De Opleiding tot Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker Kinderopvang: Een Uitgebreid Overzicht
september 5, 2025
De kinderopvangsector kent specifieke regelingen omtrent verlof, arbeidsuren en overwerk. Deze regelingen zijn vastgelegd in de Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) Kinderopvang en zijn van belang voor zowel werkgevers als werknemers. Dit artikel geeft een overzicht van de belangrijkste punten, gebaseerd op de huidige CAO-afspraken.
Medewerkers in de kinderopvang hebben recht op zowel wettelijk als bovenwettelijk verlof. Het wettelijk verlof bedraagt vier keer het aantal contracturen per jaar. Voor een fulltime medewerker (36 uur per week) komt dit neer op 144 uur per jaar. Bij een parttime contract wordt dit aantal naar rato berekend. Zo heeft een medewerker met een contract van 27 uur per week recht op 108 uur wettelijk verlof. Wettelijke verlofuren kunnen in principe niet worden uitbetaald, tenzij bij uitdiensttreding. Deze uren vervallen zes maanden na het einde van het kalenderjaar, tenzij opname niet mogelijk is door bijvoorbeeld ziekte.
Naast het wettelijk verlof kent de CAO Kinderopvang ook bovenwettelijke verlofuren. Voor een fulltime medewerker bedraagt dit 66 uur per jaar, wat het totale verlof op 210 uur brengt. Ook hier geldt dat het aantal uren voor parttime medewerkers naar rato wordt berekend. Een medewerker met een contract van 27 uur per week heeft in dat geval recht op 157,5 uur verlof per jaar.
De medewerker heeft keuze in de besteding van de 66 uur bovenwettelijk verlof. Dit kan in de vorm van vrije tijd, waarbij het salaris doorbetaald wordt. De werkgever kan besluiten om aan alle medewerkers 26 uur van het verlofbudget in december uit te betalen. Dit besluit moet uiterlijk op 1 januari van hetzelfde kalenderjaar worden genomen en de betaling vindt plaats op basis van het op dat moment geldende uursalaris. Medewerkers hebben de mogelijkheid om hiervan af te wijken en de 26 uur op een andere manier te besteden, mits dit binnen de wettelijke en fiscale regels valt.
De werkgever kan een jaarurensystematiek invoeren, waarbij het aantal gewerkte uren per maand kan variëren. Er geldt een marge van maximaal 20% meer of minder dan het afgesproken gemiddeld aantal uur per maand. Voor de invoering van een jaarurensystematiek is geen instemming van de medezeggenschap vereist, maar wel overleg over de manier waarop de systematiek wordt ingevoerd.
Voor dagopvang geldt dat het saldo van plus- en min-uren nooit meer mag zijn dan het afgesproken gemiddeld aantal uur per twee weken. Voor buitenschoolse opvang en peuteropvang geldt een maximumsaldo per maand. Het doel van de jaarurensystematiek is om te voorkomen dat er aan het einde van het kalenderjaar een urensaldo overblijft.
Het salaris wordt uiterlijk twee dagen voor het einde van de maand uitbetaald. Toeslagen worden in de volgende maand uitbetaald. Elke maand ontvangt de medewerker een salarisstrook.
Voor medewerkers met een contract van minder dan 15 uur per week, zonder vaste werktijden, of waarbij de gewerkte uren onduidelijk zijn, geldt een speciale regeling. Zij hebben recht op 3 uur salaris voor iedere periode waarin ze minder dan 3 uur werken.
De regels rondom overwerk zijn afhankelijk van de CAO die van toepassing is. In de CAO Jeugdzorg geldt een extra vergoeding van 25% bovenop het normale uurloon bij een gemiddelde werkweek van meer dan 36 uur. Voor medewerkers in salarisschaal 9 of hoger geldt dat overwerk alleen in tijd kan worden gecompenseerd.
In het algemeen geldt dat extra gewerkte uren vergoed worden in de vorm van tijd of geld. Indien overwerk in tijd wordt gecompenseerd, moet dit schriftelijk worden vastgelegd en moet de werkgever de werknemer in de gelegenheid stellen om de uren in overleg en uiterlijk 1 juli van het volgende kalenderjaar op te nemen als doorbetaalde vrije tijd.
De FNV heeft de huidige CAO Kinderopvang niet getekend, omdat zij van mening is dat de voordelen voor werknemers onvoldoende zijn. Desondanks geldt de CAO ook voor FNV-leden, omdat de werkgever op basis van de Wet op de CAO de CAO op alle werknemers moet toepassen.
Medewerkers hebben recht op vier weken adoptie- of pleegzorgverlof gedurende een periode van 26 weken. Tijdens deze periode wordt het salaris volledig doorbetaald. Het recht op verlof ontstaat vier weken voordat de adoptie of pleegzorg begint. Bij de gelijktijdige adoptie van meerdere kinderen geldt slechts recht op één keer verlof. Ook pleegouders hebben recht op vier weken verlof als duidelijk is dat het kind duurzaam in het gezin wordt opgenomen. De opbouw van verlof en compensatie loopt door tijdens adoptie- of pleegzorgverlof.
Ouders hebben recht op maximaal 26 weken onbetaald ouderschapsverlof per kind, gelijk aan de formele arbeidsduur per week. In de CAO voor gemeenteambtenaren is afgesproken dat gemeenteambtenaren recht hebben op maximaal 13 keer de formele arbeidsduur per week doorbetaling van een percentage van het loon (gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof).
Om in aanmerking te komen voor betaald ouderschapsverlof moet de medewerker ouder zijn van of verantwoordelijk zijn voor een inwonend kind in de leeftijd tot 8 jaar.
De CAO Kinderopvang bevat uitgebreide regelingen omtrent verlof, arbeidsuren en overwerk. Het is belangrijk voor zowel werkgevers als werknemers om op de hoogte te zijn van deze regelingen om een eerlijke en transparante arbeidsverhouding te waarborgen. De regelingen rondom verlof bieden medewerkers de mogelijkheid om werk en privé te combineren, terwijl de regelingen rondom overwerk en jaarurensystematiek flexibiliteit bieden in de planning van de werkzaamheden. Het correct toepassen van de CAO is essentieel voor een goede werkomgeving in de kinderopvangsector.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet