De kwaliteit van kinderopvang is van groot belang voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het toezicht op kinderopvanglocaties, een taak die vaak wordt uitbesteed aan de Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD). Deze inspecties zijn erop gericht te controleren of de opvang voldoet aan de eisen uit de Wet kinderopvang (WKO). Dit artikel geeft een overzicht van het inspectieproces, de beoordelingscriteria, de openbaarheid van rapporten en recente ontwikkelingen in het toezicht.
Het Inspectieproces
Inspecties van kinderopvanglocaties worden doorgaans onaangekondigd uitgevoerd door de GGD. Jaarlijks worden kinderdagverblijven, buitenschoolse opvanglocaties en gastouderbureaus geïnspecteerd, en er wordt een steekproef gehouden onder gastouders. Tijdens een inspectiebezoek wordt gekeken naar verschillende aspecten van de opvang.
Het inspectiebezoek bestaat uit een combinatie van documentcontrole, observaties van de pedagogische praktijk, gesprekken met medewerkers en de locatieverantwoordelijke, en eventueel contact met de oudercommissie. De toezichthouder toont altijd een legitimatiebewijs om de identiteit te bevestigen.
Beoordelingscriteria
De toezichthouder beoordeelt een breed scala aan criteria, waaronder:
- Pedagogisch beleid en praktijk: Hoe wordt er met kinderen omgegaan en welke pedagogische aanpak wordt gehanteerd?
- Personeel en opvang in groepen: Voldoen de medewerkers aan de kwalificatie-eisen en is er voldoende personeel aanwezig in verhouding tot het aantal kinderen?
- Veiligheid en gezondheid: Is de omgeving veilig en hygiënisch en wordt er aandacht besteed aan de gezondheid van de kinderen?
- Accommodatie: Is de inrichting van de ruimtes geschikt voor de leeftijd van de kinderen en voldoet deze aan de veiligheidseisen?
- Informatie aan ouders, oudercommissie en klachtenregeling: Worden ouders voldoende geïnformeerd en is er een duidelijke klachtenregeling aanwezig?
- Diploma’s en registraties: Zijn de medewerkers correct ingeschreven in het Personenregister Kinderopvang (PRK) en beschikken ze over de vereiste diploma’s?
- Ruimte en inrichting: Voldoen de ruimtes waar kinderen gebruik van maken aan de eisen op het gebied van veiligheid, hygiëne en functionaliteit?
Het Inspectierapport
Na het inspectiebezoek stelt de toezichthouder een inspectierapport op. Dit rapport bevat een overzicht van de getoetste eisen, de bevindingen van de inspectie, de beoordeling en een advies aan de gemeente. De kinderopvangorganisatie heeft de mogelijkheid om te reageren op het rapport.
Openbaarheid van Inspectierapporten
Inspectierapporten zijn openbaar en kunnen door iedereen worden ingezien via het Landelijk Register Kinderopvang (LRK). In dit register is ook een samenvatting van de inspectieresultaten te vinden, vaak aangeduid als ‘In-één-oogopslag’. Dit biedt ouders de mogelijkheid om een weloverwogen keuze te maken voor een opvanglocatie. Als een organisatie geen website heeft, moet het rapport op een zichtbare plek op de opvanglocatie liggen.
Wat te doen bij zorgen over de kwaliteit?
Ouders die zorgen hebben over de kwaliteit van de kinderopvang kunnen in eerste instantie contact opnemen met de aanbieder van de opvang en de klachtenregeling opvragen. Elke kinderopvangorganisatie of gastouderbureau heeft een eigen klachtenregeling. Als er geen oplossing wordt gevonden, kan de klacht worden ingediend bij het landelijk klachtenloket Kinderopvang.
Als er signalen zijn dat een kindercentrum, gastouder of gastouderbureau niet aan de wettelijke eisen voldoet, kan dit gemeld worden bij de Inspectie Kinderopvang van de GGD. Meldingen kunnen zowel anoniem als niet-anoniem worden gedaan. Bij een anonieme melding ontvangt de melder geen terugkoppeling van de GGD.
Advies aan de Gemeente en Maatregelen
Als de inspectie uitwijst dat een kinderopvanglocatie (deels) niet aan de kwaliteitseisen voldoet, adviseert de GGD de gemeente om passende maatregelen te nemen. De gemeenten zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor het toezicht op de kinderopvang en kunnen op basis van het advies van de GGD maatregelen treffen.
Registratie en Toezicht Gastouderopvang
Voor gastouderopvang geldt een specifieke registratieprocedure. Aanvragen voor registratie worden ingediend bij de GGD, die een inspectie uitvoert om te controleren of de opvang voldoet aan de eisen van de Wet kinderopvang. Na een positieve inspectie wordt de gastouder opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang. Het registratieproces kan maximaal 10 weken duren. Het is niet toegestaan om met de opvang te starten voordat de registratie in het LRK is voltooid.
Wijzigingen in de Kinderopvang doorgeven
Wijzigingen in de kinderopvang, zoals een verandering van het aantal kindplaatsen, een verhuizing of het aanbieden van voorschoolse educatie, moeten worden doorgegeven aan de gemeente. In sommige gemeenten kan dit rechtstreeks via de GGD regio Utrecht voor de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Montfoort, Utrechtse Heuvelrug en Woudenberg.
Flexibilisering van de Inspectieactiviteit
Sinds 1 januari 2022 kunnen GGD’en in overleg met gemeenten de reguliere inspecties op de kinderopvang ingrijpend veranderen. Deze verandering, genaamd ‘Flexibilisering van de inspectieactiviteit’, zorgt voor meer flexibiliteit in het toezicht en minder verplichte en vaste sets aan onderwerpen. De omvang van het toezicht blijft gelijk en de kwaliteitseisen zelf blijven ongewijzigd. De komende twee jaar wordt gemonitord om te bepalen of de flexibilisering definitief wordt ingevoerd.
Conclusie
De inspectie van kinderopvanglocaties is een belangrijk instrument om de kwaliteit van de opvang te waarborgen. De GGD speelt een cruciale rol in dit proces door het uitvoeren van inspecties en het rapporteren van bevindingen aan de gemeente. De openbaarheid van inspectierapporten via het Landelijk Register Kinderopvang biedt ouders de mogelijkheid om zich te informeren en een weloverwogen keuze te maken. Recente ontwikkelingen, zoals de flexibilisering van de inspectieactiviteit, streven naar een efficiëntere en effectievere vorm van toezicht, waarbij de focus ligt op de specifieke behoeften van elke opvanglocatie.