Veiligheid en Gezondheid in de Kinderopvang: Een Overzicht van Eisen en Richtlijnen
september 5, 2025
De organisatie van kinderopvang kan soms complex zijn, met name als het gaat om de indeling van kinderen in groepen en de mogelijkheid om deze groepen samen te voegen. Dit artikel biedt een overzicht van de praktijken rondom het samenvoegen van groepen in de kinderopvang, gebaseerd op beschikbare informatie, en richt zich op de redenen, procedures en waarborgen die van belang zijn voor ouders en professionals.
Een belangrijk principe in veel vormen van kinderopvang is het werken met stamgroepen. Een stamgroep is een vaste groep kinderen die zoveel mogelijk dezelfde pedagogisch medewerkers zien. Dit biedt kinderen emotionele veiligheid en herkenbaarheid, omdat ze weten wie ze kunnen verwachten. De stamgroep kan zowel horizontaal (babygroepen van 0-2 jaar, peutergroepen van 2-4 jaar) als verticaal (van 8 weken tot 4 jaar) georganiseerd zijn. Het doel is om een stabiele en vertrouwde omgeving te creëren waarin kinderen zich kunnen ontwikkelen.
De continuïteit binnen de stamgroep wordt verder gewaarborgd door een open deuren beleid, waarbij kinderen soms in andere ruimtes spelen en zo vertrouwd raken met verschillende pedagogisch medewerkers. Dit draagt bij aan een gevoel van veiligheid en herkenning, zelfs wanneer er sprake is van veranderingen in de groepsindeling.
Er zijn verschillende situaties waarin het noodzakelijk of wenselijk kan zijn om groepen samen te voegen. Een veelvoorkomende reden is een lagere bezetting, bijvoorbeeld aan het begin en einde van de opvangdag, tijdens vakantiedagen of op dagen met structureel minder kinderen. In dergelijke gevallen kan het samenvoegen van groepen een efficiënte manier zijn om de beschikbare personeelsbezetting optimaal te benutten, terwijl tegelijkertijd de wettelijke beroepskracht-kind ratio wordt nageleefd.
Het samenvoegen kan ook voordelen bieden voor de kinderen zelf. In een samengevoegde groep is er meer keuze aan speelkameraadjes en kunnen specifieke activiteiten worden aangeboden aan kinderen van dezelfde leeftijd met dezelfde interesses. Dit kan de sociale interactie en de ontwikkeling van kinderen stimuleren.
Het samenvoegen van groepen gebeurt niet zonder meer. Opvangorganisaties zijn wettelijk verplicht om ouders te informeren wanneer groepen worden samengevoegd. Deze informatie is vaak opgenomen in de pedagogische werkplannen en het plaatsingsbeleid van de organisatie.
In sommige gevallen is schriftelijke toestemming van ouders vereist. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer een kind dat meerdere dagen opvang geniet, op verschillende groepen wordt geplaatst, of wanneer een groep wordt opgesplitst en een deel zich aansluit bij een andere groep. Het doel van deze toestemming is om ouders inspraak te geven in de opvang van hun kind en om ervoor te zorgen dat de samenvoeging in het belang van het kind is.
Om de kwaliteit van de opvang te waarborgen tijdens het samenvoegen van groepen, worden verschillende maatregelen genomen. Ten eerste wordt altijd rekening gehouden met de aanwezigheid van ‘vaste gezichten’ voor de kinderen. Dit betekent dat er pedagogisch medewerkers van de stamgroep aanwezig zijn in de samengevoegde groep, zodat de kinderen herkenning en continuïteit ervaren.
Ten tweede wordt de wettelijke beroepskracht-kind ratio nageleefd. Dit betekent dat er voldoende pedagogisch medewerkers aanwezig zijn om de kinderen adequaat te begeleiden en te verzorgen.
Ten derde werken alle groepen doorgaans met een gelijk dagprogramma, waardoor de werkwijze op een (samengevoegde) groep voor de kinderen herkenbaar is.
Een verwante kwestie is de kindercentrum-overstijgende opvang, waarbij kinderen op een andere locatie van dezelfde houder worden opgevangen dan normaal. Dit kan voorkomen tijdens schoolvrije dagen, wanneer de vraag naar opvang toeneemt en de organisatie ervoor kiest om kinderen van verschillende locaties samen te voegen om een uitdagender activiteitenaanbod te organiseren.
Het clusteren van opvanglocaties, waarbij meerdere locaties als één entiteit worden beschouwd, kan ook van invloed zijn op de regelgeving rondom kinderopvang. Er is discussie over de interpretatie van de definitie van een kindercentrum en de gevolgen daarvan voor het toezicht en de contractering van opvang. Sommigen pleiten voor een flexibelere benadering, waarbij het mogelijk is om te clusteren in de bso zonder dat er voor elke locatie een nieuw contract nodig is. Dit zou de administratieve lasten voor zowel de opvangorganisatie als de ouders verminderen.
Het kan voorkomen dat er activiteiten worden aangeboden waaraan meer dan 30 kinderen deelnemen, bijvoorbeeld tijdens schoolvakanties, uitstapjes of sportdagen. In dergelijke gevallen geldt de regel van één pedagogisch medewerker op maximaal 10 kinderen. De kinderen worden dan gekoppeld aan één of twee pedagogisch medewerkers die verbonden zijn aan hun eigen basisgroep. Voor vertrek worden er afspraken gemaakt, zodat de kinderen weten wat er van hen verwacht wordt. Deze gezamenlijke activiteiten starten en eindigen altijd in de samenstellingen van de basisgroepen.
Ook bij incidentele opvang, wanneer een kind een andere dag komt, wordt geprobeerd om vast te houden aan de vaste basisgroep en medewerkers. De wettelijke beroepskracht-kind ratio en de maximum grootte van een groep zijn hierbij leidend. Indien incidentele plaatsing in de vaste basisgroep niet mogelijk is, wordt er overlegd met de ouders of het kind voor deze incidentele opvangdag in een andere basisgroep kan worden opgevangen.
Het samenvoegen van groepen in de kinderopvang is een praktijk die voortkomt uit verschillende overwegingen, waaronder een lagere bezetting, de wens om een gevarieerd activiteitenaanbod te bieden en de efficiënte inzet van personeel. Het is belangrijk dat opvangorganisaties transparant communiceren met ouders over het samenvoegen van groepen en dat zij de wettelijke regels en procedures naleven. Door aandacht te besteden aan de continuïteit, de beroepskracht-kind ratio en de aanwezigheid van ‘vaste gezichten’ kan de kwaliteit van de opvang ook tijdens het samenvoegen van groepen worden gewaarborgd.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet