Fruit en groente in de kinderopvang: gezondheid, leren en afwisseling
juli 17, 2025
Pauzes zijn een essentieel onderdeel van het werkdagrooster in de kinderopvangsector. Zij zorgen niet alleen voor rust en herstel voor medewerkers, maar ook voor een gezonde werkomgeving en het behoud van een goede werkbaarheid. In de Cao Kinderopvang 2025-2026 zijn duidelijke afspraken gemaakt over de duur en toepassing van pauzes, die in lijn liggen met de Arbeidstijdenwet. Deze artikelen geven een overzicht van de regels rondom pauzes, zoals beschreven in de cao-tekst.
In artikel 4.5 van de Cao Kinderopvang wordt de pauze beschreven als een onderdeel van de werkdag. De duur van de pauze is in overeenstemming met de Arbeidstijdenwet. Als een pauze langer dan één uur duurt, wordt het een gebroken dienst genoemd. Dit heeft specifieke juridische en praktische gevolgen, zoals beschreven in artikel 6.10 van de cao.
De Arbeidstijdenwet stelt bepaalde eisen op het gebied van rusttijden en pauzes. In de kinderopvangsector gelden deze regels in combinatie met de afspraken die in de cao zijn vastgelegd. De pauze is dus niet alleen een regel, maar ook een rechtsgrond die zorgt voor de gezondheid en het welzijn van medewerkers.
Een gebroken dienst ontstaat wanneer een pauze langer dan één uur duurt. Dit betekent dat de werkdag in twee delen wordt opgedeeld. In dat geval is artikel 6.10 van de cao van toepassing. De inhoud van artikel 6.10 is echter niet verder uitgewerkt in de beschikbare informatie. Voor een gedetailleerde toelichting op deze regel is het nodig om het volledige artikel in de cao-tekst te raadplegen, bijvoorbeeld via de officiële website van Kinderopvang-werkt.nl.
Wanneer een gebroken dienst optreedt, zijn er vaak juridische en logistieke aspecten die in acht moeten worden genomen, zoals de tijdsbepaling van de pauze en de werkdelen ervoor en erna. Het is belangrijk dat zowel werkgever als medewerker duidelijk zijn over de afspraken rondom een gebroken dienst om eventuele onduidelijkheden of arbeidsconflicten te voorkomen.
De normale werktijden in de kinderopvangsector zijn op maandag tot en met vrijdag tussen 07.00 en 19.00 uur. De exacte werktijden worden bepaald door de werkgever. De werkdagen van de medewerker worden in overleg bepaald bij het begin van het dienstverband. Hierbij wordt rekening gehouden met de levensbeschouwelijke opvattingen van de medewerker, zover mogelijk.
Als de arbeidsduur verandert, bijvoorbeeld door het inbrengen van flexibiliteit of veranderingen in het rooster, moet er opnieuw overleg plaatsvinden. Deze wijzigingen moeten voor de medewerker duidelijk zijn, zodat hij of zij weet op welke dagen en hoeveel uren hij of zij werkt. Wijzigingen in het rooster kunnen ook voor de werkgever noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld bij het vervangen van een zieke collega.
De Cao Kinderopvang bevat ook een hoofdstuk over de jaarurensystematiek, waarbij het aantal uren dat een medewerker werkt per maand kan variëren. Dit betekent dat het werktijdenrooster per maand kan afwijken, zolang het aantal uren niet meer dan 20% afwijkt van het gemiddelde aantal uren per maand. De jaarurensystematiek zorgt ervoor dat er geen urensaldo overblijft op 31 december van het kalenderjaar.
De toepassing van deze systematiek heeft invloed op de pauze- en rusttijden, omdat de werkdagen en werktijden per maand kunnen variëren. De werkgever kan deze systematiek invoeren zonder instemming van de medezeggenschap, maar wel in overleg met deze. Voor dagopvang, buitenschoolse opvang en peuteropvang gelden specifieke afspraken over het maximumsaldo van plus- en min-uren, wat ook invloed kan hebben op het pauzeren.
In artikel 2.2 van de Cao Kinderopvang zijn de plichten van de medewerker beschreven. Een medewerker kan tijdelijk andere werkzaamheden uitvoeren of op een andere locatie werken, mits dit redelijk is en vooraf besproken wordt. Als deze veranderingen extra kosten met zich meebrengen, zoals reiskosten, zijn deze te vergoeden.
Buitenwerkzaamheden of nevenwerkzaamheden moeten ook schriftelijk gemeld worden aan de werkgever. Dit geldt in het bijzonder als de werkzaamheden gerelateerd zijn aan de functie van de medewerker of schade kunnen toebrengen aan de zakelijke belangen van de werkgever. De melding moet minstens een maand van tevoren gebeuren, en in het geval van geen reactie binnen een maand van de werkgever, mag de medewerker ervan uitgaan dat het nevenwerk is goedgekeurd.
In artikel 3.7 van de cao is beschreven hoe een arbeidsovereenkomst kan worden beëindigd. Zowel de werkgever als de medewerker kunnen de arbeidsovereenkomst opzeggen, maar dit moet schriftelijk gebeuren. De opzegtermijn is in de regel twee maanden, met uitzondering voor medewerkers in hogere salarisschalen, waarbij een opzegtermijn van drie maanden kan gelden.
Voor tijdelijke arbeidsovereenkomsten gelden aparte regels. Deze eindigen automatisch op de in de overeenkomst genoemde datum, tenzij tussentijds opgezegd wordt. Ook geldt dat een arbeidsovereenkomst automatisch eindigt op de dag dat de medewerker recht heeft op AOW. In bijzondere gevallen kan de arbeidsovereenkomst ook worden beëindigd als de medewerker geen nieuwe VOG (verklaring omtrent het gedrag) ontvangt na een melding in de continue screening.
In hoofdstuk 4 van de cao wordt aandacht besteed aan de gezonde werkcultuur in de kinderopvangsector. Deze regels zijn onder andere van toepassing op voormalige peuterspeelzaalmedewerkers, aangezien er overgangsregels zijn opgenomen voor de overgang van het peuterspeelzaalwerk naar de Cao Kinderopvang. Meer informatie over deze overgangsregels is te vinden in bijlage 14 van de cao.
De pauze is ook een onderdeel van een gezonde werkcultuur. Het zorgt ervoor dat medewerkers tijd hebben om te rusten, herstel te maken en zich beter te concentreren op hun werk. Door de pauze in lijn te houden met de Arbeidstijdenwet en de cao-tekst, wordt gewaarborgd dat medewerkers niet te veel werken en voldoende rusttijd krijgen.
Pauzes zijn een belangrijk onderdeel van de werkorganisatie in de kinderopvangsector. In de Cao Kinderopvang 2025-2026 zijn duidelijke afspraken gemaakt over de duur van de pauze, de toepassing van gebroken diensten, en hoe werkdagen en werktijden worden bepaald. Deze regels zijn in lijn met de Arbeidstijdenwet en hebben het doel om de gezondheid en het welzijn van medewerkers te waarborgen.
De jaarurensystematiek, de plichten van de medewerker en de beëindiging van de arbeidsovereenkomst zijn ook relevante aspecten die invloed kunnen hebben op het pauzeren en de werkdagen. Het is belangrijk dat zowel werkgever als medewerker deze regels goed kennen en hanteren, om eventuele onduidelijkheden te voorkomen en een goede samenwerking te waarborgen.
In het kader van een gezonde werkcultuur is het van belang dat pauzes serieus worden genomen en dat er voldoende rusttijd beschikbaar is. Dit draagt bij aan een positieve werkomgeving en het behoud van medewerkers in de kinderopvangsector.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet