De Ontwikkeling van Kinderopvang in Nederland (1980-2005)
september 5, 2025
De financiering van kinderopvang in Nederland ondergaat aanzienlijke wijzigingen, met impact op zowel ouders als kinderopvangorganisaties. Deze veranderingen omvatten aanpassingen in subsidies, de invoering van nieuwe wetgeving en regelingen voor tegemoetkomingen. Dit artikel geeft een overzicht van de actuele situatie en de verwachte ontwikkelingen in 2024 en 2025, gebaseerd op beschikbare gegevens.
De financiering van kinderopvang is gebaseerd op drie hoofdcomponenten: algemene ontvangsten, terugontvangsten kinderopvangtoeslag en de werkgeversbijdrage kinderopvang. De algemene ontvangsten betreffen de eigen bijdrage van deelnemers voor inschrijving in het Personenregister Kinderopvang. De terugontvangsten komen voort uit het terugvorderen van kinderopvangtoeslag over eerdere jaren, waarbij een afname verwacht wordt na de invoering van het nieuwe financieringsstelsel. De werkgeversbijdrage, vastgesteld op 0,5% van de totale loonsom, zal naar verwachting licht toenemen.
Voor 2025 is een totaalbedrag van € 12,3 miljoen beschikbaar voor opdrachten, waarvan € 5,2 miljoen bestemd is voor de ontwikkeling van het nieuwe financieringsstelsel en € 5,4 miljoen voor onderzoek en opdrachten. Daarnaast is € 4,1 miljoen beschikbaar voor kinderopvang in Europees Nederland, verdeeld over instellings- en projectsubsidies. Een bedrag van € 1,1 miljoen is gereserveerd voor de coördinatie van het toezicht op de kinderopvang door de Stichting Projectenbureau Publieke Gezondheid van de Vereniging van Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland (PGV).
Het budget voor het beheer en de ontwikkeling van het Landelijk Register Kinderopvang (LRK), het Personenregister Kinderopvang (PRK) en het Register Buitenlandse Kinderopvang (RBK) bedraagt € 8,7 miljoen in 2025. Een aanzienlijk bedrag van € 23,9 miljoen is bestemd voor de compensatie aan gemeenten voor het kwijtschelden van publieke schulden in het kader van de hersteloperatie Kinderopvangtoeslag.
De Wet kinderopvang BES, gepubliceerd op 4 juni, heeft als doel de kwaliteit en financiële toegankelijkheid van de kinderopvang in de BES-eilanden te verbeteren. De wet zal naar verwachting op 1 juli 2025 in werking treden en bevat eisen ten aanzien van kwaliteit, financiering en toezicht. Een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) zal nadere regels uitwerken over financiering en kwaliteit, en zal naar verwachting tegelijkertijd in werking treden.
Het programma BES(t) 4 kids wordt verlengd tot en met 2028, met een jaarlijks extra budget van € 1,25 miljoen. Voor 2025 ontvangen Bonaire maximaal € 1,0 miljoen, Sint Eustatius maximaal € 0,4 miljoen en Saba maximaal € 0,34 miljoen voor dit programma. Daarnaast ontvangen Sint Eustatius en Saba financiering voor de uitvoering van bouwprojecten kinderopvang, respectievelijk maximaal € 3,0 miljoen en € 1,0 miljoen.
In 2023 bedroegen de totale opvangkosten gemiddeld € 8.950. Van dit bedrag werd 64% (€ 5.740) vergoed via kinderopvangtoeslag, terwijl ouders de overige 36% (€ 3.210) zelf betaalden. Dit bedrag bestond uit een eigen bijdrage van € 2.690 volgens de vastgestelde maximum uurprijs en € 520 extra vanwege hogere uurtarieven dan het gemaximeerde tarief. Bijna driekwart van de ouders betaalde in 2023 voor minimaal één kind een hoger uurtarief dan de maximum uurprijs.
Ouders die tijdens de sluitingsperiode van de buitenschoolse opvang (21 december 2021 – 9 januari 2022) kinderopvangtoeslag ontvingen en de eigen bijdrage doorbetaalden, kunnen een tegemoetkoming van de overheid ontvangen. De hoogte van deze tegemoetkoming werd op 1 mei 2022 bepaald op basis van de kinderopvangtoeslaggegevens.
Ouders die een te lage tegemoetkoming hebben ontvangen voor het doorbetalen van de eigen bijdrage tijdens de eerste en/of tweede sluiting van de kinderopvang, ontvangen een additionele tegemoetkoming zonder aanvraag. Het is wel belangrijk om de kinderopvangtoeslaggegevens voor 2021 en 2022 te actualiseren.
Gemeenten kunnen een bijdrage leveren in de kosten van peuteropvang of kinderopvang. Ouders die werken, studeren of een inburgeringscursus volgen, kunnen kinderopvangtoeslag aanvragen bij de Belastingdienst. In de gemeente Tilburg is de peuteropvang sinds 1 april 2024 gratis voor ouders met een laag inkomen (tot € 27.677,76) die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag.
Ouders met sociale, psychische of medische problemen die hun kind naar de opvang brengen, kunnen een Sociaal Medische Indicatie (SMI) aanvragen. Met een SMI kunnen ze een aanvraag indienen bij de gemeente voor vergoeding van de kosten.
De arbeidsparticipatie van zowel vrouwen als mannen is in 2023 vrijwel stabiel gebleven ten opzichte van 2022. Moeders met jonge kinderen (0-11 jaar) werkten gemiddeld 28,2 uur per week, terwijl vaders met jonge kinderen gemiddeld 40,0 uur per week werkten.
De volgende tabel geeft een overzicht van de verplichtingen en uitgaven voor kinderopvang in de jaren 2023-2029 (bedragen in euro):
Jaar | Verplichtingen | Uitgaven |
---|---|---|
2023 | 4.436.342 | 4.440.566 |
2024 | 5.042.523 | 5.045.805 |
2025 | 5.559.980 | 5.561.980 |
2026 | 6.829.196 | 6.829.196 |
2027 | 7.421.350 | 7.421.350 |
2028 | 7.638.737 | 7.638.737 |
2029 | 7.850.086 | 7.850.086 |
De financiering van kinderopvang in Nederland is complex en ondergaat voortdurende veranderingen. De invoering van de Wet kinderopvang BES, de verlenging van het programma BES(t) 4 kids en de aanpassingen in subsidies en tegemoetkomingen hebben als doel de kwaliteit en toegankelijkheid van kinderopvang te verbeteren. Ouders kunnen profiteren van verschillende regelingen, waaronder kinderopvangtoeslag, gemeentelijke bijdragen en tegemoetkomingen voor sluitingsperiodes. Het is belangrijk voor ouders en kinderopvangorganisaties om op de hoogte te blijven van de actuele regelgeving en beschikbare ondersteuning.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet