opvangvoorziening die aansluit bij de behoeften van hun kind.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet