Kinderopvang op Aruba: Aandacht voor Kwaliteit, Veiligheid en Ontwikkeling
juli 17, 2025
Sinds 1 januari 2025 is het verplicht voor pedagogisch medewerkers die met baby’s werken om een scholing "werken met 0-jarigen" te hebben gevolgd. Deze eis is een onderdeel van de wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK), die gericht is op het verbeteren van de kwaliteit van de opvang voor baby’s. De scholing moet goed gevolgd zijn en dient aan te tonen dat de leerdoelen zijn behaald. Dit artikel geeft een overzicht van de nieuwe regelgeving, de leerdoelen van de scholing, de beschikbare opleidingen, overgangsregelingen en uitzonderingen.
De wet IKK stelt duidelijke eisen voor de opvang van baby’s. Sinds 1 januari 2025 is het verplicht voor pedagogisch medewerkers die minstens één baby van 0 tot 1 jaar opvangen om een scholing te volgen. Deze scholing moet erkend zijn door de Cao-partijen en moet aantonen dat de medewerker de leerdoelen heeft behaald. Het doel van deze scholing is om medewerkers goed te begeleiden in het werken met baby’s, zodat de kwaliteit van de opvang wordt verhoogd. De scholing richt zich op zowel kennis als vaardigheden, zoals de ontwikkeling van het babybrein en de interactie met baby’s.
De leerdoelen van de babyscholing zijn onderverdeeld in kennis en vaardigheden. De nadruk ligt op het begrijpen van de ontwikkeling van baby’s en het verbeteren van de interactie tussen pedagogisch medewerkers en baby’s. Bijvoorbeeld:
Door deze leerdoelen te behalen, wordt de medewerker opgeleid tot een echte baby-specialist. De scholing is ontworpen om medewerkers te ondersteunen in het geven van kwalitatief goede opvang en om het welbevinden van baby’s te verbeteren.
Er zijn verschillende scholingen beschikbaar die erkend zijn door de Cao-partijen. Deze scholingen variëren per insteek en benadering, maar allemaal voldoen aan de eisen die zijn opgesteld in de wet IKK. Enkele voorbeelden van goedgekeurde scholingen zijn:
Alle genoemde scholingen zijn gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de opvang en het ondersteunen van de ontwikkeling van baby’s. De scholingen kunnen variëren in duur en inhoud, maar allemaal moeten de leerdoelen behalen en aantonen dat de medewerker goed is opgeleid in het werken met baby’s.
De Cao-partijen hebben een overgangsregeling en twee uitzonderingen vastgesteld voor de verplichte babyscholing. Deze regelingen zijn bedoeld om medewerkers die niet in staat zijn om in 2025 aan de eisen te voldoen, extra tijd te geven. De overgangsregeling en uitzonderingen zijn als volgt:
Als een medewerker in de maanden juli tot en met december 2024 langdurig afwezig is geweest, voor een aaneengesloten periode van langer dan acht weken, dan krijgt deze medewerker zes maanden extra tijd om aan de vereiste babyscholing te voldoen. Deze extra tijd gaat in op 1 januari 2025 en loopt tot 1 juli 2025. Dit geldt bijvoorbeeld in geval van ziekte, vakantie of verlof.
Daarnaast zijn er twee uitzonderingen op de verplichte babyscholing. Eén van deze uitzonderingen is gericht op medewerkers die op 1 januari 2025 nog niet aan het werk zijn. In dat geval gaat de extra tijd in op het moment waarop de medewerker weer als beroepskracht wordt ingezet op de stamgroep en meetelt in de beroepskracht-kind-ratio.
De tweede uitzondering is dat de eis dat de medewerker aantoonbaar ingeschreven moet zijn voor de babyscholing, niet van toepassing is op medewerkers die onder de overgangsregeling vallen.
Naast de verplichte babyscholing is er ook een taaleis voor pedagogisch medewerkers die sinds 1 januari 2025 werken met baby’s. Deze eis is ook onderdeel van de wet IKK en is bedoeld om te zorgen dat medewerkers voldoende taalkundig in staat zijn om met baby’s en ouders te communiceren. Er is een online tool beschikbaar om te controleren of een medewerker aan deze taaleis voldoet.
De eisen voor de babyscholing en de taaleis zijn opgenomen in de Cao Kinderopvang. Deze cao regelt de arbeidsvoorwaarden voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang en stelt duidelijke eisen voor het werken met baby’s. De cao is ontworpen om de kwaliteit van de opvang te verbeteren en om medewerkers te ondersteunen in hun werk.
De verplichte babyscholing is een belangrijk onderdeel van de wet IKK en is bedoeld om de kwaliteit van de opvang voor baby’s te verbeteren. Pedagogisch medewerkers die sinds 1 januari 2025 met baby’s werken, zijn verplicht om een scholing te volgen die erkend is door de Cao-partijen. De scholing moet goed gevolgd zijn en dient aan te tonen dat de leerdoelen zijn behaald. Daarnaast zijn er overgangsregelingen en uitzonderingen voor medewerkers die niet in staat zijn om in 2025 aan de eisen te voldoen. De taaleis en de Cao Kinderopvang vormen ook een belangrijk onderdeel van de regelgeving rondom het werken met baby’s. Door deze eisen te hanteren, wordt de kwaliteit van de opvang verbeterd en wordt de ontwikkeling van baby’s ondersteund.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet