Kinderopvang in Nederland: Uitdagingen, kosten en toekomstplannen
juli 20, 2025
De kinderopvang in Nederland heeft zich gedurende de afgelopen eeuwen sterk ontwikkeld. Van oorsprong was de opvang een vorm van armoedezorg, waarbij kinderen uit arme gezinnen werden opgevangen zodat hun moeders konden werken. Gedurende de 20e eeuw en verder is de kinderopvang geleidelijk veranderd in een bredere maatschappelijke dienst die beschikbaar is voor alle moeders en vaders, ongeacht hun sociale status. In dit artikel wordt ingegaan op de historische ontwikkelingen van de kinderopvang in Nederland, op basis van beschikbare historische informatie.
De behoefte aan kinderopvang ontstond halverwege de 19e eeuw, een tijd waarin industrialisatie in volle gang was en steeds meer moeders buiten de huiskamer werk moesten zoeken om het gezin te onderhouden. Hoewel er al voor 1872 kinderopvang bestond, waren de omstandigheden in deze opvangplekken vaak slecht. De Amsterdamse stadsgeneesheer Samuel Coronel sprak zelfs van 'holen van mensenverdierlijking' om de slechte toestand van deze bewaarscholen te omschrijven.
In 1872 werd de eerste verbeterde kinderbewaarplaats in Amsterdam geopend. Deze opvang was afgestemd op de werkdagen van moeders, met openingsuren van 7 uur ’s ochtends tot 8 of 9 uur ’s avonds. De opvang was relatief goedkoop: voor 7 cent per dag konden moeders hun kinderen naar de opvang brengen, mits de kinderen vrij waren van infecties en ingeënt waren tegen de pokken. In de beginjaren werkten vooral onbetaalde stagiaires die in opleiding waren bij de huishoudschool. Later, in de jaren 20, werden speciale 'badzusters' aangenomen om kinderen direct in bad te doen bij aankomst.
Deze kinderbewaarplaatsen waren in de 19e eeuw vooral bedoeld voor kinderen van arme moeders. Deze vrouwen moesten vaak werken omdat hun partner geen baan had of omdat zij alleenstaand waren. In sommige gevallen werden zelfs buitenechtelijke kinderen opgevangen, wat voor die tijd bijzonder was.
In de pre-geschiedenis van de kinderopvang, voornamelijk voor de Tweede Wereldoorlog, was de opvang vooral een maatregel van armoedezorg. Dit was ook de insteek van de eerste kinderbewaarplaats in Dordrecht, die in 1876 werd opgericht door Ewaldina Pijzel. Deze opvang richtte zich op kinderen waarvan de gezondheid slecht was of waarvan de moeders gedwongen werden om te werken. Het idee was dat deze opvang moest zorgen voor een betere opvoeding en gezondheid van kinderen uit arme milieu's.
Naarmate de tijd verstreek, veranderde de functie van deze opvangplaatsen. De opvang bleef gericht op arme gezinnen, maar er ontstond ook een groeiende behoefte aan opvang voor alle gezinnen, ongeacht hun sociale status. De opvang werd geleidelijk een maatschappelijke dienst, die steeds meer onderdeel werd van de bredere maatschappelijke zorg.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog heerste het idee dat 'Volksherstel is gezinsherstel'. Dit betekende dat vrouwen in de opbouw van het land een centrale rol moesten spelen door hun aandacht op het gezin te richten. Kinderopvang was alleen beschikbaar voor moeders die overdag echt niet in staat waren voor hun kinderen te zorgen. Vlak na de oorlog waren er in Nederland enkele tientallen bewaarplaatsen die voor een deel door de Armenwet, maar ook door liefdadigheid en moeders zelf, gefinancierd werden.
In de post-oorlogse jaren begon de kinderopvang geleidelijk te evolueren. De opvang werd niet langer alleen gericht op arme gezinnen, maar ook op gezinnen waarin beide ouders werken. Dit leidde tot een toename in de vraag naar kinderopvang en een groeiende druk op de beschikbare plekken.
In 1978 werd het Stedelijk Initiatiefkomitee voor de Kinderopvang (SIK) opgericht in Amsterdam. Dit initiatief werd gestart door ouders en werkers in kindercentra om aandacht te vragen voor het enorme tekort aan kinderopvangplekken. Het SIK had als doel om de voorzieningen voor kinderopvang te verbeteren en te vergroten, zodat meer moeders en vaders de kans kregen om te werken zonder hun kinderen te moeten achterlatten.
Het initiatief was een reactie op de toenemende vraag naar opvang en de tekorten in de infrastructuur. Het SIK was een van de eerste organisaties die benadrukte dat kinderopvang niet alleen een vorm van armoedezorg was, maar ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid die van toepassing was op alle gezinnen.
Een andere vorm van kinderopvang die zich in de loop der jaren ontwikkelde, is de gastouderopvang. Gastouderopvang is geen nieuw fenomeen in Nederland. In de jaren '70 werden zelfs meer kinderen bij een gastouder ondergebracht dan in de reguliere kinderopvang. Dit was vooral het geval in gezinnen waarin de ouders voor korte tijd niet in staat waren voor hun kinderen te zorgen, bijvoorbeeld door ziekte of reizen.
De recente geschiedenis van gastouderopvang in Nederland toont aan dat deze vorm van opvang steeds belangrijker is geworden. Het is een flexibele en betrouwbare oplossing voor ouders die tijdelijk extra hulp nodig hebben. In tegenstelling tot reguliere kinderopvang, biedt gastouderopvang een persoonlijke en emotionele verbinding tussen kind en opvanggever.
De kinderopvang van tegenwoordig is sterk aangepast aan de moderne maatschappelijke behoeften. In tegenstelling tot de bewaarplaatsen van de 19e eeuw, waarbij het focuspunt lag op armoedezorg, is de huidige kinderopvang gericht op zowel de zorg voor kinderen als hun ontwikkeling. Kinderopvang is tegenwoordig een essentieel onderdeel van het maatschappelijke systeem en wordt vaak beschouwd als een publieke dienst die beschikbaar moet zijn voor alle gezinnen.
De overheid ziet kinderopvang tegenwoordig ook als een manier om vrouwen de mogelijkheid te geven om in de arbeidsmarkt terug te keren. In 2023 is er zelfs een maatregel genomen om alle peuters naar de opvang te brengen, wat duidt op een sterke politieke wil om kinderopvang beschikbaar te maken voor alle gezinnen.
De geschiedenis van de kinderopvang in Nederland toont aan dat deze vorm van zorg zich sterk heeft ontwikkeld over de afgelopen eeuwen. Van oorsprong was de opvang gericht op arme gezinnen en was het een maatregel van armoedezorg. Na de Tweede Wereldoorlog begon de opvang geleidelijk te veranderen in een bredere maatschappelijke dienst die beschikbaar was voor alle gezinnen.
In de 20e eeuw en verder is de kinderopvang steeds verder professionaliseerd en is er een groeiende vraag ontstaan naar zowel reguliere opvang als gastouderopvang. De huidige kinderopvang is een essentieel onderdeel van de maatschappelijke infrastructuur en speelt een belangrijke rol in de opvoeding en ontwikkeling van kinderen.
Het is duidelijk dat kinderopvang niet langer alleen een maatregel van armoedezorg is, maar ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid die van toepassing is op alle gezinnen. In de toekomst is het belangrijk om kinderopvang verder te verbeteren en te beschikbaar maken voor alle kinderen, ongeacht hun sociale achtergrond.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet