Kinderopvang in Nederland: Uitdagingen, kosten en toekomstplannen
juli 20, 2025
De kinderopvangtoeslag (KOT) is een belangrijke ondersteuning voor werkende ouders in Nederland. De toeslag helpt bij de kosten van kinderopvang en kan bijdragen aan een betere werkbaarheid van het gezin. Ouders die meerdere dagen per week hun kind in opvang brengen, kunnen extra voordelen genieten. In dit artikel wordt ingegaan op hoe de KOT werkt, welke regels gelden voor extra dagen kinderopvang, en wat ouders in de praktijk moeten weten. De informatie is gebaseerd op recente beleidsregels en praktijkuitvoering door de Belastingdienst en andere betrokken instellingen.
De kinderopvangtoeslag is bedoeld voor ouders die werken of aan een opleiding, inburgeringscursus of re-integratie-traject deelnemen. De toeslag is een percentage van de maximum uurprijs voor kinderopvang, die jaarlijks door de overheid vastgesteld wordt. Ouders kunnen per kind maximaal 230 uur per maand kinderopvangtoeslag ontvangen. De hoogte van de toeslag hangt af van het inkomen, het aantal kinderen en de soort opvang die wordt gebruikt.
De toeslag wordt uitgevoerd door de Dienst Toeslagen, op basis van opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). De Belastingdienst verzamelt en verwerkt de benodigde administratieve informatie. De toeslag is bedoeld om de kosten van kinderopvang voor ouders te verlagen, waardoor werken of studeren makkelijker wordt.
Ouders die meerdere dagen per week hun kind in opvang brengen, kunnen de voordelen van extra dagen benutten. De Belastingdienst stelt geen limiet op het aantal dagen waarop de KOT ontvangen kan worden, zolang de totale uren per maand binnen de wettelijke grens van 230 uur blijven. Dit betekent dat ouders hun kind op vijf hele dagen per week in opvang kunnen brengen, zolang de uren per dag binnen de normale opvanguren vallen.
Het is belangrijk om te weten dat de hoogte van de toeslag afhangt van het aantal uren dat het kind daadwerkelijk in opvang doorbrengt. Als een kind bijvoorbeeld op vijf dagen per week naar de opvang gaat, maar op twee dagen minder lang, dan wordt de toeslag berekend op basis van de totale uren die het kind daadwerkelijk in opvang heeft doorgebracht. De Belastingdienst houdt hier rekening mee bij het berekenen van de toeslag.
Ouders die kinderopvangtoeslag aanvragen of wijzigen, hebben het Landelijk Registratie Kinderopvang (LRK) nummer nodig. Dit nummer staat op de locatiepagina van de opvang waar het kind opgevangen wordt. Ouders moeten dit nummer doorgeven via de website van de Belastingdienst. Als een kind naar meerdere opvanglocaties gaat, zoals in de vakanties of bij verandering van opvang, moet de KOT per LRK-nummer worden aangevraagd.
Wijzigingen in de situatie van ouders of hun kinderen moeten tijdig worden doorgegeven aan de Belastingdienst. Dit geldt bijvoorbeeld als een inburgeringscursus is afgerond of als het inkomen van ouders verandert. De Belastingdienst gebruikt deze informatie om de toeslag aan te passen aan de actuele situatie.
Inburgeraars hebben ook recht op kinderopvangtoeslag, mits zij aan de voorwaarden voldoen. Inburgeraars kunnen maximaal 230 uur per maand kinderopvangtoeslag ontvangen, over vijf hele dagen. Het aantal lesuren of lestijd van de inburgeringscursus is niet relevant voor de hoogte van de KOT. De toeslag is gebaseerd op het aantal uren dat het kind in opvang doorbrengt en het inkomen van het huishouden.
Voor inburgeraars die de Z-route of Onderwijsroute volgen, is er in principe recht op KOT. Echter, op dit moment is er geen recht op KOT voor het participatiedeel van de inburgeringscursus. Alleen het taaldeel is in aanmerking genomen. De Belastingdienst controleert automatisch of inburgeraars aan de voorwaarden voldoen. In uitzonderlijke gevallen kan het nodig zijn dat inburgeraars extra documenten aanleveren, zoals bewijzen van deelname aan een cursus.
In 2025 wordt de kinderopvangtoeslag uitgebreid naar beurspromovendi. Deze groep kan dan ook aanspraak maken op de toeslag, mits zij aan de voorwaarden voldoen. Dit betekent dat ouders die hun kinderen in opvang brengen terwijl zij hun doctoraat afronden, financiële ondersteuning kunnen krijgen. De maatregel is bedoeld om de werkbareheid van wetenschappers en promovendi te vergroten en te zorgen voor een betere balans tussen werk en gezin.
In sommige gevallen wordt de kinderopvang ook gedeeltelijk of volledig gefinancierd door de gemeente. Dit kan het geval zijn bij kinderen die risico lopen op een (taal)achterstand of wanneer de ouders niet in aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag. De gemeente maakt dan afspraken met de kinderopvangaanbieders en kan bijvoorbeeld een gesubsidieerd peuteraanbod organiseren. Dit zijn vaak korte dagdelen per week.
Ouders die gebruik maken van voorschoolse educatie (VE) of een gesubsidieerd peuteraanbod, kunnen extra ondersteuning krijgen. Het is belangrijk om dit aan te melden bij de Belastingdienst en de gemeente, zodat de juiste vergoedingen worden uitgekeerd.
Ouders kunnen uren van kinderopvang afgemeldde uren opbouwen in een afwezigheidstegoed. Dit is mogelijk als het kind wordt afgemeld minstens 14 dagen van tevoren via de Ouderapp. De afgemelde uren kunnen op een later moment worden ingezet, mits er voldoende beschikbaarheid is op de gewenste datum. Het gebruik van het afwezigheidstegoed is afhankelijk van de groepsgrootte en de personeelsinzet van de opvanglocatie.
Ouders die gebruik maken van tussenschoolse opvang (TSO) kunnen geen kinderopvangtoeslag ontvangen voor deze vorm van opvang. Ondanks dat de Belastingdienst geen toeslag verstrekt voor TSO, is het belangrijk om te weten dat TSO een noodzakelijke opvangvorm is. In sommige gevallen kan een vergoeding worden uitgekeerd door de gemeente of andere instellingen, afhankelijk van de situatie van het gezin.
In 2025 worden de toeslagpercentages verhoogd, vooral voor middeninkomens. Deze verhoging maakt kinderopvang voor huishoudens met een verzamelinkomen tussen €29.393 en €159.224 beter betaalbaar. Het kabinet zet hiermee de eerste stap naar een inkomensonafhankelijke vergoeding voor kinderopvang voor alle werkende ouders. De maatregel draagt bij aan een hogere toekenningszekerheid, omdat ongeveer 37.000 extra huishoudens vanaf 2025 al een inkomensonafhankelijke vergoeding van 96% zullen ontvangen.
De kinderopvangtoeslag is een belangrijke financieringsbron voor ouders die hun kind in opvang brengen. Ouders die gebruik maken van meerdere dagen opvang kunnen extra voordelen genieten, mits het aantal uren binnen de wettelijke limiet blijft. De Belastingdienst speelt een centrale rol in de uitvoering van de toeslag en controleert automatisch of ouders aan de voorwaarden voldoen. Inburgeraars, beurspromovendi en ouders die gebruik maken van voorschoolse educatie kunnen ook aanspraak maken op de toeslag, mits de voorwaarden zijn voldaan.
De regels rondom de KOT zijn duidelijk, maar het is belangrijk om tijdig wijzigingen in de situatie door te geven. Ouders kunnen de toeslag aanvragen via de website van de Belastingdienst en het LRK-nummer van de opvanglocatie doorgeven. In 2025 ziet de KOT een verhoging voor middeninkomens, wat kinderopvang voor deze groepen beter betaalbaar maakt. Het gebruik van het afwezigheidstegoed en gesubsidieerde opvangvormen kan ook van pas komen in de praktijk.
De kinderopvangtoeslag draagt bij aan een betere balans tussen werk en gezin en maakt het mogelijk voor ouders om te werken of te studeren zonder hun kinderen in het gedrang te laten lopen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet