Geluidsoverlast van Kinderopvang: Een Overzicht van Regelgeving en Praktische Overwegingen
september 5, 2025
De veiligheid van kinderen in de kinderopvang is van groot belang. Dit omvat ook de veiligheid van de speeltoestellen die zij gebruiken. De regelgeving rondom speeltoestellen, met name het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS), kan complex zijn, en er zijn verschillen in de eisen die gesteld worden aan verschillende vormen van kinderopvang. Dit artikel geeft een overzicht van de huidige regelgeving en richtlijnen voor speeltoestellen in de kinderopvang, met speciale aandacht voor gastouders en kinderdagverblijven.
Voor kinderdagverblijven gelden specifieke eisen met betrekking tot de inrichting en het gebruik van speeltoestellen. Hoewel de regelgeving niet expliciet stelt dat alle speeltoestellen gecertificeerd moeten zijn volgens de norm EN1176, kan de GGD tijdens jaarlijkse inspecties hiernaar vragen. De GGD controleert ongeveer 50% van alle gastouders en kinderdagverblijven in Nederland op algemene veiligheid, inclusief de speeltoestellen. Als een speeltoestel en de omgeving rondom als veilig worden beoordeeld, kan het goedgekeurd worden, zelfs zonder een certificaat volgens EN1176.
Het is belangrijk te benadrukken dat openbare speeltoestellen, zoals die in speeltuinen, wel gecertificeerd moeten zijn voor openbaar of commercieel gebruik volgens EN1176. Omdat een kinderdagverblijf niet uitsluitend voor privégebruik is, vallen de speeltoestellen hier in principe ook onder publiek gebruik.
Tot voor kort waren gastouders onderworpen aan dezelfde strenge eisen als kinderdagverblijven met betrekking tot speeltoestellen. Dit leidde tot onduidelijkheid en onrust, omdat het onderscheid tussen privé- en publiek gebruik niet altijd helder was. Gelukkig is er per 1 januari 2025 een wijziging doorgevoerd. Gastouders zijn nu vrijgesteld van de regels van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS 2023). Dit betekent dat zij niet langer verplicht zijn om te voldoen aan de technische veiligheidseisen die voor openbare speeltoestellen gelden.
Deze uitzondering is gemaakt omdat de situatie bij gastouders anders is dan bij kinderdagverblijven. De speeltoestellen worden in een meer privé-achtige setting gebruikt, en de risico's worden als lager beoordeeld.
Naast de veiligheidseisen zijn er ook belangrijke hygiënerichtlijnen voor speeltoestellen en -materialen in de kinderopvang. Speeltoestellen kunnen vervuild raken met lichaamsvloeistoffen, zoals bloed en urine, wat de kans op infecties kan vergroten. Daarom is het belangrijk om speeltoestellen regelmatig schoon te maken en te onderhouden.
Voor binnenspeeltuinen, speeltoestellen, ballenbakken en speelgoed gelden de volgende normen:
Zandbakken vormen een specifieke bron van hygiëneproblemen. In zandbakken kunnen uitwerpselen en urine van honden en katten terechtkomen, wat kan leiden tot de verspreiding van ziekteverwekkers, zoals spoelwormen en toxoplasmose. Spoelwormeitjes worden na drie tot vier weken besmettelijk. Om dit te voorkomen, is het belangrijk om:
Speelgoed valt ook onder de veiligheidseisen. Speelgoed is gedefinieerd als artikelen voor baby's, peuters, kleuters en kinderen tot 14 jaar om mee te spelen, ook als ze hier niet specifiek voor ontworpen zijn. Speeltoestellen voor particulier gebruik worden ook gezien als speelgoed.
Voor speelgoed voor de groep zeer kwetsbare kinderen (baby's en peuters) onder de 3 jaar gelden nog strengere eisen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) waarschuwt consumenten voor onveilig speelgoed en onderzoekt meldingen. Onveilig speelgoed wordt uit de handel gehaald. Consumenten kunnen onveilig speelgoed melden bij de NVWA via 0900-03 88.
Nederland is verplicht om informatie uit te wisselen over gevaarlijke producten met andere EU-landen. De NVWA verzorgt deze informatie-uitwisseling via het Europese RAPEX-systeem. Dit systeem wordt gebruikt als er kans is op ernstig letsel en ernstige gezondheidsschade.
De regelgeving stelt dat ten minste één lid van de directie van een kindercentrum een diploma op MBO niveau in een sociaal pedagogische richting moet bezitten, en alle leid(st)ers over een diploma op ten minste LBO niveau in een sociaal pedagogische richting. Dit onderstreept het belang van gekwalificeerd personeel in de kinderopvang.
Naast de regels rondom speeltoestellen en veiligheid, zijn er ook aspecten die flexibiliteit in de opvang mogelijk maken. Ouders kunnen soms eigen voeding en verzorgingsproducten meenemen. In sommige gevallen kan een kind ook worden opgevangen als het ziek is. Er is vaak ook de mogelijkheid om flexibele haal- en brengtijden af te spreken.
Het is belangrijk om ook de nadelen van bepaalde opvangvormen te overwegen. Bij gastouderopvang is er bijvoorbeeld geen sociale controle omdat er geen andere medewerkers aanwezig zijn. Ook zijn er geen eisen aan speelgoed, waardoor ouders zelf moeten inschatten of er voldoende uitdagend materiaal aanwezig is. Een gastouder heeft doorgaans geen diploma voor het werken in de kinderopvang. Als de gastouder wegvalt, kan dit leiden tot problemen met de opvang.
Een alternatieve opvangvorm is een leidster aan huis, ook wel nanny genoemd. Dit is een gediplomeerde leidster die bij de ouders thuis de kinderen opvangt. Via een bureau kan een leidster worden gevonden die bij het gezin past. De leidster verzorgt de kinderen de gehele dag en kan ze eventueel naar school of clubjes brengen, koken en op bed leggen. Dit is een dure vorm van opvang, vooral bij een klein aantal kinderen. Voordelen zijn onder andere dat het kind ’s ochtends niet weggebracht hoeft te worden, het kind in de vertrouwde omgeving blijft, het kind naar sportclubjes kan gaan op de opvangdag, ziekte geen probleem is, er veel persoonlijke aandacht is en de communicatielijnen kort zijn.
De veiligheid van kinderen in de kinderopvang staat voorop. De regelgeving rondom speeltoestellen is complex en verschilt per opvangvorm. Gastouders zijn per 1 januari 2025 vrijgesteld van de strenge eisen van het WAS 2023, terwijl kinderdagverblijven nog steeds aan bepaalde eisen moeten voldoen. Hygiëne en reiniging van speeltoestellen zijn essentieel om de verspreiding van ziekten te voorkomen. Het is belangrijk dat ouders en opvangorganisaties zich bewust zijn van de geldende regels en richtlijnen om een veilige en gezonde omgeving voor kinderen te creëren.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet