Kinderopvang in Nederland: Uitdagingen, kosten en toekomstplannen
juli 20, 2025
In de kinderopvang geldt een duidelijke regeling voor het aantal vakantiedagen dat medewerkers per kalenderjaar kunnen opbouwen en gebruiken. Deze regeling is vastgelegd in de CAO Kinderopvang en biedt zowel wettelijke als bovenwettelijke verlofuren. Het aantal uren dat een medewerker recht op heeft, hangt af van het aantal uren dat deze per week werkt. Binnen dit kader zijn er ook regels voor het opnemen van verlof, de geldigheid van uren en eventuele afwijkende afspraken met de werkgever.
In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de vakantiedagen in de kinderopvang, met nadruk op de wettelijke en bovenwettelijke verlofuren, de berekening van het aantal dagen, de geldigheid en de voorwaarden voor het opnemen van verlof. Buiten het vakantieverlof worden ook korte uitleg gegeven over gerelateerde onderwerpen zoals het verlofbudget, het verplichte opnemen van vrije dagen en de regels rondom het maximum aantal uren per dienst.
Het wettelijk vakantieverlof is het minimum aantal verlofuren dat een werknemer recht op heeft. Dit aantal wordt berekend op basis van het aantal uren dat deze per week werkt. De regel is simpel: een werknemer heeft recht op 4 keer het aantal uren dat deze per week werkt, per kalenderjaar.
Het wettelijk vakantieverlof moet zo snel mogelijk in het kalenderjaar waarin het is opgebouwd, worden opgenomen. Als dit niet lukt, vervallen de uren op 1 juli van het volgende jaar, tenzij de werknemer en werkgever andere afspraken maken.
Naast het wettelijk vakantieverlof krijgen werknemers in de kinderopvang ook bovenwettelijk vakantieverlof. Dit is een extra uitkering die is vastgelegd in de CAO Kinderopvang. Het aantal bovenwettelijke uren hangt ook af van het aantal uren dat per week wordt gewerkt.
De bovenwettelijke uren zijn een extra voordelenregeling en zijn bedoeld om de werknemers meer flexibiliteit te bieden bij het opnemen van verlof. Deze uren zijn vijf jaar geldig en kunnen worden gebruikt om verlof te nemen of omgezet worden in verlof in geld. Het verlofbudget is een uitbreiding van deze regeling en biedt werknemers de mogelijkheid om verlofuren te combineren met geldelijke compensatie.
Het totale aantal vakantie-uren dat een medewerker per kalenderjaar opbouwt, is dus de som van het wettelijk en bovenwettelijk vakantieverlof. In de praktijk betekent dit dat werknemers met een voltijds dienstverband van 36 uur per week 210 vakantie-uren per jaar kunnen opbouwen.
Deze uren kunnen worden gebruikt om verlof te nemen, maar ook omgezet worden in verlof in geld of in een combinatie van verlof en geld. Deze flexibiliteit is onderdeel van het verlofbudget dat in de CAO Kinderopvang is opgenomen. Het doel van dit budget is om werknemers meer controle te geven over hun verlof en het mogelijk te maken om verlof te plannen in overleg met hun werkgever.
Het opnemen van verlof is een belangrijk aspect van de vakantieregeling in de kinderopvang. Werknemers mogen zelf kiezen wanneer ze hun vakantie-uren opnemen, maar er zijn wel bepaalde voorwaarden en afspraken die moeten worden gerespecteerd.
Een medewerker moet minstens één keer per kalenderjaar minstens 2 weken aaneengesloten vakantie opnemen. Dit is verplicht om ervoor te zorgen dat werknemers genoeg tijd hebben om te herstellen en zich te ontspannen.
Daarnaast kan een medewerker ook 3 weken aaneengesloten vakantie aanvragen. De werkgever moet dit in ieder geval zo goed mogelijk in stand houden. Als het niet mogelijk is om alle medewerkers die dit vragen 3 weken aaneengesloten vakantie te geven, moet de werkgever ervoor zorgen dat dit over meerdere jaren verdeeld wordt.
Het is niet verplicht om verlof op te nemen, maar werknemers kunnen zelf weten wanneer en hoeveel vakantiedagen ze willen gebruiken. Verlof moet worden aangevraagd minstens 3 dagen van tevoren, tenzij dit door de omstandigheden niet mogelijk is. De werkgever mag verlof alleen weigeren als dat in het belang van het werk echt niet mogelijk is.
Niet opgenomen vakantie-uren vervallen op 1 juli van het volgende jaar, tenzij er afwijkende afspraken zijn gemaakt. Het is dus belangrijk om verlof tijdig op te nemen om verlies aan verlofuren te voorkomen. De bovenwettelijke vakantie-uren zijn echter vijf jaar geldig, wat betekent dat deze langer kunnen worden opgespaard.
Naast het vakantieverlof zijn er ook verplichte vrije dagen die in de CAO Kinderopvang zijn vastgelegd. Deze dagen zijn geregeld in overleg met de werkgever en kunnen variëren per instelling. Er zijn echter geen door de overheid opgelegde regels over op welke feestdagen werknemers verplicht vrij horen te zijn. Wel zijn er enkele feestdagen die vaak als vrije dagen worden genomen, zoals:
Of deze dagen als vrije dagen worden genomen, hangt af van de afspraken in de CAO en de overeenkomsten tussen werknemer en werkgever. In de kinderopvang kan het ook gebeuren dat er op bepaalde feestdagen extra verlof wordt gegeven om de planningsflexibiliteit te vergroten.
Een specifieke regeling in de CAO Kinderopvang is het verlofbudget, dat medewerkers in staat stelt om verlofuren om te zetten in verlof in geld of in een combinatie van verlof en geld. Dit biedt extra flexibiliteit bij het plannen van verlof en kan helpen bij het beheersen van de werkdruk.
Het verlofbudget is bedoeld om werknemers te ondersteunen bij het plannen van verlof en het combineren van verlof met andere vormen van verlof, zoals ziekteloon of zwangerschapsverlof. Het is echter belangrijk om in overleg te blijven met de werkgever over de manier waarop het verlofbudget wordt gebruikt, omdat er bepaalde voorwaarden en limieten kunnen gelden.
Binnen de kinderopvang zijn er ook regels rondom niet-groepsgebonden werk en taakuren. Deze uren zijn bedoeld voor taken die niet direct gerelateerd zijn aan het werken met kinderen in de groep, maar die wel belangrijk zijn voor de werking van de instelling. Deze uren zijn buiten de groep of binnen de groep uitgevoerd, maar tellen niet mee voor de geldende beroepskracht-kindratio (BKR).
In 2022 is het aantal niet-groepsgebonden uren verhoogd van 46 uur per fte per jaar naar 50 uur per fte per jaar. Deze uren zijn bedoeld om medewerkers de tijd te geven voor taken zoals administratie, communicatie met ouders en voorbereiding van activiteiten. Het is belangrijk om te weten dat deze uren apart van het vakantieverlof zijn en geen invloed hebben op het aantal vakantiedagen dat een medewerker per jaar kan opbouwen.
Naast de regels rondom vakantiedagen zijn er ook beperkingen op het aantal uren dat per dag en per week gewerkt mag worden. In de kinderopvang mag een medewerker maximaal 12 uur per dienst werken en maximaal 60 uur per week. Voor jongeren onder de 18 jaar en voor zwangere en pas bevallen vrouwen gelden extra regels die in de CAO Kinderopvang zijn opgenomen.
Deze regels zijn bedoeld om te zorgen voor een duurzame inzetbaarheid van de werknemers en om te voorkomen dat er sprake is van overwerk of uitputting. In de CAO kunnen ook afwijkende regels staan die specifiek zijn voor de instelling of de sector.
Vakantiedagen in de kinderopvang vormen een belangrijk onderdeel van de arbeidsvoorwaarden en worden vastgelegd in de CAO Kinderopvang. Het aantal vakantie-uren dat een medewerker per jaar kan opbouwen, bestaat uit wettelijk en bovenwettelijk vakantieverlof. Het totaal aantal uren hangt af van het aantal uren dat de medewerker per week werkt en kan worden berekend met de formule van 4 keer het aantal werkuren per week. Buiten het vakantieverlof zijn er ook regels voor het opnemen van verlof, de geldigheid van uren en het omzetten van verlof in geld.
Het verlofbudget biedt extra flexibiliteit en maakt het mogelijk om verlof te combineren met geldelijke compensatie. Daarnaast zijn er regels rondom het maximum aantal uren per dienst, verplichte vrije dagen en niet-groepsgebonden werk. Deze regels zijn bedoeld om de duurzame inzetbaarheid van de werknemers te waarborgen en de werkdruk te beheersen.
In de praktijk is het belangrijk dat medewerkers en werkgevers samenwerken om de regels van de CAO Kinderopvang goed te interpreteren en uit te voeren. Door een duidelijke regeling op te stellen en af te spreken over het opnemen van verlof en het gebruik van het verlofbudget, kan de werkomgeving in de kinderopvang zo gunstig mogelijk worden gemaakt voor zowel medewerkers als kinderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet