Cao Kinderopvang 2018-2019: Salarisschalen en Arbeidsvoorwaarden voor Medewerkers in de Kinderopvangsector

De sector kinderopvang speelt een essentiële rol in de maatschappij, waarbij medewerkers zich richten op de zorg, opvoeding en begeleiding van jonge kinderen. Om de werk- en loonvoorwaarden in deze sector te reguleren, is de Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) Kinderopvang 2018–2019 van toepassing. Deze CAO bevat uitgebreide regelingen omtrent salarissen, verhogingen, verlof, verplichte nevenfuncties en andere relevante arbeidsvoorwaarden. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de salarisschalen en andere belangrijke arbeidsvoorwaarden die volgens deze CAO van toepassing zijn op medewerkers in de kinderopvangsector.

Inleiding

De CAO Kinderopvang 2018–2019 is opgesteld voor de hele sector en geldt vanaf 1 januari 2018 tot en met 31 december 2019. De overeenkomst bevat niet alleen afspraken over arbeidsvoorwaarden, maar ook regelingen gericht op kwaliteitsverbeteringen in de kinderopvang, zoals nieuwe functiebeschrijvingen en kwalificatie-eisen. De salarisschalen zijn een van de kernaspecten van deze CAO. Daarnaast bevat de CAO ook bepalingen omtrent verhogingen, verlof, verplichte nevenfuncties en ondersteunende regelingen zoals de PAWW-bijdrage en vergoedingen voor reiskosten en zorgverzekering. In het volgende deel worden deze aspecten nader toegelicht.

Salarisschalen en Jaarlijkse Verhogingen

De CAO bevat gedetailleerde regelingen over salarissen en jaarlijkse verhogingen. Werknemers worden gesalarieerd volgens een salarisschaal die in bijlage 2 van de CAO is opgenomen. Deze schaal is afhankelijk van de functie die de werknemer bekleedt. Bij aanvang van het dienstverband is het salaris vastgesteld op basis van een salarisnummer binnen de betreffende schaal.

Tijdens de looptijd van de CAO zijn er twee verhogingen vastgelegd:

• Per 1 juli 2018 is de salarisschaal met 2,25% verhoogd.
• Per 1 januari 2019 volgde een verhoging van 3,0%.

Daarnaast ontvangen medewerkers die in dienst waren op 1 juli 2018, in die maand juli een eenmalige uitkering van €185,00 bruto naar rato van de omvang van het dienstverband. Deze uitkering is bedoeld als extra ondersteuning bij de eerste verhoging in de CAO-periode.

De jaarlijkse verhoging is vastgelegd als een verhoging met één salarisnummer per jaar, tot het maximum van de betreffende salarisschaal is bereikt. Voor werknemers die onder de Participatiewet vallen, volgt het salaris de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon.

Wanneer de werknemer aantoonbaar onvoldoende functioneert, kan de werkgever de jaarlijkse verhoging achterwege laten. In dat geval dient de werknemer hiervan schriftelijk en gemotiveerd op de hoogte te worden gesteld. Aan de andere kant, als de werknemer zeer goed of uitstekend functioneert, kan de werkgever extra salarisnummers toekennen. Ook in dit geval is een schriftelijke en gemotiveerde mededeling verplicht.

Indiensttreding en Inschaling

Bij het aanvangen van een dienstverband wordt een salaris toegekend in de bij de functie behorende salarisschaal. Indien de werknemer binnen een maand voorafgaand aan zijn indiensttreding in dezelfde functie heeft gewerkt bij een andere werkgever die ook onder de CAO valt, heeft hij aanspraak op ten minste het salarisnummer waarin hij in die vorige functie het laatst was ingeschaald.

Deze regeling zorgt voor continuïteit in de carrièreontwikkeling en voorkomt dat werknemers bij een nieuwe werkgever automatisch lager ingeschaaft worden dan bij hun vorige werkgever. Het maakt ook de wisseling van werkgevers binnen de sector kinderopvang eenvoudiger en transparanter.

Verplichte Nevenfuncties

Een aantal nevenfuncties is verplicht voor medewerkers in de kinderopvang. Volgens artikel 11 van de CAO is de werknemer verplicht om opvoedkundige redenen deel te nemen aan maaltijden met kinderen aan zijn zorg of begeleiding toevertrouwd. Deze verplichting is gericht op het creëren van een warme en betrokken omgeving voor de kinderen en draagt bij aan de totale opvoedkundige begeleiding.

Daarnaast zijn er afspraken over de niet-groepsgebonden werkzaamheden. In de afgelopen CAO-periode is er een onderzoek uitgevoerd naar de ervaren werkdruk en gewenste mate van flexibiliteit. Op basis van dit onderzoek zijn afspraken gemaakt die zowel de werkdruk willen verminderen als een duidelijke regulering bieden voor de flexibele inzet van medewerkers. Deze afspraken zijn gericht op het optimaliseren van de werktijden en het verminderen van overbelasting.

Verlof en Verjaarstoeslagen

De CAO bevat ook duidelijke regelingen over verlof en verjaarstoeslagen. Het aantal uren vakantieverlof per jaar is vastgesteld op (parttimefactor x 144 uren). Het aantal uren verlofbudget per jaar is (parttimefactor x 66 uren). Deze berekening zorgt voor een eerlijke verdeling van verlof uren, afhankelijk van de werkelijke uren die de werknemer per week werkt.

Verjaarstoeslagen zijn ook onderdeel van de CAO. Deze toezeggingen zijn afhankelijk van het aantal dienstjaren:

• Na 25 dienstjaren ontvangt de werknemer één half maandsalaris.
• Na 40 en 50 dienstjaren ontvangt de werknemer één volledig maandsalaris.

De berekening van deze toeslag is als volgt: het maandsalaris wordt vermeerderd met de vakantietoeslag over 1 maand en met de gemiddelde werkurentoeslag per maand, berekend over de periode van 3 maanden voorafgaand aan het jubileum. Deze regeling zorgt voor een eerlijke en transparante berekening van verjaarstoeslagen, afhankelijk van het aantal jaren in dienst.

PAWW-bijdrage en Uitkeringen

Een belangrijk aspect van de CAO is de Private Aanvulling van de WW en WGA (PAWW). Vanaf september 2018 is er een private aanvulling gerealiseerd voor werknemers in de kinderopvangsector. Deze uitkering loopt maximaal 14 maanden en is aan voorwaarden verbonden. De werknemer betaalt de PAWW-bijdrage, die de werkgever inhoudt van het brutoloon en aan de Stichting PAWW aflevert. Het inhoudingspercentage in 2018 is 0,2% van het brutoloon (inclusief vakantiegeld en toeslagen). Voor 2019 en volgende jaren maakt de Stichting PAWW jaarlijks het inhoudingspercentage bekend.

In het geval van werkloosheid vraagt de werknemer de PAWW-uitkering een maand voorafgaand aan de beëindiging van de wettelijke uitkering aan. De Stichting PAWW zorgt voor de uitkering aan de rechthebbende. Deze regeling biedt een financiële ondersteuning bij het overgangsproces van werknemers die tijdelijk werkloos raken.

Daarnaast bevat de CAO ook een regeling voor uitkering bij overlijden van de werknemer. Na het overlijden van een werknemer worden het salaris en de vakantietoeslag tot en met de dag van overlijden uitbetaald. Daarnaast ontvangen nagelaten betrekkingen een uitkering ter grootte van het salaris en de vakantietoeslag over de periode vanaf de eerste dag na het overlijden tot en met de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand waarin het overlijden plaatsvond. Als er geen nagelaten betrekkingen zijn, wordt de uitkering toegekend aan de persoon voor wie de overleden werknemer kostwinner was.

Tegemoetkomingen voor Zorgverzekering

De CAO bevat ook regelingen over tegemoetkomingen voor zorgverzekering. Werknemers die zijn ingeschaald in salarisschaal 1 tot en met 6, ontvangen een tegemoetkoming van €8,00 bruto per maand voor hun zorgverzekering. Daarnaast ontvangt iedere werknemer die deelneemt aan een aanvullende zorgverzekering, een tegemoetkoming van hetzelfde bedrag. Deze tegemoetkomingen zijn ongeacht de omvang van het dienstverband, maar zijn beperkt tot maximaal één dienstverband per werknemer per werkgever.

Vergoedingen voor Reiskosten en Dienstreizen

De CAO bevat ook afspraken over vergoedingen voor reiskosten en dienstreizen. De werkgever treft met instemming van de OR of PVT een ondernemingsregeling voor reiskostenvergoeding woon-werkverkeer. Indien geen ondernemingsregeling tot stand is gekomen, geldt de standaardregeling zoals opgenomen in bijlage 6 van de CAO.

Voor dienstreizen geldt een vergelijkbare regeling: de werkgever treft een regeling voor de vergoeding van reis- en verblijfkosten. Ook hier geldt dat bij het ontbreken van een ondernemingsregeling de standaardregeling van toepassing is.

Conclusie

De CAO Kinderopvang 2018–2019 biedt een uitgebreid kader voor de arbeidsvoorwaarden van medewerkers in de kinderopvangsector. De salarisschalen, jaarlijkse verhogingen, verplichte nevenfuncties, verlofregelingen en ondersteunende regelingen zoals PAWW, verjaarstoeslagen, zorgverzekering en vergoedingen voor reiskosten zijn allemaal onderdeel van deze CAO. Deze regelingen zorgen voor een eerlijke, transparante en duurzame werkomgeving voor medewerkers, terwijl ze ook bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. De CAO is een essentieel instrument voor zowel werkgevers als werknemers om de sector kinderopvang te versterken en te professionaliseren.

Bronnen

1. CAO Kinderopvang 2018-2019