Kinderopvang: Een Overzicht van Kwaliteit, Toezicht en Keuzeopties
september 5, 2025
De organisatie van kinderopvang is een complex samenspel tussen ouders, kinderopvanginstellingen en werkgevers. Recentelijk is er aandacht geweest voor de rol van werkgeversverklaringen in relatie tot kinderopvang, met name in situaties waarin sprake is van vitale beroepen of cruciale processen. Daarnaast zijn er wijzigingen doorgevoerd in de financiering en administratieve lasten rondom kinderopvang, die zowel werkgevers als ouders raken. Dit artikel biedt een overzicht van de huidige situatie, gebaseerd op beschikbare informatie.
Er is gebleken dat sommige scholen en kinderopvangorganisaties werkgeversverklaringen vragen om te verifiëren of ouders in aanmerking komen voor kinderopvang, vanwege hun werkzaamheden in vitale processen of cruciale beroepen. Op dit moment bestaan er echter geen vastgestelde eisen waaraan een dergelijke verklaring moet voldoen. Een werkgever kan volstaan met een brief op eigen briefpapier waarin wordt bevestigd dat de ouder werkzaam is in een dergelijke functie.
Historisch gezien speelden werkgevers een rol bij het faciliteren van kinderopvang, vaak in overleg met werknemers tijdens CAO-onderhandelingen. Kinderopvang werd afgewogen tegen andere arbeidsvoorwaarden. Het belang van werkgevers lag vooral in het aantrekken en behouden van personeel, met name voor werknemers voor wie de combinatie van werk en zorg relevant is. Onderzoek heeft aangetoond dat kinderopvang, vergeleken met andere maatregelen om werk en zorg te combineren, het meest effectief is. Dit resulteert in een vergroting van het arbeidsaanbod, matiging van de loonontwikkeling, en een positieve invloed op de opbouw van menselijk kapitaal en de arbeidsdeelname.
Een belangrijke wijziging betreft de afdrachtvermindering kinderopvang voor inhoudingsplichtigen. Deze regeling, die werkgevers een tegemoetkoming bood in de kosten van kinderopvang voor werknemers, is komen te vervallen. Dit betekent dat de administratieve lasten voor werkgevers met ongeveer € 1,3 miljoen zullen verminderen. Naar verwachting leidt dit vervallen van de afdrachtvermindering tot een lastenverlichting voor werkgevers die in het verleden gebruik maakten van deze regeling.
De financiering van kinderopvang is fundamenteel veranderd, van een combinatie van aanbod- en vraagfinanciering naar een wettelijke regeling. Dit heeft aanzienlijke gevolgen voor ouders, kinderopvanghouders en werkgevers. De effecten voor werkgevers zijn in kaart gebracht middels een bedrijfseffectentoets.
Onder het nieuwe stelsel worden er nieuwe verplichtingen geïntroduceerd. Zo moeten werknemers die bij een kinderopvanghouder werken een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) overleggen.
De aanspraken van ouders op een bijdrage in de kosten van kinderopvang worden op een andere manier geregeld. In plaats van verschillende regelingen en faciliteiten komt er één wettelijke regeling. Dit maakt het onmogelijk om de overgang naar het nieuwe systeem in alle gevallen zonder inkomenseffecten te laten plaatsvinden. Inkomenseffecten worden vooral verwacht bij ouders die gebruik maakten van subsidieplaatsen en geen werkgeversbijdrage ontvingen, en bij ouders met een hoog inkomen. Voor deze categorieën wordt een overgangsregeling overwogen, mogelijk in de vorm van een verhoging van de tegemoetkoming die in drie jaar wordt afgebouwd.
De verwerking van aanvragen voor kinderopvangtoeslag is een omvangrijk proces. Voor iedere aanvraag moet een groot aantal gegevens worden verwerkt, waaronder inkomensgegevens, gegevens over de kinderen, de aard en omvang van het gebruik, de hoogte van de werkgeversbijdrage en de prijs van de kinderopvang. Een sluitend contract met een kinderopvangvoorziening is vereist.
Werkgevers zijn verplicht om bij te dragen aan de kosten voor kinderopvang, ongeacht of werknemers daadwerkelijk gebruik maken van kinderopvang. Deze bijdrage wordt betaald via een vaste premie aan de Belastingdienst. Voor 2023 bedraagt de uniforme opslag kinderopvang 0,5% van de totale loonsom (inclusief fooien, provisies, bonussen en toeslagen).
Er zijn specifieke voorwaarden waaraan voldaan moet worden om in aanmerking te komen voor de werkgeversbijdrage:
Voor 2023 gelden de volgende maximumuurprijzen:
Als de werknemer meer betaalt dan de maximumuurprijs, ontvangt hij geen kinderopvangtoeslag voor de kosten boven de maximumuurprijs. Als de werknemer minder betaalt dan de maximumuurprijs, wordt de toeslag berekend over het goedkopere uurtarief.
Werkgevers kunnen, naast de verplichte bijdrage, extra vergoedingen aanbieden voor kinderopvang.
De manier waarop werkgevers de kinderopvangbijdrage uitkeren, kan belastingvoordelen opleveren.
Naast de bovengenoemde punten zijn er nog andere zaken waar werkgevers rekening mee moeten houden bij het faciliteren van kinderopvang voor hun werknemers.
De regels rondom kinderopvang en de bijdrage van werkgevers zijn complex en ondergaan veranderingen. Het is belangrijk voor zowel ouders als werkgevers om op de hoogte te zijn van de huidige regelingen en verplichtingen. De afschaffing van de afdrachtvermindering en de introductie van een nieuwe financieringsstructuur hebben aanzienlijke gevolgen voor alle betrokken partijen. Werkgevers spelen een cruciale rol in het faciliteren van kinderopvang, niet alleen door de verplichte bijdrage, maar ook door het creëren van een werkomgeving waarin de combinatie van werk en zorg mogelijk is.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet