Kinderopvang in Nederland: Vereisten en Toezicht
september 6, 2025
De kosten van kinderopvang vormen een aanzienlijke financiële last voor veel ouders. Om de toegankelijkheid van kinderopvang te waarborgen, hanteert de overheid een systeem van kinderopvangtoeslag en maximale uurtarieven. Dit artikel geeft een overzicht van de ontwikkelingen en veranderingen in de kinderopvangtoeslag en uurtarieven in de periode 2023-2025, gebaseerd op beschikbare gegevens.
In 2024 zijn de uitgaven aan kinderopvangtoeslag uitgekomen op € 4.939,0 miljoen. Dit is € 140,4 miljoen hoger dan in de begroting van 2024 was voorzien. Een belangrijke oorzaak van dit verschil is de jaarlijkse reguliere indexatie van de kinderopvangtoeslag, die resulteerde in een verhoging van € 280,1 miljoen. Na correctie voor deze indexatie, zijn de uitgaven € 139,7 miljoen lager dan oorspronkelijk geraamd. Dit is te wijten aan een combinatie van factoren, waaronder hogere huishoudinkomens en een verhoging van de toeslagpercentages voor 2025 voor middeninkomens, die al in december 2024 werd doorgevoerd. Ook lagere nabetalingen over eerdere toeslagjaren droegen bij aan deze daling.
In oktober 2023 heeft de Tweede Kamer een amendement aangenomen om de maximum uurtarieven in 2024 verder te verhogen. Dit amendement had als doel de kinderopvangtoeslag beter af te stemmen op de daadwerkelijke kosten die ouders maken. Als reactie hierop heeft het kabinet de maximum uurtarieven voor dagopvang, buitenschoolse opvang (BSO) en gastouderopvang met respectievelijk 6,2%, 9,9% en 4,0% extra verhoogd, bovenop de reguliere indexatie. Uit eerste rapportages blijkt dat de betaalbaarheid van kinderopvang voor ouders hierdoor is toegenomen.
In 2024 is de Wet kinderopvang gewijzigd om Oekraïense ontheemden en ouders met een partner buiten de EU toegang te geven tot kinderopvangtoeslag. Deze wijziging maakt het mogelijk voor deze groepen ouders om (meer) te werken, doordat kinderopvang toegankelijker wordt.
De volgende tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de maximum uurtarieven voor de verschillende vormen van kinderopvang:
Vorm van Kinderopvang | 2023 (€) | 2024 (€) | 2025 (€) |
---|---|---|---|
Dagopvang | 9,12 | 10,25 | 10,71 |
Buitenschoolse Opvang | 7,85 | 9,12 | 9,52 |
Gastouderopvang | 6,85 | 7,53 | 8,10 |
Deze tabel laat zien dat de maximum uurtarieven voor alle vormen van kinderopvang in de periode 2023-2025 zijn gestegen.
Landelijk zijn er aanzienlijke verschillen in de uurtarieven van kinderopvangorganisaties. Het landelijk gemiddelde voor het uurtarief van een kinderdagverblijf lag in 2023 rond de € 9,72, terwijl het gemiddelde voor de BSO € 8,62 bedroeg. Deze tarieven zijn vaak hoger in regio's zoals Amsterdam en Rotterdam. Kinderopvangorganisatie KSH heeft doorgaans lagere uurtarieven dan het landelijk gemiddelde. De organisatie streeft ernaar de uurtarieven af te stemmen op de kinderopvangtoeslag, maar de toenemende kostenstijgingen en het overheidsbeleid maken dit steeds moeilijker.
Het kabinet heeft besloten de maximum uurprijs voor kinderopvangkosten in 2025 verder te verhogen met een extra 0.94% voor alle vormen van kinderopvang. Dit komt neer op een structurele verhoging van € 57 miljoen bovenop de eerdere verhoging van € 225 miljoen voor de reguliere indexatie. Deze extra verhoging is bedoeld om ouders te compenseren voor de hoge inflatie in 2022 en om de kinderopvang toegankelijk en betaalbaar te houden.
De nieuwe maximum uurtarieven voor 2025 zijn als volgt:
Het aantal kinderen dat gebruikmaakt van kinderopvangtoeslag is in 2024 gestegen naar 912.000, wat 21.000 meer is dan verwacht. Deze stijging is vooral te wijten aan een hoger aantal kinderen in de buitenschoolse opvang. Gemiddeld gingen kinderen in 2024 65,7 uur per maand naar de kinderopvang, wat 0,9 uur minder is dan verwacht. Het gebruik van de toeslag is lager onder huishoudens met een inkomen tot 1,5 keer modaal, maar hoger onder huishoudens met een inkomen vanaf 1,5 keer modaal. Dit hangt samen met de stijging van de inkomens in 2024.
De gegevens laten zien dat het aantal gewerkte uren per week in alle groepen in 2024 stabiel is gebleven of licht is gedaald ten opzichte van 2023. Voor vrouwen tussen de 15 en 75 jaar lag het gemiddelde aantal gewerkte uren op 27,9 uur per week, terwijl dit voor mannen 35,9 uur was. Voor moeders met jonge kinderen (0-11 jaar) was dit 28,1 uur en voor vaders 39,8 uur.
De ontvangsten uit de werkgeversbijdrage kinderopvang zijn in 2024 € 133,9 miljoen hoger uitgekomen dan begroot. Dit is te verklaren doordat de totale loonsom in 2024 hoger was dan verwacht, mede doordat in de begroting nog werd gerekend in prijspeil 2023.
De kinderopvangtoeslag en de maximum uurtarieven zijn in de periode 2023-2025 aanzienlijk veranderd. De overheid heeft verschillende maatregelen genomen om de kinderopvang toegankelijker en betaalbaarder te maken, waaronder verhogingen van de toeslagpercentages en de maximum uurtarieven. Deze maatregelen zijn vooral bedoeld om de stijgende kosten van kinderopvang te compenseren en om ouders te ondersteunen bij het combineren van werk en zorg voor hun kinderen. De regionale verschillen in uurtarieven blijven echter bestaan, en de kostenstijgingen vormen een voortdurende uitdaging voor kinderopvangorganisaties.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet